Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 mei 2011
Hierbij zend ik u, mede namens de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, ter informatie de Rapportage over
de implementatie van de Europese aanbeveling voor Integraal Kustzonebeheer in Nederland1. Ik heb de Rapportage gelijktijdig aan de Europese Commissie aangeboden.
In mei 2002 hebben het Europees Parlement en de Europese Commissie de Europese Aanbeveling voor Integraal Kustzonebeheer (Integrated
Coastal Zone Management -ICZM) vastgesteld. In deze Aanbeveling wordt de lidstaten gevraagd om periodiek over de implementatie
te rapporteren. De eerste rapportage betrof de periode tot en met 2005. De huidige rapportage betreft de periode 2006–2010.
Zoals gevraagd in de Aanbeveling, is in Nederland geïnventariseerd hoe het beleid en beheer van de kustzone is georganiseerd
en in hoeverre dit integraal beheer de implementatie bevordert. Deze inventarisatie wijst uit dat beleid en beheer zijn georganiseerd
in verschillende netwerken -sommige sectoraal, andere gebiedsgericht -en dat beleidskaders inhoudelijk goed zijn afgestemd.
In 2006 is gerapporteerd dat het beheer in die periode een meer integraal karakter gekregen had. Dat integrale karakter is
verder versterkt door een aantal concrete projecten waarbij verschillende opgaven gecombineerd zijn (denk aan de zwakke schakels
en aan de Tweede Maasvlakte) en door gebiedsgerichte samenwerking, vooral in het kader van het Deltaprogramma.
In Europees verband is in de rapportageperiode steeds deelgenomen aan door de Europese Commissie georganiseerde vergaderingen
en expert-bijeenkomsten. Daarnaast zijn de contacten over de aanbeveling met de nationale overheden van de andere Noordzee
kustlanden aangehaald.
De voorliggende rapportage is onder begeleiding van het Interdepartementaal Kustoverleg opgesteld, waarbij verschillende actoren
geïnterviewd zijn. De rapportage is door de VNG, het IPO en de UVW becommentarieerd.
In de rapportage wordt aandacht besteed aan de organisatie van het kustzonebeheer en -beleid. De conclusie van de vorige rapportage
was dat in Nederland al vóór het vaststellen van de Europese Aanbeveling in toenemende mate werd gewerkt in de geest van deze
aanbeveling. In de rapportageperiode heeft dit zich verder bestendigd. De belangrijkste beleidskaders zijn het Nationaal Waterplan
(2009) en de Beleidslijn Kust (2007). In de Beleidslijn zijn de belangen van veiligheid, ruimtelijke ontwikkeling en natuur
naast elkaar gezet en spelregels bepaald. Dit is een belangrijk hulpmiddel bij ICZM. Naast organisatie en beleidsontwikkeling
worden projecten beschreven die de afgelopen jaren plaats hebben gevonden en nog lopen. Uit het totaal van die projecten blijkt
duidelijk de intensieve en interdisciplinaire aandacht voor de kust.
De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
J. J. Atsma