29 804
Arbeidsmarkt en sociale zekerheid

28 719
Reïntegratiebeleid

nr. 27
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 november 2007

Hierbij bied ik u aan, mede namens de staatssecretaris van Economische Zaken, het onderzoeksrapport: ’Allochtoon ondernemerschap vanuit een uitkeringssituatie’ (EIM Onderzoek voor Bedrijf & Beleid, juni 2007).1

Bij brief van 6 februari 2006 (TK 2005–2006, 28 719. nr. 34) heeft mijn voorganger u een rapport aangeboden van Ecorys, getiteld «Ondernemend de uitkering uit». Een van de opmerkelijke conclusies van het Ecorys-onderzoek is dat op grond van de samenstelling van het uitkeringsbestand men zou verwachten dat er veel meer allochtone uitkeringsgerechtigden een eigen bedrijf zouden starten.

Mijn voorganger heeft bij de brief van 13 maart 2006 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 29 804, nr. 20) u toegezegd dat hij met de staatssecretaris van Economische Zaken een nadere analyse zal laten maken waarom er zo weinig allochtone uitkeringsgerechtigden een eigen bedrijf starten. Met dit onderzoek is aan deze toezegging voldaan.

Uit het onderzoek blijkt dat relatief veel meer allochtone uitkeringsgerechtigden in verschillende fases afhaken om een eigen bedrijf te starten. Als belangrijkste redenen hiervoor worden genoemd:

• er wordt standaardbegeleiding geboden (geen maatwerk en weinig aandacht voor achtergrond en context van de betrokkenen);

• allochtonen schrikken vaker dan autochtonen van de vele procedures en zaken die geregeld moeten worden;

• de begeleidingstrajecten duren lang, waardoor allochtone uitkeringsstarters vaker dan autochtonen de eerste aanzet niet doorzetten;

• onvoldoende taalkennis en administratieve vaardigheden en onbekendheid met de regelingen.

Door de begeleiding korter, intensiever en meer samen met en/of vanuit de eigen groep te doen en meer echte ondernemers bij de begeleiding te betrekken, kan de slaagkans van starttrajecten naar alle waarschijnlijkheid flink worden verhoogd. Ook het bevorderen van team-startups in plaats van individuele startups wordt sterk aanbevolen, omdat samen met een zakelijke partner die eventuele zwakke punten compenseert, uitstekende resultaten kunnen worden bereikt.

Uit het onderzoek blijkt ook dat zowel de knelpunten als de oplossingsrichtingen voor het starten van een eigen bedrijf voor allochtone uitkeringsgerechtigden niet zo heel veel anders luiden dan voor autochtone uitkeringsgerechtigden. De betreffende knelpunten en bijbehorende oplossingen zijn voor de allochtone uitkeringsgerechtigden echter wel veel zwaarwegender omdat veel meer van hen er daadwerkelijk door worden ontmoedigd.

Ondernemerschap is voor het huidige kabinet een belangrijk beleidsthema. In het kader van de Participatietop is afgesproken dat het kabinet ondernemerschap gaat stimuleren (al dan niet vanuit een uitkering) onder andere via microkredieten voor startende ondernemers en complexiteitsreductie, met extra aandacht voor ondernemers in aandachtswijken en allochtone vrouwen. De planning is dat u eind dit jaar (eind 2007) de Kabinetsbrief zelfstandig ondernemerschap ontvangt.

Om allochtoon ondernemerschap te stimuleren zal ik samen met de Staatssecretaris van Economische Zaken en de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie begin 2008 een conferentie over nieuw ondernemerschap organiseren. De conferentie zal zich richten op zowel de betrokken instanties zoals Kamers van Koophandel, gemeenten, CWI’s en allochtone organisaties als op de (potentiële) starters, over het starten van ondernemerschap. De aanbevelingen uit het onderzoek zullen hierbij ook een rol spelen.

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. Aboutaleb


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven