Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 juni 2021
De Subsidieregeling Veelbelovende Zorg heeft per 2019 het instrument van de Voorwaardelijke
toelating (hierna: VT) vervangen. Echter, om ervoor te zorgen dat er geen gat ontstaat
tussen de twee regelingen is tot en met het voorjaar van 2018 nog de mogelijkheid
geboden om onderzoeksvoorstellen in VT in te dienen. Voor die voorstellen is nog de
gebruikelijke procedure voor voorwaardelijke toelating gevolgd.
Met deze brief informeer ik u over het laatste traject dat in deze procedure zat en
dat via het instrument van VT per 1 juli 2021 zal worden toegelaten tot het basispakket
van de Zorgverzekeringswet (Zvw). De Kamer zal in de aankomende jaren op de hoogte
worden gehouden van de trajecten die in de Voorwaardelijke Toelating zitten, totdat
alle trajecten zijn afgerond.
Blaasinstillaties met blaasspoelvloeistoffen bij patiënten met blaaspijnsyndroom en
Hunnerse laesies
Het Zorginstituut heeft mij per brief op 29 april 2021 geadviseerd om behandeling
met blaasvloeistoffen met chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur bij patiënten met
blaaspijnsyndroom en niet transurethraal behandelbare Hunnerse laesies (hierna: blaasinstillaties)
voor vier jaar en één maand voorwaardelijk toe te laten tot het basispakket van de
zorgverzekering.
In de brief aan de kamer van 15 november 20191 heeft mijn voorganger, op advies van het Zorginstituut, blaasinstillaties als potentiële
kandidaat aangemerkt voor VT. Daarna hebben partijen een convenant opgesteld en ondertekend
waarin afspraken zijn opgenomen over het aan VT gekoppelde onderzoek en over de afwikkeling
na afloop van de VT.
Na afloop van de VT zal het mogelijk zijn om duidelijke conclusies te trekken over
de effectiviteit van de toevoeging van deze interventie aan de standaardbehandeling
ten opzichte van de standaard behandeling2 alleen en dat patiënten tijdig en op een verantwoorde wijze toegang hebben tot de
veelbelovende zorg.
Ik heb besloten het advies van het Zorginstituut om behandeling met blaasvloeistoffen
met chondroïtinesulfaat en/of hyaluronzuur bij patiënten met blaaspijnsyndroom en
niet transurethraal behandelbare Hunnerse laesies voorwaardelijk toe te laten tot
het basispakket te volgen en de Regeling zorgverzekering dienaangaande te wijzigen.
Tevens zal een nevenonderzoek worden opgestart. Op basis van de kostenprognose genoemd
in de bijlage bij het advies van het Zorginstituut reserveer ik voor dit traject een
bedrag van € 799.200 dat ten laste van het budget voor VT zal komen3.
De Minister voor Medische Zorg,
T. van Ark