29 911 Bestrijding georganiseerde criminaliteit

Nr. 198 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 april 2018

Recent heeft de Universiteit Leiden in opdracht van mijn departement een internationaal vergelijkend onderzoek verricht naar toezeggingen aan getuigen in strafzaken in vier landen: Nederland, Duitsland, Italië en Canada. Hierbij bied ik het onderzoeksverslag aan uw Kamer aan1. Ook stuur ik een samenvatting (incl. Nederlandse vertaling) en een vertaling van enkele hoofdstukken van het rapport mee2.

Aanleiding voor het onderzoek was het voornemen van mijn ambtsvoorganger om de kroongetuigenregeling aan te passen, en het onderzoek zou daarvoor informatie kunnen opleveren. Ik verwijs u hierbij naar de brief die mijn ambtsvoorganger hierover op 5 juli 2013 naar uw Kamer heeft gezonden.3

Vervolg

Het is een gedegen onderzoek dat van nut zal zijn bij de verdere beleidsvorming op het terrein van toezeggingen aan getuigen in strafzaken. Mijn inhoudelijke reactie op de uitkomsten van het onderzoek wil ik echter aanhouden totdat de Hoge Raad het cassatieberoep in de strafzaak Passage heeft behandeld. In die zaak zijn twee kroongetuigen gebruikt. Het ligt voor de hand dat ik het arrest in deze zaak graag bij mijn oordeelsvorming wil betrekken.

In de tussentijd zal mijn departement in overleg met het Openbaar Ministerie en de politie de voorbereiding voor een inhoudelijke beleidsreactie ter hand nemen.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
3

Kamerstuk 29 911, nr. 83.

Naar boven