29 767
Wijziging van enkele belastingwetten (Belastingplan 2005)

nr. 30
AMENDEMENT VAN HET LID VENDRIK

Ontvangen 15 november 2004

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

A. Onderdeel Ga vervalt.

B. Onderdeel I komt te luiden:

I. Artikel 3.76, tweede lid, komt te luiden:

2. Bij een winst

gelijk aan of meer danmaar minder danbedraagt de zelfstandigenaftrek
€ 13 030€ 9 399
€ 13 030€ 15 115€ 8 737
€ 15 115€ 17 205€ 8 079
€ 17 205€ 49 275€ 7 200
€ 49 275€ 51 360€ 6 571
€ 51 360€ 53 450€ 5 877
€ 53 450€ 55 530€ 5 186
€ 55 530€ 4 559

C. Onderdeel Ka vervalt.

II

Artikel II wordt als volgt gewijzigd:

A. Onderdeel Aa vervalt.

B. Onderdeel Da vervalt.

III

Artikel III wordt als volgt gewijzigd:

A. Onderdeel A vervalt.

B. Onderdeel C vervalt.

IV

Artikel V wordt als volgt gewijzigd:

Voor onderdeel A wordt ingevoegd:

0A. Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na onderdeel d een onderdeel ingevoegd, luidende:

e. langdurig werkloze: degene die langer dan 12 maanden zonder onderbreking als werkloos werkzoekende staat ingeschreven bij de Centrale organisatie werk en inkomen, genoemd in hoofdstuk 4 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;.

2. In het vierde lid, onderdeel a, wordt «de artikelen 6 en 16b» vervangen door: de artikelen 6, 12 en 16b.

B. Voor onderdeel B wordt ingevoegd:

0B. In artikel 3, eerste lid, wordt na onderdeel a een onderdeel ingevoegd, luidende:

b. de afdrachtvermindering langdurig werklozen;,

C. Na onderdeel B wordt ingevoegd:

Ba. In artikel 3, derde lid wordt «De afdrachtvermindering onderwijs» vervangen door: De afdrachtvermindering langdurig werklozen, de afdrachtvermindering onderwijs.

D. Voor onderdeel C wordt ingevoegd:

0C. Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «€ 1093» vervangen door: 2164.

2. Na het eerste lid, onderdeel a, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

b. de afdrachtvermindering langdurig werklozen: € 2582 per kalenderjaar;.

E. Na onderdeel C worden twee onderdelen ingevoegd, luidende:

Ca. In artikel 7 wordt «€ 17 806» vervangen door: € 19 908.

Cb. Na artikel 7 wordt een nieuw hoofdstuk ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK IV AFDRACHTVERMINDERING LANGDURIG WERKLOZEN

Artikel 8. 1. De afdrachtvermindering langdurig werklozen is van toepassing met betrekking tot de werknemer voor wie de inhoudingsplichtige over een verklaring langdurig werkloze beschikt en wiens loon in het desbetreffende loontijdvak niet meer bedraagt dan diens toetsloon voor dat tijdvak. Het toetsloon voor de afdrachtvermindering langdurig werklozen bedraagt:

a. ten aanzien van de werknemer die bij aanvaarding van de dienstbetrekking de leeftijd van 50 jaar niet heeft bereikt € 22 390 per kalenderjaar;

b. ten aanzien van de werknemer die bij aanvaarding van de dienstbetrekking de leeftijd van 50 jaar heeft bereikt € 25 700 per kalenderjaar.

2. De afdrachtvermindering langdurig werklozen is met betrekking tot een werknemer gedurende ten hoogste 48 maanden van toepassing.

Artikel 9. 1. De verklaring langdurig werkloze is een schriftelijk stuk waarin de Centrale organisatie werk en inkomen jegens de inhoudingsplichtige verklaart dat de aanstaande werknemer of de werknemer een langdurig werkloze is onderscheidenlijk was op het tijdstip voorafgaand aan de aanvraag van de dienstbetrekking. De verklaring bevat het sociaal-fiscaalnummer van de werknemer.

2. De verklaring langdurig werkloze wordt kosteloos aan de inhoudingsplichtige afgegeven op diens daartoe strekkende verzoek.

3. De inhoudingsplichtige bewaart een afschrift van de verklaring langdurig werkloze bij de loonadministratie.

Artikel 10. 1. De Centrale organisatie werk en inkomen geeft geen verklaring langdurig werkloze af indien:

a. de dienstbetrekking voor bepaalde tijd van minder dan 12 weken of met een gemiddelde arbeidsduur per kalenderweek die korter is dan 15 uren is aangegaan;

b. de inhoudingsplichtige in de periode van zes maanden voorafgaand aan het aangaan van de arbeidsovereenkomst waarvoor een verklaring wordt aangevraagd, na verkregen toestemming van de Centrale organisatie werk en inkomen een of meer arbeidsovereenkomsten heeft beëindigd op grond van bedrijfseconomische redenen, dan wel indien een aanvraag voor een ontslagvergunning om bedrijfseconomische redenen in behandeling is;

c. de afgifte in strijd zou zijn met doel en strekking van deze wet.

2. De Centrale organisatie werk en inkomen kan, in afwijking van het eerste lid, onderdeel b, toch een verklaring langdurig werkloze afgeven indien naar haar oordeel door het afgeven van de verklaring geen verdringing zal optreden van arbeidsovereenkomsten waarop de afdrachtvermindering langdurig werklozen niet van toepassing is.

3. Bij ministeriële regeling van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot het eerste lid, onderdeel c.

Artikel 11. 1. De Centrale organisatie werk en inkomen trekt bij beschikking de verklaring langdurig werkloze in met ingang van het tijdstip waarop:

a. een of meer andere arbeidsovereenkomsten dan die met de in artikel 8 bedoelde werknemer, na verkregen toestemming van de Centrale organisatie werk en inkomen worden beëindigd op grond van bedrijfseconomische redenen, ingeval deze beëindiging plaatsvindt binnen zes maanden na het tijdstip waarop de afdrachtvermindering langdurig werklozen voor het eerst met betrekking tot die werknemer is toegepast;

b. blijkt dat ter harer verkrijging verstrekte gegevens zodanig onjuist zijn dat op het verzoek een andere beslissing zou zijn genomen indien bij de beoordeling daarvan de juiste omstandigheden bekend zouden zijn geweest;

c. blijkt dat de Centrale organisatie werk en inkomen de verklaring ten onrechte heeft afgegeven.

2. De Centrale organisatie werk en inkomen kan, in afwijking van het eerste lid, onderdeel a, bij beschikking beslissen dat de verklaring langdurig werkloze niet wordt ingetrokken.

3. De inhoudingsplichtige bewaart een afschrift van de beschikking, bedoeld in het eerste en het tweede lid, bij de loonadministratie.

Artikel 12. Bij ministeriële regeling kan met betrekking tot artikel 1, eerste lid, onderdeel e, zo nodig onder voorwaarden, worden bepaald:

a. dat de periode van 12 maanden wordt verkort, doch niet verder dan tot 6 maanden, voor aan te wijzen gebieden met een hoge werkloosheid;

b. dat aan te wijzen groepen personen die met betrekking tot de kansen op de arbeidsmarkt in nagenoeg dezelfde positie verkeren als langdurig werklozen, daarmee worden gelijkgesteld;

c. welke perioden van niet als werkloos werkzoekende staan ingeschreven, niet gelden als onderbreking.

Artikel 13. Bij ministeriële regeling kan Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, na overleg met Onze Minister van Financiën, regels stellen ter bevordering van een goede uitvoering van dit hoofdstuk, alsmede met betrekking tot het verschaffen van inlichtingen aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid die hij nodig heeft voor het verkrijgen van inzicht in de werking van dit hoofdstuk en hoofdstuk III.

F. Na onderdeel E worden drie onderdelen ingevoegd, luidende:

Ea. In artikel 30 wordt na het vijfde lid een lid toegevoegd, luidende:

6. Artikel 8:4, onderdeel g, van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing ten aanzien van de besluiten van de Centrale organisatie werk en inkomen op grond van artikikel 9 van deze wet.

Eb. Artikel 31 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «de artikelen 7» vervangen door: de artikelen 7, 8.

2. In het tweede lid wordt «110,5 percent» vervangen door: 115 percent.

3. Na het tweede lid worden, onder vernummering van het derde tot en met zesde lid in vijfde tot en met achtste lid, twee leden ingevoegd, luidende:

3. De in artikel 8, eerste lid, tweede volzin, onderdeel a, en artikel 14, derde lid, vermelde toetslonen worden gesteld op 130 percent van het twaalfvoud van het in artikel 8, eerste lid, onderdeel a, van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag bedoelde bedrag, verminderd met het werknemersaandeel in de premie ingevolge de Werkloosheidswet en vermeerderd met het werkgeversaandeel in de premie ingevolge de Ziekenfondswet.

4. Het in artikel 8, eerste lid, tweede volzin, onderdeel b, vermelde toetsloon wordt gesteld op 150 percent van het twaalfvoud van het in artikel 8, eerste lid, onderdeel a, van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag bedoelde bedrag, verminderd met het werknemersaandeel in de premie ingevolge de Werkloosheidswet en vermeerderd met het werkgeversaandeel in de premie ingevolge de Ziekenfondswet.

4. In het tot achtste lid vernummerde zesde lid wordt «tweede tot en met vijfde lid» vervangen door: tweede tot en met zevende lid.

Ec. Artikel 33 vervalt.

V

Artikel VI wordt als volgt gewijzigd:

A. Onderdeel Da vervalt.

B. Onderdeel E komt te luiden:

E. In artikel 22 wordt «29 percent» vervangen door: 25 percent.

VI

Artikel VII vervalt.

VII

Artikel VIII vervalt.

VIII

Na artikel XX wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel XXa

In het Belastingplan 2003 Deel I vervalt artikel XIV, onderdeel D.

IX

Artikel XXV vervalt.

Toelichting

Met dit amendement wordt bewerkstelligd dat de afdrachtvermindering lage lonen niet komt te vervallen per 2006 en dat de afdrachtvermindering langdurig werklozen wordt heringevoerd. De verlaging van het vennootschapsbelastingtarief en de hiermee samenhangende wijzigingen worden teruggedraaid. Tevens wordt het tariefstapje in de vennootschapsbelasting verlaagd naar 25 percent. Voorts worden de bedragen van de zelfstandigenaftrek voor 2005 verder verhoogd. De verhogingen van de zelfstandigenaftrek voor 2006 en 2007 blijven gehandhaafd.

Onderstaand beeld geeft de meerjarige doorwerking van het amendement. De budgettaire opbrengst in 2006 en 2007 dient te worden ingezet voor een verdere verhoging/omzetting van de zelfstandigenaftrek.

De met dit voorstel gepaard gaande budgettaire gevolgen zien er als volgt uit:

 200520062007
VPB-tariefsverlaging (algemeen) schrappen1 1851 5801 775
Verlaagd VPB-tarief versneld naar 25%– 50– 250
Behoud VLW– 138– 170– 180
Behoud SPAK– 840– 1 034– 1 034
Verhogen zelfstandigenaftrek met 12,1% per staffel– 157– 157– 157
Totaal0194404

Vendrik

Naar boven