30 111 Topinkomens

Nr. 56 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 mei 2012

Uit de Regeling van werkzaamheden van de Tweede Kamer van 21 maart jl. blijkt dat het lid Kooiman (SP) heeft gevraagd om een reactie op het bericht dat er verhoudingsgewijs teveel grootverdieners zijn in de ouderenzorg.

Ik heb daarom het bericht nader bestudeerd. Het bericht is gebaseerd op een inventarisatie van de vakbond AbvaKabo FNV. De vakbond heeft deze inventarisatie in de jaarverslagen over 2010 uitgevoerd met het oog op het onderbouwen van de eigen inzet voor de nieuwe cao voor de sector VVT (verpleging, verzorging en thuiszorg). Die inzet omvat ondermeer dat de vakbond de salarissen van de bestuurders onder de cao wil gaan brengen en hun beloning wil maximeren op tien maal het laagste bedrag in de cao. Dat vormt een speerpunt voor de AbvaKabo FNV in de cao-onderhandelingen.

De inkomensgegevens uit de inventarisatie zijn niet nieuw. Want ze komen uit de jaarverslagen over 2010. De minister en ik hebben u daar eind 2011 al een rapportage over gestuurd (TK 30 111, nr. 55). Daarin treft u een uitgebreide analyse aan over de inkomens over 2010 van bestuurders van zorginstellingen. De nu voorliggende inventarisatie van de vakbond AbvaKabo FNV geeft mij geen aanleiding om anders naar die analyse te kijken.

Ik beschouw de inventarisatie meer als een onderdeel van het onderhandelingsproces voor de nieuwe cao-VVT. Dat onderhandelingsproces is er een tussen sociale partners. Daar past geen interventie bij vanuit de overheid. De enige randvoorwaarde die hier geldt, is dat een eventuele cao-afspraak op dit punt in ieder geval lager moet uitvallen dan het kader dat het kabinet gaat opleggen met de Wet Normering topinkomens, waarvoor het wetsvoorstel (TK 32 600) inmiddels bij de Eerste Kamer ligt.

Wel wil ik nog opmerken dat de inventarisatie niet alleen betrekking heeft op de ouderenzorg. Ik zie namelijk tal van zorginstellingen in de lijst staan die ofwel een bredere ofwel een anders zorgfocus hebben. Bijvoorbeeld ZorgSaam Zeeuws Vlaanderen, Rivas Zorggroep en Lentis. Verder valt mij op dat de nummer 1 uit de lijst een interim-bestuurder is; daardoor geeft het bij hem vermelde bedrag niet zijn inkomen weer, maar de kosten die voor zijn inhuur zijn gemaakt, inclusief BTW. Bij de nummer 2 van de lijst gaat het om een vertrekkende bestuurder die nog een substantieel saldo aan openstaand verlof had af te rekenen.

Voor de volledigheid wil ik er hier ook nog op wijzen dat ik ook vind dat de inkomens van sommige bestuurders van zorginstellingen aan de (te) hoge kant zijn. Het kabinet gaat de topinkomens dan ook serieus aanpakken. Het wetsvoorstel voor de normering van de topinkomens (WNT) is inmiddels door de tweede Kamer goedgekeurd.

De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. L. L. E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner