30 010 Gedetineerdenbegeleiding buitenland

Nr. 34 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 augustus 2017

Namens de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft u mij per brief van 26 juli 2017 verzocht om de reactie op de brief van de Nationale ombudsman inzake de klacht van Johan van Laarhoven d.d. 13 juli 2017 aan de Kamer te zenden. De betreffende brief treft u bijgaand in afschrift aan1.

Daarnaast heeft de commissie mij verzocht schriftelijk in te gaan op de stand van zaken ten aanzien van de uitvoering van de toezeggingen gedaan tijdens het VSO d.d. 4 juli 2017 over uw reactie op de petitie «Justice for Johan» (Handelingen II 2016/17, nr. 95, item 28). Ik ga ervan uit dat de commissie daarmee doelt op de stand van zaken rond de overdracht van de tenuitvoerlegging van het aan de heer Van Laarhoven in Thailand opgelegd strafvonnis. Tijdens het VSO heb ik toegezegd dat een verzoek van de heer Van Laarhoven om overbrenging naar Nederland door mijn ministerie voortvarend zal worden behandeld, zoals dat in zijn algemeenheid het geval is wanneer Nederlandse veroordeelden in het buitenland een beroep doen op de mogelijkheid om de straf in Nederland uit te zitten. Mijn ministerie heeft het verzoek van de heer Van Laarhoven inmiddels ontvangen. Het verzoek zal voortvarend worden behandeld.

De Minister van Veiligheid en Justitie, S.A. Blok


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven