29 754 Terrorismebestrijding

Nr. 617 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juli 2021

Bij brief van 20 mei jl. heeft de vaste commissie van Justitie en Veiligheid mij verzocht om een reactie op een onderzoek over extreemrechts. Tevens heeft het lid Leijten (SP) verzocht om een reactie op het proefschrift «Van actie tot zelfverwezenlijking. Routes van toetreding tot radicaal – en extreemrechts»1 tijdens het plenair debat anti-islamsentimenten van 25 mei jongstleden met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Deze brief verstuur ik uw Kamer dan ook mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

In deze brief wordt ingegaan op de bevindingen van het onderzoek waar het gaat om rechts-extremisme en de potentiele dreiging voor de nationale veiligheid en de democratische rechtsorde. Ook zal ik ingaan op het beleid van het kabinet op het tegengaan van rechts-extremisme.

De bevindingen van het onderzoek over de dreiging uit rechts-extremistische hoek onderschrijven het beeld dat de NCTV al geruime tijd verwoordt in verscheidene publicaties en de Dreigingsbeelden Terrorisme Nederland (DTN). Zo staat in het meest recente DTN 54 dat veelal jonge getroebleerde Nederlanders zich aangetrokken kunnen voelen tot de groeiende internationale rechts-extremistische internetwereld die ook in het Nederlands doorklinkt in voornamelijk heimelijke digitale groepen.2 De mogelijkheid dat een extreemrechts georiënteerde alleen handelende dader in Nederland een aanslag pleegt is voorstelbaar. Bovendien zijn er personen die vanuit rechts-extremistische, maar ook vanuit anti-overheidshoek, soms (online) dreigen met ernstig geweld. In het recente jaarverslag van de AIVD staat dat vooral (jonge) mannen die kampen met sociale en psychologische problemen kwetsbaar zijn voor het rechts-extremistisch gedachtengoed.3 Afgelopen jaar hield de politie in Nederland enkele minderjarigen en jongvolwassenen aan die lid waren van zulke extremistische online groepen. Ook beschrijft de AIVD de ontwikkeling dat rechts-extremistische groepen uit de schaduw komen en vaker het grote publiek opzoeken. Online was er intensief contact tussen extremisten wereldwijd, waarbij zeer gewelddadige propaganda werd gedeeld.

In andere landen, zoals in Nieuw-Zeeland, Noorwegen en Duitsland, zijn de afgelopen jaren al gewelddadige aanslagen gepleegd door rechts-extremisten. Het rechts-extremistische gedachtegoed en daarmee samenhangende gedragingen vormen een reële bedreiging voor de nationale veiligheid en de democratische rechtsorde in Nederland. Deze dreiging vereist dan ook structureel alertheid van de overheid. De gehele contra-terrorisme aanpak en het daarbij behorende brede pakket aan maatregelen wordt waar nodig ingezet om de dreiging vanuit rechts-extremistische hoek tegen te gaan. Op verschillende vlakken, zoals online extremistische content en internationale verbindingen, is de aanpak geïntensiveerd. Het kabinet volgt ontwikkelingen in de dreiging nadrukkelijk en zal waar nodig aanvullende maatregelen treffen. Voor de inhoud van de huidige aanpak verwijs ik u graag naar de beleidsbrief Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland 54 die op 14 april 2021 naar uw Kamer is verzonden.

Op 19 mei 2021 is het proefschrift «Van actie tot zelfverwezenlijking, routes van toetreding tot radicaal- en extreemrechts» gepubliceerd. Hierin wordt onderzocht wie de nieuwe generatie radicaal- en extreemrechtse activisten zijn, waarom ze actief worden en waarom ze actief blijven. Het onderzoek versterkt het inzicht in de variatie aan activisten en hun bijbehorende beweegredenen en levensverhalen. Daarnaast onderkent het onderzoek recente ontwikkelingen binnen het radicaal- en extreemrechtse landschap, zoals de leegloop van de neonazi-beweging, de opkomst van een meer hoogopgeleide en intellectuele stroming, en de opkomst van de «freelance rechts-extremist» en vormt daarmee een waardevolle update. Het proefschrift onderschrijft scherp de in eerdere publicaties gesignaleerde ontwikkelingen en dreiging zoals die uitgaat van het fenomeen rechts-extremisme. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat de onlinewereld grotendeels buiten beschouwing wordt gelaten in dit onderzoek. Het kabinet is van mening dat de dreiging die uitgaat van het rechts-extremisme op internet zorgwekkend is en de verdere aandacht verdient van alle veiligheidspartners.

Radicalisering en extremisme in Nederland is niet alleen een probleem van de veiligheidsdiensten. Radicalisering en extremisme op grond van extreemrechts gedachtegoed kennen een voedingsbodem in, en dragen ook bij aan een toenemende polarisatie in Nederland. Het gaat hierbij dan ook om een maatschappelijk probleem dat raakt aan de kern van het functioneren van onze democratische rechtsorde.

Vanuit het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid worden gemeenten ondersteund met advies, training en kennis bij vragen over extreemrechts. Hiervoor zijn zowel ESS (Expertise-unit Sociale Stabiliteit) als de Taskforce Problematisch Gedrag & Ongewenste Buitenlandse financiering (PG&OBF) en de daarbij ontwikkelde instrumenten op afroep inzetbaar. Ook is er op dit moment een onderzoek in voorbereiding dat zich richt op beter inzicht in radicalisering via extreemrechts gedachtegoed. Deze onderzoeksresultaten zijn bedoeld om het beleid ten aanzien van preventie van radicalisering nog beter te kunnen richten.

Voor een effectieve aanpak van rechts-extremisme is informatiedeling en samenwerking met (inter)nationale en lokale partners noodzakelijk, zowel preventief als repressief. Voor het signaleren, tegengaan en voorkomen van radicalisering en extremisme in brede zin wordt dan ook op vele vlakken verbinding gelegd als onderdeel van de integrale aanpak van contraterrorisme. Het fenomeen is al jaren een belangrijk punt van aandacht en zal dat naar verwachting de komende jaren ook blijven.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Nikki Sterkenburg, Van actie tot zelfverwezenlijking, routes van toetreding tot radicaal- en extreemrechts», 19 mei 2021.

X Noot
2

Kamerstuk 29 754, nr. 593, bijlage Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland 54, p. 4.

X Noot
3

Kamerstuk 30 977, nr. 159, bijlage Jaarverslag AIVD 2020, p. 4.

Naar boven