29 668 Beleidsplan Crisisbeheersing

Nr. 32 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 mei 2011

Bij de beantwoording van de schriftelijke vragen die zijn gesteld door het lid Jansen (SP) van uw Kamer over extra risico voor doven en slechthorenden bij de brand van Chemie Pack in Moerdijk1 heb ik toegezegd u te informeren over de uitkomsten van de Gateway Review die afgelopen april heeft plaatsgevonden op het Project NL-Alert. Dit project beoogt een dienst in te richten waarbij burgers bij een (dreigende) ramp of crisis via tekstberichten op hun mobiele telefoon worden gealarmeerd en geïnformeerd.

Ik heb destijds aangegeven dat uitkomsten van deze Gateway Review zouden kunnen leiden tot een aanpassing in de uitvoering en de planning van het Project NL-Alert. Door middel van deze brief wil ik u informeren over deze aanpassingen.

Uitkomsten Gateway Review

Tussen 11 en 15 april jl. heeft er een Gateway Review plaatsgevonden op het Project NL-Alert. Het Gateway Review Team heeft zowel de risico’s als de maatregelen om deze risico’s in te perken in kaart gebracht en een aantal aanbevelingen met betrekking tot het Project NL-Alert gepresenteerd in een rapport.

De algemene constatering van het rapport is dat NL-Alert gezien kan worden als een veelbelovende dienst met een blijvend karakter. Het Gateway Review Team onderkent de grote toegevoegde waarde die NL-Alert kan hebben als het gaat om het informeren van burgers bij rampen en crises. De beoogde functionaliteit van NL-Alert kent een groot draagvlak en de onderliggende cell-broadcast techniek is veelbelovend.

Er dient echter volgens het Gateway Review Team nog meer rekening te worden gehouden met het innovatieve karakter van NL-Alert. Het is voor het eerst dat deze techniek wordt gebruikt voor grootschalige alarmering van burgers bij rampen en crises. Nederland loopt daarmee ver voorop en kan daarmee dus ook niet leren van andere landen. Bovendien zijn er in de techniek ook veel ontwikkelingen die nog moeten worden beoordeeld op hun consequenties voor NL- Alert (bijvoorbeeld de opkomst van de Iphone). Het hoge innovatieve karakter maakt dat NL-Alert na de implementatie nog niet direct gezien kan worden als een volwassen dienst. NL-Alert zal daarom in eerste instantie moeten worden ingezet als aanvulling op de sirene.

Daarnaast beveelt het Gateway Review Team een aantal maatregelen aan om de projectorganisatie en de projectvoering te versterken. Deze maatregelen heb ik inmiddels genomen.

Planning testen in regio’s

Eerder heb ik u bericht, meest recent in de antwoorden op bovengenoemde vragen van Uw Kamer, dat ik eind dit jaar NL-Alert zou invoeren. Gezien de aanbevelingen van het reviewteam heb ik besloten om het project NL-Alert op te knippen in een volgende fase waarbij ik besloten heb om NL-Alert eerst te testen in drie veiligheidsregio’s. Dit om te bezien hoe de dienst NL-Alert tot op heden functioneert.

Tijdens de tests zal bekeken worden hoe de NL-Alert berichten worden verzonden en hoe de processen in de regio werken. De technische werking van NL-Alert zal ook in de praktijk worden beproefd. Daarnaast worden de percepties van burgers over de dienst NL-Alert onderzocht. Hierbij wordt gekeken naar de ontvangst op de telefoon, de inhoud van de berichten en wat het effect is van NL-Alert berichten op burgers (zijn de handelingsperspectieven helder).

Mede op basis van de uitkomsten van de tests in de regio’s zal ik beslissen of het verantwoord is om NL-Alert in heel Nederland in te voeren. Hierbij zullen uiteraard ook de te verwachten kosten van de invoering van NL-Alert een rol spelen en de vraag of NL-Alert op termijn het sirenestelsel kan vervangen.

Ik ga ervan uit dat ik met al deze maatregelen een verantwoord besluit kan nemen over de eventuele invoering van NL-Alert. Ik zal u daarover in het najaar 2011 verder informeren.

De minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten


X Noot
1

Kamerstukken II 2009–2010 29 668, nr. 30.

Naar boven