29 924 Toezichtsverslagen AIVD en MIVD

Nr. 120 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 maart 2015

Hierbij bied ik u het toezichtsrapport aan van de Commissie van Toezicht betreffende de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD/Commissie) inzake de toepassing van biologisch forensische onderzoeksmethoden door de AIVD (rapportnummer 42)1. Het rapport bevat een geheime bijlage. Deze zal, zoals gebruikelijk, gelijktijdig met deze brief worden gezonden aan de Commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten. Deze geheime bijlage bevat overigens enkel een nadere beschrijving van de in het openbare rapport genoemde operaties en bevat geen nieuwe aanbevelingen.

Het onderzoek

Door de AIVD wordt sinds enige tijd gebruik gemaakt van biologisch forensische onderzoeksmethoden. Dit vindt op beperkte schaal plaats. De Commissie heeft bestudeerd hoe de AIVD deze onderzoeksmethoden toepast en hoe dit zich verhoudt tot het wettelijk kader en de relevante jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Ook heeft de Commissie de interne regelgeving en de praktische uitvoering binnen de dienst bij haar onderzoek betrokken. De Commissie heeft de toepassing bestudeerd vanaf de inwerkingtreding van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 (Wiv 2002) tot en met juni 2014.

Conclusie

Allereerst is van belang dat door de Commissie is geconcludeerd dat de Wiv 2002 een voldoende wettelijke grondslag biedt voor het toepassen van biologisch forensische onderzoeksmethoden, zoals DNA-onderzoek en dat deze wet de mogelijkheid biedt DNA-profielen te matchen in een externe databank.

De Commissie concludeert dat in de meeste gevallen waarin gebruik is gemaakt van forensisch biologische onderzoeksmethoden, dit op juiste wijze is gebeurd.

Niettemin is een klein aantal operaties onrechtmatig geacht. Gelet op de inbreuk op de privacy die het gebruik van forensisch biologische onderzoeksmethoden met zich mee brengt, acht ik het van groot belang om ten aanzien van de punten waarop de dienst naar het onderdeel van de Commissie tekort schiet, maatregelen te treffen. Onderhavig rapport is hiervoor waardevol. Ik neem dan ook alle aanbevelingen over.

Kritiekpunten

Juridisch kader

Door de Commissie is geconstateerd dat de huidige Wiv 2002 op een aantal punten tekort schiet, zowel voor wat betreft de waarborgen die de wet zou moeten bieden, als voor wat betreft de toepassing van biologisch forensische onderzoeksmethoden. Ik merk op dat inmiddels een traject is gestart teneinde te bezien in hoeverre en op welke wijze hetgeen door de CTIVD is opgemerkt bij de hervorming van de Wiv 2002 kan worden meegenomen. Ook de interne regelgeving, waaronder het Mandaatbesluit bijzondere bevoegdheden AIVD 2014, zal bij dat traject worden betrokken.

Forensisch Adviseur

In het rapport is de rol van de forensisch adviseur binnen de dienst besproken.

Door de Commissie zijn kanttekeningen geplaatst bij de wijze waarop het bewaren van DNA-profielen en lichaamseigen materiaal van nog onbekende personen is geregeld. Het risico bestaat dat DNA-profielen en lichaamseigen materiaal te lang wordt bewaard. Volgens de Commissie moet explicieter worden geregeld wie verantwoordelijk is voor het bewaren en vernietigen van deze gegevens en hoe deze persoon deze verantwoordelijkheid gaat uitvoeren. Ook deze punten zullen bij het hierboven genoemde traject worden betrokken.

Operationele activiteiten

Ten aanzien van een beperkt aantal operaties is de Commissie tot de conclusie gekomen dat deze onrechtmatig zijn. Ik heb inmiddels opdracht gegeven alle DNA gerelateerde gegevens met betrekking tot deze onrechtmatig geachte operaties te vernietigen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven