30 139 Veteranenzorg

Nr. 107 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 november 2012

Met de brief van 25 oktober jl. heeft de vaste commissie voor Defensie mij verzocht de Kamer nader te informeren inzake de toezeggingen uit het notaoverleg Veteranen omtrent de uitbetaling ereschuld veteranen en de voortgang van ondermeer het Veteranenbesluit. Hiermee voldoe ik aan dat verzoek.

Uitbetaling ereschuld

De uitbetaling van de ereschuld is ter hand genomen. Van 1808 veteranen is vastgesteld dat zij in aanmerking komen voor een vergoeding, in 1653 gevallen heeft dat geleid tot uitbetaling van de uitkering in oktober. Het dossier van 1132 veteranen is nog in behandeling, bij toekenning van een vergoeding zal dit leiden tot uitbetaling voor het eind van dit jaar. Bij 155 invalide veteranen is de medische eindtoestand nog niet vastgesteld waardoor een vergoeding later zal worden vastgesteld en toegekend. Bij 300 personen is sprake van een vergoeding gebaseerd op een al eerder vastgesteld invaliditeitspercentage. Deze vergoeding wordt thans herzien omdat Defensie voor de ereschuld een ruimhartiger definitie hanteert van de causale relatie tussen de reden van arbeidsongeschiktheid en de mate van invaliditeit. Hierdoor is het mogelijk dat zij in aanmerking komen voor een hogere vergoeding. Om dit te kunnen vaststellen is aanvullend onderzoek noodzakelijk. Onder meer met behulp van informatie van de veteraan wordt vastgesteld of de arbeidsongeschiktheid een direct gevolg is van de invaliditeit en zo ja of dan een hogere uitkering aan de orde is. Ik streef er naar deze beoordeling dit jaar te voltooien.

Voortgang besluiten

Over het Veteranenbesluit kan ik u melden dat komende week het conceptbesluit gereed is. Het besluit moet vervolgens interdepartementaal en de centrales van overheidspersoneel worden besproken voordat het kan worden behandeld in de ministerraad alvorens het wordt aangeboden aan de Raad van State.

De aanpassing van het Besluit aanvullende arbeidsongeschiktheid en invaliditeit waarin de restschade wordt geregeld, is gereed. De nadere invulling van de regeling moet nog worden besproken met de centrales van overheidspersoneel.

De minister van Defensie, J. S. J. Hillen

Naar boven