nr. 39
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID BUSSEMAKER C.S. TER VERVANGING
VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 33
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Aan artikel 8.1.2 worden onder aanduiding van de bestaande tekst als eerste
lid twee leden toegevoegd, luidende:
2. Bij de beoordeling, bedoeld in het eerste lid, stelt het UWV de verzekerde
en de werkgever in de gelegenheid hun zienswijze mondeling naar voren te brengen.
3. Bij ministeriële regeling kan worden bepaald in welke gevallen
de toepassing van het tweede lid achterwege wordt gelaten.
Toelichting
Uit onderzoek van Bolhaar, De Jong, Van der Klauw en Lindeboom (ESB, 6 mei
2005, blz 200–2002) blijkt dat intensivering van de beoordeling van
reïntegratieverslagen door UWV leidt tot een lagere instroom in de WAO.
Deze intensivering bestaat eruit dat reïntegratieverslagen niet meer
louter administratief worden getoetst, maar dat in beginsel altijd contact
wordt opgenomen met de werkgever en werknemer. Uitgezonderd van intensivering
waren in het onderzoek de reïntegratieverslagen van cliënten zonder
duurzaam benutbare mogelijkheden en die van mensen die meer dan 50% aan het
werk waren op het moment van het indienen van de WAO-aanvraag.
Dit amendement heeft tot doel de beoordeling van reïntegratieverslagen
landelijk te intensiveren zoals in het hierboven genoemde onderzoek. Volgens
berekeningen van het Centraal Planbureau leidt dit initieel tot een vermindering
van het structurele bestand (mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering)
met ruim 15 000 uitkeringsjaren en daarmee tot een besparing van ruim
200 miljoen euro.
UWV hanteert voor de beoordeling van reïntegratieverslagen een protocol
waarmee wordt besloten in welke gevallen wel en in welke gevallen geen intensieve
toetsing plaatsvindt. Dit protocol kan niet bij amendement worden gewijzigd.
Wel kan bij amendement worden geregeld dat UWV bij de beoordeling van het
reïntegratieverslag de verzekerde en de werkgever in de gelegenheid
stelt hun zienswijze mondeling naar voren te brengen. Dit gebeurt hier dan
ook. In de formulering van het amendement is aansluiting gezocht bij de tekst
van art. 4:9 van de Algemene wet bestuursrecht. Met dit amendement wordt net
als in het onderzoek van Bolhaar c.s. voorkomen dat de beoordeling van reïntegratieverslagen
een louter administratieve gelegenheid blijft.
Dit amendement legt de werkgever en de verzekerde niet de verplichting
op in te gaan op de vraag van UWV mondeling hun zienswijze te geven. Zo'n
verplichting zou immers gepaard moeten gaan met een sanctie, als die verplichting
niet wordt nagekomen. Een dergelijke sanctie achten de indieners hier niet
op hun plaats, omdat dit amendement niet als doel heeft werkgever en verzekerde
te prikkelen, maar als doel heeft UWV te prikkelen om reïntegratieverslagen
vaker intensief te beoordelen.
Met de ministeriële regeling waarnaar wordt verwezen in lid 3, kunnen
uitzonderingscategorieën worden ingesteld. Hierbij gaat het om groepen
mensen bij wie intensieve beoordeling van het reïntegratieverslag geen
meerwaarde heeft, zoals mensen zonder duurzaam benutbare mogelijkheden en
mensen die 50% of meer werken.
Bussemaker
Vendrik
De Wit