30 175 Luchtkwaliteit

Nr. 356 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 januari 2021

Tijdens het ordedebat van 24 november (Handelingen II 2021/21, nr. 28, Regeling van werkzaamheden) heeft het lid Tellegen (VVD) gevraagd hoe het kabinet de motie van het lid Ziengs1 (VVD) gaat uitvoeren. In deze motie wordt de regering verzocht om in het vervolgtraject van de invoering van zero-emissiezones voor stadslogistiek de mogelijkheden te onderzoeken om ondernemers met voertuigen in Euroklasse 4 te ondersteunen bij de overstap naar zero emissie. Tevens wordt daarin verzocht om met gemeenten te overleggen over eenduidig lokaal beleid ten aanzien van ontheffingen voor ondernemers die door overmacht niet op tijd kunnen beschikken over een emissievrij voertuig.

Ik vind het heel belangrijk dat we de transitie naar uitstootvrije stadslogistiek in goede banen leiden. Daarbij wil ik de kleine ondernemer graag extra tegemoet komen bij de overstap op een uitstootvrije bestelbus. Ik heb daarom met MKB Nederland afgesproken dat eigenaren van bestelbussen uit de Euroklasse 4 een extra financieel steuntje in de rug kunnen krijgen. Bij de start van de internetconsultatie, die nu gaande is, wordt onder andere gevraagd hoe dit extraatje straks vorm zou kunnen krijgen. Deze inbreng neem ik mee bij het in kaart brengen van de mogelijkheden die moeten voldoen aan de Europese staatssteunregels en de budgettaire kaders die ingevolge het Klimaatakkoord zijn overeengekomen voor de stimulering van uitstootvrije bestelauto’s.

Door landelijke afspraken te maken ten aanzien van ontheffingen is er eenduidigheid, zowel voor gemeenten als ondernemers. Ik onderschrijf die behoefte aan eenduidigheid van harte en ga hierover in overleg met de gemeenten die plannen hebben om vanaf 2025 een zero-emissiezone voor stadslogistiek in te stellen.

Ik verwacht in februari de Uitvoeringsagenda Stadslogistiek met betrokken partijen te ondertekenen. De uitvoering van deze motie neem ik daar in mee. Nadat ik de verschillende mogelijkheden in kaart heb gebracht, de haalbaarheid heb onderzocht en besproken met betrokken partijen, zal ik uw Kamer hierover informeren. Dat zal naar verwachting na de zomer zijn.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer


X Noot
1

Kamerstuk 35 570 XII, nr. 21

Naar boven