29 689 Herziening Zorgstelsel

Nr. 1101 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2021

Tijdens de procedurevergadering van de vaste commissie voor VWS van woensdag 12 mei 2021 is door het lid Van den Berg (CDA) een verzoek ingediend voor een stand van zaken brief over de implementatie van de aanbevelingen in het vorig jaar verschenen KPMG-rapport over risicoverevening in de zorg.

Vorig jaar heeft KPMG op basis van literatuuronderzoek en interviews het zogenoemde restprobleem in de risicoverevening scherper in kaart gebracht. Zoals aangekondigd in mijn brief over het risicovereveningsmodel 20211 was al op voorhand voorzien dat meerdere onderzoeken nodig zouden zijn om dit scherp te krijgen en daarom zijn in de zomer van 2020 meerdere vervolgonderzoeken gestart. Een deel van deze onderzoeken zit nu in de afrondende fase. De resultaten worden nu met zorgverzekeraars en het Zorginstituut Nederland besproken. De aanbevelingen die uit deze onderzoeken voortkomen zal ik bezien in samenhang met de andere onderzoeken die lopen naar verbetering van kenmerken van het risicovereveningsmodel.

Op basis van de uitkomsten van de onderzoeken verwacht ik mij een oordeel te kunnen vormen over de mogelijkheden tot verdere verbetering van de risicoverevening per 2022 en de komende jaren. Ik zal Uw Kamer in juli per brief informeren over de resultaten van de vervolgonderzoeken en de wijzigingen in het ex-ante model van 2022. In die brief zal ik ook ingaan op het KPMG-rapport.

De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark


X Noot
1

Verwijzing opnemen brief 18 juni 2020 (Bijlage bij Kamerstuk 29 689, nr. 1067).

Naar boven