Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 november 2018
De vaste commissie voor Defensie heeft mij op 8 november 2018 verzocht te reageren
op het rapport van de Nationale ombudsman inzake re-integratie van zieke werknemers.
Met deze brief kom ik aan dat verzoek tegemoet.
De Nationale ombudsman en de Veteranenombudsman zijn op 8 maart jl. een onderzoek
gestart waarin het perspectief van de zieke werknemer en de wijze waarop Defensie
het welzijn van haar zieke werknemers borgt, centraal staat. Aanleiding van dit onderzoek
zijn klachten over de re-integratie van militairen en burgermedewerkers die de ombudsman
heeft ontvangen.
Zoals de Nationale ombudsman in het rapport beschrijft, hebben er verkennende gesprekken
plaatsgevonden met Defensie en het Uitkeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV).
Ook heeft in juli een rondetafelgesprek onder leiding van de ombudsman plaatsgevonden
waaraan ik zelf en de bestuursvoorzitter van het UWV hebben deelgenomen. Uit de verkennende
gesprekken en het rondetafelgesprek kwam naar voren dat gebrek aan kennis bij leidinggevenden,
late overdracht van zieke medewerkers aan het DienstenCentrum Re-integratie (DCR)
en onzorgvuldige registratie de grootste knelpunten in de re-integratieketen bij Defensie
vormen. Tijdens het rondetafelgesprek is gesproken over oplossingen voor de genoemde
knelpunten. De drie oplossingsrichtingen (verbetering van de registratie, betere voorlichting
en ondersteuning, en verbetering van de regie) vindt u terug in het rapport van de
ombudsman.
Het rapport van de ombudsman bevat één aanbeveling. Defensie heeft een bijzondere
zorgplicht voor veteranen. Deze zorgplicht houdt in dat veteranen en hun relaties
worden bijgestaan bij hun revalidatie en re-integratie en bij het verkrijgen van materiële
zorg, maatschappelijke ondersteuning of geestelijke gezondheidszorg. (Zwaar)gewonde
veteranen worden met intensieve, duurzame trajecten en geboden opleidingen ondersteund
door Defensie. Voor re-integratie van (zwaar)gewonde veteranen zijn echter geen maatwerkoplossingen
met het UWV te realiseren. De ombudsman beveelt Defensie en het UWV daarom aan om
samen te onderzoeken welke ruimte de Veteranenwet en de Wet verbetering poortwachter
bieden om maatwerk toe te passen. Defensie neemt deze aanbeveling ter harte en zal
samen met het UWV onderzoeken welke ruimte er is om maatwerk toe te passen.
Over het algemeen is de Nationale ombudsman positief over de reeds door Defensie ingezette
verandertrajecten. Al deze trajecten moeten leiden tot verbetering van kennis, ondersteuning
en regie op de re-integratieketen. Er is toegezegd dat Defensie in het voorjaar van
2019 zal rapporteren aan de ombudsman over de stand van zaken. In 2020 volgt een terugblik
op het onderzoek om vast te stellen of de genoemde doelen zijn gerealiseerd.
Mede namens de Minister,
De Staatssecretaris van Defensie, B. Visser