30 010 Gedetineerdenbegeleiding buitenland

Nr. 22 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 januari 2015

Naar aanleiding van de executie van de heer Ang Kiem Soei in Indonesië informeer ik u hierbij over deze zaak.

Nederland veroordeelt deze executie en de overige voltrokken executies resoluut. Het is triest en verontrustend dat de heer Ang samen met vijf anderen is geëxecuteerd door een vuurpeloton. Het kabinet leeft mee met de familie, voor wie dit na jaren van onzekerheid een dramatische afloop is.

Nederland is en blijft principieel tegen de doodstraf en de uitvoering ervan. Het is een wrede en onmenselijke straf, die staat voor een onacceptabele ontkenning van menselijke waardigheid en integriteit. Nederland zal zich, ook in EU-verband, blijven inzetten voor het wereldwijd tegengaan van de doodstraf.

Het kabinet heeft alle mogelijke middelen ingezet om de Indonesische autoriteiten ertoe te bewegen de executie af te gelasten. Het doodvonnis van de Nederlander was de afgelopen jaren een terugkerend agendapunt bij gesprekken van Nederlandse vertegenwoordigers met hun Indonesische collega’s. Zowel juridisch, diplomatiek als politiek en in bilateraal, Europees en VN-verband (speciale rapporteur) heeft Nederland onverminderd druk uitgeoefend op Indonesië om de executie niet uit te voeren. Ik heb contact gehad met collega’s uit landen waarvan burgers ook op de lijst van aanstaande executies stonden.

De Minister-President heeft op 14 januari 2015 een brief over deze zaak gestuurd aan de Indonesische president. Zijne Majesteit de Koning heeft op 15 januari 2015 gesproken met president Joko Widodo over deze zaak en de president verzocht zijn afwijzing van het gratieverzoek te heroverwegen en de doodstraf om te zetten. En ik heb herhaaldelijk gesproken met mijn Indonesische collega. De Nederlandse ambassade in Jakarta, het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag en het kabinet hebben zich voortdurend en onvermoeibaar ingezet om deze executie te voorkomen.

Indonesië is een belangrijke partner van Nederland in Azië. Tegelijk staat vast dat voor nu, na deze executie, niet zomaar kan worden overgegaan tot de orde van de dag. Naar aanleiding van de executie heb ik de Nederlandse ambassadeur in Jakarta voor consultaties tijdelijk teruggeroepen naar Den Haag. Daarnaast heb ik de Tijdelijk Zaakgelastigde van Indonesië in Den Haag ontboden voor tekst en uitleg, waarbij ik hem de Nederlandse reactie kenbaar zal maken. De door mij voor deze zaak naar Jakarta gestuurde speciaal gezant keert met de Nederlandse ambassadeur terug naar Den Haag.

In bijlage1 treft u aan een achtergrond en uiteenzetting van de voornaamste recente stappen die Nederland heeft ondernomen om de executie te voorkomen.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven