29 678
Wijziging van belastingwetten in verband met noodzakelijk onderhoud (Fiscale onderhoudswet 2004)

nr. 4
OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN VAN DE MEMORIE VAN TOELICHTING ZOALS VOORGELEGD AAN DE RAAD VAN STATE EN VOORZOVER NADIEN GEWIJZIGD

I Voorstel van wet

In artikel V, onderdeel D, van het bij de Raad ingediende wetsvoorstel ontbrak oorspronkelijk het vierde lid van artikel 13f.

II Memorie van toelichting

1. Algemene deel van de toelichting

In paragraaf 1, zevende alinea (voorheen achtste alinea), van het algemene deel van de toelichting zijn naar aanleiding van een redactionele kanttekening van de Raad na «hun bezitsperiode» de volgende volzinnen vervallen: Het betreft dus niet de situaties van misbruik, maar gevallen van slechte fiscale planning waarbij een reëel verlies is geleden. Krachtens EG-recht is aftrek daarvan mogelijk, de onderhavige wijziging brengt de wettekst daarmee in overeenstemming. Het betreft derhalve een codificatie van wat al (EG-)rechtens is.

2. Toelichting op de artikelen

In de toelichting op artikel I, onderdeel A (Wet inkomstenbelasting 2001), is naar aanleiding van een redactionele kanttekening van de Raad in de laatste alinea, na «codificeert de», ingevoegd: vooruitlopend op het herstel van deze onbedoelde afwijking.

In de toelichting op artikel V, onderdeel D, is naar aanleiding van een redactionele kanttekening van de Raad voor de laatste zin de volgende zin ingevoegd: Indien belastingplichtigen vooraf zekerheid willen hebben over de vraag of en in hoeverre zij in hun tegenbewijs zijn geslaagd, kunnen zij de inspecteur verzoeken bij voor bezwaar vatbare beschikking vast te stellen welk deel van het liquidatieverlies is toe te rekenen aan een waardedaling van de deelneming als gevolg van sedert de verkrijging nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden.

Naar boven