29 893 Veiligheid van het railvervoer

29 296 Tunnelveiligheid

Nr. 144 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 april 2013

In de week van 12 november 2012 is het treinverkeer in de Schipholtunnel op last van de brandweer drie maal vanwege een rookmelding stil gelegd. NS en ProRail hebben naar aanleiding hiervan besloten tot een extern onderzoek. Zoals toegezegd in mijn brief van 13 december jl.1 ontvangt u hierbij het rapport over de brand- en rookmeldingen in de tunnel, zoals ik dat van NS en ProRail heb ontvangen2.

Het onderzoek richt zich op de (achterliggende) oorzaken van de brand- en rookmeldingen, wat de hinder voor reizigers is geweest en welke aanvullende maatregelen in techniek, procedures en organisatie genomen kunnen worden om het aantal meldingen te verminderen en de hinder voor de reizigers te beperken, zonder dat er concessies worden gedaan aan de veiligheid.

In het rapport wordt de conclusie getrokken dat het veiligheidsregime in de Schipholtunnel van een hoog niveau is. In het rapport worden een aantal aanbevelingen gedaan voor maatregelen om hinder voor reizigers bij verstoringen als gevolg van brand- en rookmeldingen terug te brengen. Dit, binnen het uitgangspunt van behoud van het huidige veiligheidsregime. NS en ProRail brengen momenteel de uitvoerbaarheid van de maatregelen in kaart die in het rapport worden aanbevolen, waaronder – samen met de Veiligheidsregio Kennemerland – de mogelijkheid in de tunnel hittedetectie te plaatsen.

NS en ProRail nemen reeds een aantal maatregelen. Het NS-personeel wordt nog beter geïnformeerd over werkzaamheden in verband met het opwaaien van stof. Ook worden reizigers voortaan geïnformeerd over een aangelopen rem van een trein in verband met rookvorming. Dit, om te voorkomen dat ten onrechte een brand- of rookmelding gedaan wordt.

De resultaten van het in kaart brengen van de uitvoerbaarheid van de maatregelen wil ik graag betrekken bij mijn reactie. NS en ProRail geven aan de resultaten over ca. twee maanden te verwachten. Dan informeer ik u hierover en geef ik u mijn reactie op het rapport.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld


X Noot
1

Tweede Kamer, vergaderjaar 2012–2013, 29 893, nr. 138

X Noot
2

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven