nr. 26
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID DE WIT TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT
ONDER NR. 11
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel I wordt onderdeel G vervangen door:
G
Aan artikel 247 worden drie leden toegevoegd, luidende:
3. Het ouderlijk gezag omvat mede de verplichting van de ouder om
de ontwikkeling van de banden van zijn kind met de andere ouder te bevorderen.
4. Een kind over wie de ouders gezamenlijk het gezag uitoefenen,
behoudt na ontbinding van het huwelijk anders dan door de dood of na scheiding
van tafel en bed, na het beëindigen van het geregistreerd partnerschap,
of na het beëindigen van de samenleving indien een aantekening als bedoeld
in artikel 252, eerste lid, is geplaatst, recht op een gelijkwaardige verzorging
en opvoeding door beide ouders.
5. Ouders kunnen ter uitvoering van het vierde lid in een overeenkomst
of ouderschapsplan rekening houden met praktische belemmeringen die ontstaan
in verband met de ontbinding van het huwelijk anders dan door de dood of na
scheiding van tafel en bed, het beëindigen van het geregistreerd partnerschap,
of het beëindigen van de samenleving indien een aantekening als bedoeld
in artikel 252, eerste lid, is geplaatst, echter uitsluitend voor zover en
zolang de desbetreffende belemmeringen bestaan.
Toelichting
Het is in het belang van het kind dat het contact heeft met beide ouders
en ook verzorgd wordt door beide ouders. In het wetsvoorstel worden twee normen
ontwikkeld; de ene ouder is verplicht de ontwikkeling van de band van het
kind met de andere ouder te bevorderen, de ouder zonder gezag heeft ook de
plicht omgang te hebben met zijn kind. Het wetsvoorstel is hierin niet duidelijk
genoeg.
Gelijke rechten en plichten voor beide ouders is de basis om beide ouders
onvoorwaardelijke opvoedingsverantwoordelijkheid te laten dragen. Beide ouders
hebben het recht en de plicht om gelijkwaardig aan de opvoeding deel te nemen.
Ouderschap is uitsluitend gebaseerd op de relatie kind-ouder, niet op de relatie
tussen ouders onderling. De continuering van de opvoedingsrelatie tussen kind
en beide ouders is in het belang van het kind. Gelijkwaardig ouderschap en
een opvoedingsplicht dienen ook na een echtscheiding, een geregistreerd partnerschap
of een periode van samenleven centraal te blijven staan.
Om expliciet duidelijk te maken dat beide ouders gelijke rechten en plichten
hebben wordt gelijkwaardig ouderschap de norm. In de wet wordt opgenomen dat
het kind recht heeft op een gelijkwaardige verzorging en opvoeding door beide
ouders. Deze wettelijke basis voor gelijkwaardig ouderschap geeft ouders een
uitgangspositie om gezamenlijk tot een bij hun situatie passende oplossing
te komen.
De Wit