29 754 Terrorismebestrijding

Nr. 552 MOTIE VAN HET LID YESILGÖZ-ZEGERIUS

Voorgesteld 2 juli 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Minister, conform motie-Laan-Geselschap van 25 juni 2019, geen onomkeerbare stappen mag zetten voordat de Kamer betrokken is, indien er voornemens zijn ten aanzien van het terughalen van Syriëgangers, dan wel hun vrouwen of kinderen;

constaterende dat de rechtbank Rotterdam op 16 juni jl. heeft geoordeeld dat de Minister de terugkeer van Syriëgangers verkiest boven lokale berechting in de regio en daarbij het belang van de nationale veiligheid heeft gerelativeerd;

constaterende dat uit de uitspraak van de rechtbank blijkt dat de Minister zijn motivering hierover heeft kenbaar gemaakt bij brieven van 19 mei en 30 mei jl.;

verzoekt de regering, deze brieven naar de Kamer te sturen;

verzoekt de regering, conform eerdere toezeggingen, geen verdere onomkeerbare stappen te zetten en de Kamer vooraf te betrekken als er voornemens zijn ten aanzien van het terughalen van Syriëgangers, dan wel hun vrouwen of kinderen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Yeşilgöz-Zegerius

Naar boven