30 188
Wijziging van de Wet openbaarheid van bestuur en enige andere wetten in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2003/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 17 november 2003 inzake het hergebruik van overheidsinformatie (Wet implementatie richtlijn inzake hergebruik van overheidsinformatie)

nr. 2
VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is de Wet openbaarheid van bestuur en enige andere wetten te wijzigen in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2003/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 17 november 2003 inzake het hergebruik van overheidsinformatie (PbEG L 345);

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet openbaarheid van bestuur wordt als volgt gewijzigd:

A

Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel g door een puntkomma, wordt aan artikel 1 een onderdeel toegevoegd, luidende:

h. hergebruik: het gebruik van informatie die openbaar is op grond van deze of een andere wet en die is neergelegd in documenten berustend bij een overheidsorgaan, voor andere doeleinden dan het oorspronkelijke doel binnen de publieke taak waarvoor de informatie is geproduceerd;

i. overheidsorgaan:

1°. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of

2°. een ander persoon of college, met enig openbaar gezag bekleed.

B

Na hoofdstuk V wordt een nieuw hoofdstuk ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK V-A HERGEBRUIK

Artikel 11a

1. Dit hoofdstuk is niet van toepassing op:

a. informatie, zijnde een werk van letterkunde, wetenschap of kunst in de zin van de Auteurswet 1912, een opname van uitvoering, fonogram, eerste vastlegging van een film of een opname van een programma in de zin van de Wet op de naburige rechten of een databank in de zin van de Databankenwet en waarvan een overheidsorgaan niet de maker, uitvoerend kunstenaar, producent van fonogrammen, producent van de eerste vastlegging van films, omroeporganisatie of producent van een databank dan wel rechtverkrijgende is;

b. informatie in het bezit van openbare omroepen of hun dochterondernemingen, of van andere overheidsorganen of hun dochterondernemingen ten behoeve van de vervulling van een publieke omroeptaak;

c. informatie in het bezit van onderwijs- en onderzoeksinstellingen;

d. informatie in het bezit van culturele instellingen;

e. informatie die tussen overheidsorganen uitsluitend met het oog op de vervulling van hun openbare taken wordt uitgewisseld.

2. In afwijking van artikel 1a, eerste lid, onder d, is dit hoofdstuk van toepassing op de krachtens die bepaling uitgezonderde bestuursorganen voor zover het gaat om hergebruik.

Artikel 11b

1. Een ieder kan een verzoek om hergebruik richten tot een overheidsorgaan of een onder verantwoordelijkheid van een overheidsorgaan werkzame instelling, dienst of bedrijf.

2. De verzoeker vermeldt bij zijn verzoek de informatie die hij wenst te hergebruiken.

3. De verzoeker behoeft bij zijn verzoek geen belang te stellen.

4. Indien een verzoek te algemeen geformuleerd is, verzoekt het overheidsorgaan de verzoeker zo spoedig mogelijk om zijn verzoek te preciseren en is het hem daarbij behulpzaam.

Artikel 11c

De artikelen 4 tot en met 7 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 11d

Voor hergebruik beschikbare documenten worden zoveel mogelijk langs elektronische weg beschikbaar gesteld.

Artikel 11e

Een overheidsorgaan is niet verplicht vervaardiging van documenten voort te zetten, enkel met het oog op hergebruik.

Artikel 11f

De voorwaarden voor hergebruik zijn voor vergelijkbare categorieën van hergebruik gelijk.

Artikel 11g

1. Een exclusief recht tot hergebruik wordt niet verleend, tenzij dat noodzakelijk is voor het verlenen van een dienst van algemeen belang.

2. Indien een exclusief recht wordt verleend voor een dienst van algemeen belang, wordt minstens elke drie jaar door het overheidsorgaan dat het exclusieve recht heeft verleend, bezien of de reden voor het verlenen van het exclusieve recht nog aanwezig is.

3. Elk exclusief recht op hergebruik dat wordt verleend, wordt op de voorgeschreven wijze bekendgemaakt.

Artikel 11h

1. De totale inkomsten uit het verstrekken en het verlenen van toestemming voor hergebruik zijn niet hoger dan de kosten van verzameling, productie, vermenigvuldiging en verspreiding van de informatie, vermeerderd met een redelijk rendement op investeringen.

2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels gesteld worden met betrekking tot de totale inkomsten van het eerste lid.

Artikel 11i

Ten aanzien van overheidsorganen die geen bestuursorgaan zijn, zijn titel 1.1, hoofdstuk 2, de afdelingen 3.1, 3.2, 3.6 en 3.7, titel 4.1, hoofdstuk 6, de afdelingen 7.1 en 7.2, hoofdstuk 8 en titel 10.1 van de Algemene wet bestuursrecht van overeenkomstige toepassing.

C

Artikel 16 komt te luiden:

Artikel 16

Exclusieve rechten tot hergebruik, die vóór de inwerkingtreding van deze wet zijn verleend, worden na afloop van het desbetreffende contract niet opnieuw verleend, of vervallen, indien het contract een langere looptijd heeft dan tot en met 31 december 2008, met ingang van die datum van rechtswege.

ARTIKEL II

In artikel 15b van de Auteurswet 1912 wordt na «kunst» ingevoegd: , waarvan de openbare macht de maker of rechtverkrijgende is,

ARTIKEL III

Na artikel 9 van de Wet op de naburige rechten wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 9a

De rechten, bedoeld in de artikelen 2, 6, 7a en 8, zijn niet van toepassing op een door of vanwege de openbare macht in het verkeer gebrachte opname van een uitvoering, fonogram, eerste vastlegging van een film, opnamen van een programma, en een reproductie daarvan en openbaar gemaakte uitvoering, opname van een uitvoering, fonogram, eerste vastlegging van een film, programma, opname van een programma, en een reproductie daarvan, waarvan de openbare macht de rechthebbende is, tenzij de rechten hetzij in het algemeen bij de wet, besluit of verordening, hetzij in een bepaald geval blijkens mededeling op of in het op grond van deze wet beschermde materiaal zelf dan wel bij het in het verkeer brengen of openbaar maken daarvan uitdrukkelijk zijn voorbehouden.

ARTIKEL IV

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

ARTIKEL V

Deze wet wordt aangehaald als: Wet implementatie richtlijn inzake hergebruik van overheidsinformatie.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,

Naar boven