nr. 16
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 juni 2008
In de beleidsbrief «Voor elkaar» van 9 oktober 2007 (30 169,
nr. 11) heb ik u geïnformeerd over mijn ambities met betrekking
tot mantelzorg en vrijwilligerswerk. Ik heb daarbij een aantal speerpunten
genoemd die er naar mijn mening aan moeten bijdragen dat de ondersteuning
van mantelzorgers en van vrijwilligers op een hoger plan komt. Een van de
activiteiten die daarvoor noodzakelijk zijn heeft betrekking op de bevordering
van de deskundigheid van vrijwilligers. In genoemde brief ging ik in op het
nieuwe model van deskundigheidsbevordering dat in 2009 daadwerkelijk van start
zal gaan. In het kader van dit model zal – zoals reeds eerder geschreven –
vanaf volgend jaar geen subsidie meer worden verleend voor landelijke deskundigheidsbevordering
aan de zogenaamde VTA-instituten, als aanbieder van trainingen en cursussen
voor vrijwilligers. In plaats daarvan kan subsidie worden aangevraagd door
landelijke vrijwilligersorganisaties, die met het geld zelf kunnen bepalen
welke trainingen zij wensen in te kopen voor hun vrijwilligers en bij wie.
Hiervoor is een structureel bedrag van € 5 miljoen beschikbaar.
Ik vraag graag uw aandacht voor de evaluatie van het model. Deze evaluatie
is gereed; het rapport voeg ik bij.1 Ik wil drie
punten nader toelichten:
– de evaluatie was er mede op gericht te bezien of het landelijk
budget voor deskundigheidsbevordering adequaat is. Naar mijn mening is dat
het geval. Ik baseer mij daarbij onder meer op de constatering in het rapport
dat een aanzienlijk deel van de klanten van de VTA-instellingen in 2007 niet
afkomstig was van landelijke vrijwilligersorganisaties en dat een belangrijk
deel van de inhoud van de trainingen niet voldeed aan het criterium «specifieke
en beperkte vraag».
– uit de evaluatie komt naar voren dat bij de in de beleidsbrief «Voor
elkaar» aangekondigde introductie van lokale basisfuncties aandacht
moet worden besteed aan lokale deskundigheidsbevorderinggemeenten. Hieraan
geef ik graag gehoor.
– landelijke vrijwilligersorganisaties zijn over het algemeen op
de hoogte van het nieuwe model voor deskundigheidsbevordering.
Wel geven zij aan dat het niet duidelijk voor hen is hoe zij subsidie kunnen
krijgen voor deze activiteiten. Publicatie in de Staatscourant van bijgevoegde
notitie is erop gericht deze duidelijkheid te verschaffen. Naast deze publicatie
in de Staatscourant zal bekendheid aan de nieuwe regeling worden gegeven door
gebruik te maken van mijn Wmo-communicatie middelenén het NOV, die
als intermediair op kan treden.
In bijgevoegde notitie wordt ingegaan op:
– welke criteria zullen worden gehanteerd bij de subsidieverlening
ten behoeve van 2009 en latere jaren;
– welke procedures moeten aanvragers van subsidie in acht nemen;
– wie kunnen subsidie aanvragen.
De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. Bussemaker