Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2004-2005 | 30100-E nr. 1 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2004-2005 | 30100-E nr. 1 |
Dit jaarverslag bestaat uit:
• De dechargeverlening;
• de jaarrekening 2004, bestaande uit de rekening van uitgaven en ontvangsten, zoals blijkt uit de bijgevoegde staten, voorzien van een toelichting (inclusief vermogenspositie per 1 januari 2004 en 31 december 2004) en de saldibalans per 31 december 2004.
Den Haag, 18 mei 2005
Verzoek tot dechargeverlening van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer van de Staten-Generaal.
Onder verwijzing naar de artikelen 63 en 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verzoek ik de beide Kamers van de Staten-Generaal de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid decharge te verlenen over het in het jaar 2004 gevoerde financiële beheer van de begroting van het Spaarfonds AOW.
Dit verzoek heeft betrekking op het financieel beheer dat samenhangt met de uitvoering van de begroting van het Spaarfonds AOW.
Ten behoeve van de oordeelsvorming van de Staten-Generaal over dit verzoek tot dechargeverlening is door de Algemene Rekenkamer als externe controleur op grond van artikel 82 van de Comptabiliteitswet 2001 een rapport opgesteld van haar bevindingen en haar oordeel met betrekking tot:
a. de ten behoeve van dat beheer bijgehouden administratie;
b. de financiële informatie in het jaarverslag en jaarrekening;
van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Dit rapport wordt separaat door de Algemene Rekenkamer aan de Staten-Generaal aangeboden.
Bij het besluit tot dechargeverlening dienen, naast het onderhavige jaarverslag en het hierboven genoemde rapport van de Algemene Rekenkamer, de volgende, wettelijk voorgeschreven, stukken te worden betrokken:
a. het Financieel jaarverslag van het Rijk over 2004; dit jaarverslag wordt separaat aangeboden;
b. de slotwet van het Spaarfonds AOW over het jaar 2004; de slotwet is als afzonderlijk kamerstuk gepubliceerd.
Het besluit tot dechargeverlening kan niet worden genomen, voordat de betrokken slotwet is aangenomen;
c. Het rapport van de Algemene Rekenkamer over het jaar 2004 met betrekking tot de onderzoeken, bedoeld in artikel 83 van de Comptabiliteitswet 2001. Dit rapport, dat betrekking heeft op het onderzoek van de centrale administratie van 's Rijks schatkist en van het Financieel jaarverslag van het Rijk, wordt separaat door de Algemene Rekenkamer aangeboden;
d. De verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer met betrekking tot de in het Financieel jaarverslag van het Rijk over 2004 opgenomen rekening van uitgaven en ontvangsten van het Rijk over 2004 alsmede met betrekking tot de Saldibalans van het Rijk over 2004 (de verklaring van goedkeuring, bedoeld in artikel 83, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001).
het besluit tot dechargeverlening kan niet worden genomen, voordat de verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer is ontvangen.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A. J. de Geus
Mede namens
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
H. A. L. van Hoof
De Minister van Financiën,
G. Zalm
Verantwoordingsstaat 2004 van het Spaarfonds AOW (Bedragen in EUR 1000)
(1) | (2) | (3) | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Art. | Omschrijving | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie | Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting | |||||||
Verplichtingen | Uitgaven | Ontvangsten | Verplichtingen | Uitgaven | Ontvangsten | Verplichtingen | Uitgaven | Ontvangsten | |||
01 01 | Bijdrage aan de begroting van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) ter aanvullende financiering van het Ouderdomsfonds | 2 631 925 | 2 631 925 | 0 | |||||||
01 02 | Rente-ontvangsten | 808 165 | 811 041 | 2 876 | |||||||
Sub-totaal | 3 440 090 | 3 442 966 | 2 876 | ||||||||
07 | Na-/Voordelig eindsaldo vorig jaar | 15 870 737 | 15 870 737 | 0 | |||||||
Sub-totaal | 15 870 737 | 15 870 737 | 0 | ||||||||
08 | Na-/Voordelig eindsaldo verslagjaar | 19 310 827 | 19 313 703 | 2 876 | |||||||
Totaal | 19 310 827 | 19 313 703 | 2 876 |
Mij bekend,
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A. J. de Geus
Toelichting bij de rekening van uitgaven en ontvangsten Spaarfonds AOW 2004
1.1 Algemene beleidsdoelstelling
Het waarborgen dat de AOW vanaf 2020 ondanks de vergrijzing betaalbaar blijft, in die zin dat de AOW-premie ten hoogste 18,25% bedraagt.
Door de voortschrijdende vergrijzing van de Nederlandse bevolking neemt de druk op de AOW in de toekomst toe. Het Spaarfonds AOW is in 1998 ingesteld om de financierbaarheid van de AOW-uitgaven op langere termijn door deze vergrijzing zeker te stellen. Door de instelling van het spaarfonds kan de te innen AOW-premie worden beperkt tot maximaal 18,25% waardoor de koopkrachtontwikkeling niet te zeer onder druk komt te staan. Vanaf 2020 kan het Ouderdomsfonds een beroep doen op middelen uit het spaarfonds om de toegenomen uitgaven aan AOW-uitkeringen zonder extra premieverhogingen te kunnen financieren.
1.2 Operationele doelstellingen
Voor een toelichting op de operationele doelstellingen wordt verwezen naar de toelichting onder 16.4 «Nader geoperationaliseerde doelstellingen» van beleidsartikel 16 «Rijksbijdrage Spaarfonds AOW» van hoofdstuk XV «Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid» van het departementaal Jaarverslag 2004.
1.3 Budgettaire gevolgen van beleid
Bedragen in € 1 mln | Realisatie | Ontwerpbegroting | Verschil | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2004 | 2004 | |
Verplichtingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Uitgaven | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Ontvangsten | 2 449,1 | 2 695,1 | 2 941,6 | 3 198,7 | 3 443,0 | 3 440,1 | 2,8 |
Rijksbijdrage Ministerie SZW | 2 178,1 | 2 291,6 | 2 405,0 | 2 518,5 | 2 631,9 | 2 631,9 | 0 |
Rente-baten | 271,0 | 403,5 | 536,6 | 680,2 | 811,0 | 808,2 | 2,8 |
Vanwege afrondingen kan de som der delen afwijken van het totaal.
Er zijn in 2004 geen uitgaven gedaan ten laste van het fonds. Op grond van artikel 33 van de Wet financiering volksverzekeringen kunnen uitnames uit het fonds eerst vanaf het jaar 2020 plaatsvinden.
Bijdrage van de begroting van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV)
Op dit artikel zijn de ontvangen bijdragen van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid verantwoord. In 2004 is € 2 631,9 miljoen bijgeschreven op de bij het Ministerie van Financiën aangehouden rekening-courant.
Op grond van de Wet financiering volksverzekeringen (Wfv) neemt de rijksbijdrage van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan het Spaarfonds, ieder jaar met € 113,4 miljoen toe. De Wfv staat wel hogere maar geen lagere bijdragen aan het Spaarfonds toe. Vermindering van de jaarlijkse verhoging van de rijksbijdrage vergt wetswijziging.
De Minister van Financiën stelt jaarlijks de rente vast die over het saldo van het Spaarfonds AOW wordt vergoed. In 2004 is € 811,0 miljoen aan rente bijgeschreven. In de oorspronkelijke raming werd uitgegaan van iets lagere rente-ontvangsten op basis van het rentepercentage van 4,00%. Het verschil ad € 2,8 miljoen is veroorzaakt door een aanpassing van het rentepercentage tot 4,09%.
Door toevoeging van de bijdrage van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in 2004 en de rente-ontvangsten 2004 bedraagt het saldo van het spaarfonds eind 2004 € 19 313,7 miljoen. Dit is hoger dan het begrote eindsaldo. Het verschil ten opzichte van het begrote eindsaldo 2004 wordt veroorzaakt door een hogere rentebijschrijving als gevolg van een hoger rentepercentage.
Vermogenspositie Spaarfonds AOW(bedragen x € 1 mln) | Realisatie2004 | Begroting2004 |
---|---|---|
Saldo eind 2003 | 15 870,7 | 15 870,7 |
Mutaties 2004: | ||
Bijdrage van het Ministerie van SZW 2004 | 2 631,9 | 2 631,9 |
Rente-ontvangsten 2004 | 811,0 | 808,2 |
Saldo eind 2004 | 19 313,7 | 19 310,8 |
Vanwege afrondingen kan de som der delen afwijken van het totaal.
Saldibalans per 31 december 2004
31 december 2004 | 31 december 2004 | ||||
---|---|---|---|---|---|
EURO 1000 | EURO 1000 | ||||
1) | Uitgaven ten laste van de begroting 2004 | 2) | Ontvangsten ten gunste van de begroting 2004 | 19 313 703 | |
4) | Rekening-courant RHB | 19 313 703 | |||
Totaal | 19 313 703 | Totaal | 19 313 703 |
TOELICHTING BIJ DE SALDIBALANS
(bedragen x € 1 000) | Ontvangsten |
---|---|
Wet van 22 april 2004, Stb. 224(vastgestelde begroting) | 3 440 090 |
Wet van 16 september 2004, Stb. 529(1e suppletore wet) | 3 200 |
Voorstel van wijziging, kamerstuk 29 903(2e suppletore wet) | – 325 |
Totaal toegestaan bij wet | 3 442 965 |
4e wijzigingsvoorstel, slotwet | 1 |
Realisatie volgens departementale rekening | 3 442 966 |
De overboeking van het saldo naar 2005 zal na publicatie in het Staatsblad van de begroting 2005 geschieden.
Het saldo uit 2003 € 15 870 737 085,10 is in 2004 vermeerderd met € 3 442 965 695,74, bestaande uit een bijdrage van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van € 2 631 925 000,– en van het Ministerie van Financiën vanwege ontvangsten uit rente € 811 040 695,74.
Rekening-Courant Rijkshoofdboekhouding
Dit is de rekening-courant van het AOW-Spaarfonds ten opzichte van het Ministerie van Financiën.
Het saldo stemt overeen met het dagafschrift van 31 december 2004.
Van deze overeenstemming is een saldobevestiging afgegeven d.d. 24 januari 2005 aan de Auditdienst van het Ministerie van Financiën.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-30100-E-1.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.