29 664 Binnenvisserij

Nr. 209 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR NATUUR EN STIKSTOF

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 december 2023

Hierbij informeer ik u over de Natuurcompensatie Voordelta. Ik heb uw Kamer naar aanleiding van de motie van lid Van der Plas1 op 4 oktober jl. aangegeven per 31 december 2023 een Toegangsbeperkend Besluit in werking te laten treden ten behoeve van de Natuurcompensatie in de Voordelta.2 Ik heb besloten het Toegangsbeperkend Besluit uit te stellen. De afgelopen periode hebben we met verschillende partijen in een gezamenlijk proces intensief samengewerkt. Ik ga nu een besluit nemen over de alternatieve compensatiemaatregelen op basis van alle belangen van alle partijen. Ik wil het maatregelenpakket zorgvuldig en evenwichtig vormgeven en acht het van belang om daar de consequenties voor de visserijsector nadrukkelijk in te betrekken. Hiervoor neem ik meer tijd. Ik zal uw Kamer hierover nader informeren voor het volgende debat tuinbouw, visserij en biotechnologie dat gepland staat op 8 februari 2024.

Ik wil benadrukken dat, ondanks mijn besluit om het Toegangsbeperkend Besluit uit te stellen, het wel noodzakelijk is dat ik spoedig een besluit neem over het pakket aan maatregelen. De Maasvlakte 2 is aangelegd in het Natura 2000-gebied Voordelta zonder dat aantasting van de natuurlijke kenmerken van dat gebied blijkens de passende beoordeling kon worden uitgesloten. Onder de natuurwetgeving (Wet Natuurbescherming) en de Habitatrichtlijn is het in een dergelijk geval noodzakelijk om de verloren gegane natuur te compenseren. Hiertoe is in 2008 een bodembeschermingsgebied ingesteld waarmee de zware boomkorvisserij verboden werd. Na bijna 13 jaar monitoring is in 2020 geconcludeerd dat de beoogde ecologische winst in het bodembeschermingsgebied niet is aangetoond. Compensatie dient daarom alsnog plaats te vinden om aan de juridische verplichting volgend uit de Wet Natuurbescherming te voldoen.

Daarnaast ligt er inmiddels ook een rechterlijke uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 15 november 2022 waaraan ik gehouden ben. Om hieraan te voldoen heb ik bij besluit van 5 april 2023 aangegeven gevolg te geven aan de uitspraak van de rechter door binnen zes maanden (uiterlijk 5 oktober 2023) een nieuw of gewijzigd Toegangsbeperkend Besluit vast te stellen waarin de bodemberoerende visserij wordt verboden. Ondanks mijn besluit om dit Toegangsbeperkend Besluit uit te stellen ben ik nog steeds gehouden aan de uitspraak van de rechtbank en mijn eerdere besluit van 5 april 2023.

Om te komen tot een besluit weeg ik alle belangen zorgvuldig af. Ik zal de Kamer hier nader over informeren.

De Minister voor Natuur en Stikstof, Ch. van der Wal-Zeggelink


X Noot
1

Kamerstuk 21 501-32, nr. 1572.

X Noot
2

Kamerstuk 29 664, nr. 208.

Naar boven