29 658
Wet toezicht accountantsorganisaties

nr. 36
DERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 1 februari 2005

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

Het eerste lid, onderdeel h, komt te luiden:

h. organisatie van openbaar belang:

1°. een in Nederland gevestigde naamloze vennootschap naar Nederlands recht waarvan effecten zijn genoteerd aan een effectenbeurs in de zin van artikel 1, onderdeel e, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995;

2°. een in Nederland gevestigde kredietinstelling als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet toezicht kredietwezen 1992;

3°. een in Nederland gevestigde centrale kredietinstelling als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Wet toezicht kredietwezen 1992;

4°. een in Nederland gevestigde financiële instelling als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, van de Wet toezicht kredietwezen 1992;

5°. een in Nederland gevestigde verzekeraar als bedoeld in artikel 1, onderdeel h, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993;

6°. een die behoort tot een van de ingevolge artikel 2 aangewezen categorieën behorende onderneming, instelling of openbaar lichaamcategorieën;.

B

Na artikel 3 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3a

De voordracht voor een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in de artikelen 1, tweede lid, 2, 3, 7, 10, derde lid, 13, tweede lid, 16, derde lid, 17, 20, tweede lid, 20a, 23, 25, 38, vierde lid, of 50, eerste lid, wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

C

Artikel 5 komt te luiden:

Artikel 5

1. De Autoriteit Financiële Markten verleent een vergunning aan een aanvrager die geen accountantsorganisatie als bedoeld in artikel 4, tweede lid, is, en die heeft aangetoond dat hijzelf en de bij hem werkzame of aan hem verbonden externe accountants voldoen aan het bij of krachtens paragraaf 3.1.2 en afdeling 3.2 bepaalde.

2. Indien de aanvrager voornemens is tevens wettelijke controles te verrichten bij organisaties van openbaar belang, toont de aanvrager bovendien aan dat hijzelf en de bij hem werkzame of aan hem verbonden externe accountants voldoen aan het bij of krachtens paragraaf 3.1.3 bepaalde. Indien is voldaan aan het bepaalde in de vorige volzin, vermeldt de Autoriteit Financiële Markten in de vergunning dat deze mede strekt tot het verrichten van wettelijke controles bij organisaties van openbaar belang.

3. De Autoriteit Financiële Markten kan aan een vergunning voorschriften verbinden en beperkingen stellen.

D

De artikelen 16, vierde lid, en 19 vervallen.

E

Artikel 18 komt te luiden:

Artikel 18

1. Een accountantsorganisatie die tijdens het verrichten van een wettelijke controle de beschikking krijgt over gegevens waarvan zij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, is verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behoudens voor zover enig wettelijke voorschrift haar tot mededeling verplicht.

2. Een accountantsorganisatie die tijdens het verrichten van een wettelijke controle de beschikking krijgt over gegevens of inlichtingen die het redelijk vermoeden rechtvaardigen dat sprake is van fraude van materieel belang ten aanzien van de financiële verantwoording van de controlecliënt, meldt dit onverwijld aan de Autoriteit Financiële Markten.

3. Degene die tot een melding op voet van het tweede lid is overgegaan, is niet aansprakelijk voor schade die een derde dientengevolge lijdt, tenzij aannemelijk wordt gemaakt dat gelet op alle feiten en omstandigheden in redelijkheid niet tot melding had mogen worden overgegaan.

F

Onder vernummering van paragraaf 3.1.3 tot paragraaf 3.1.4 wordt na artikel 20 een paragraaf ingevoegd, luidende:

Paragraaf 3.1.3 Aanvullende voorschiften ten aanzien van accountantsorganisaties die wettelijke controles verrichten bij organisaties van openbaar belang

Artikel 20a

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen, onverminderd artikel 16, aanvullende regels worden gesteld ten aanzien van het stelsel van kwaliteitsbeheersing van accountantsorganisaties die wettelijke controles verrichten bij organisaties van openbaar belang.

Artikel 20b

De accountantsorganisatie verricht geen wettelijke controle bij een organisatie van openbaar belang, indien zij met betrekking tot die organisatie:

a. op enig tijdstip gedurende de daaraan voorafgaande twee jaar de financiële verantwoording waarop de wettelijke controle betrekking heeft, heeft samengesteld; of

b. gedurende de periode waarop de financiële verantwoording betrekking heeft of ten tijde van het verrichten van de wettelijke controle een aanmerkelijk deel van de financiële administratie heeft verzorgd of ingericht, onderscheidenlijk verzorgt of inricht.

Artikel 20c

1. De accountantsorganisatie doet geen wettelijke controle bij een organisatie van openbaar belang uitvoeren door een externe accountant die verantwoordelijk is geweest voor de gedurende de voorafgaande zeven aaneengesloten boekjaren bij die organisatie van openbaar belang uitgevoerde wettelijke controles.

2. De accountantsorganisatie draagt ervoor zorg dat een externe accountant die bij een organisatie van openbaar belang verantwoordelijk is geweest voor de uitgevoerde wettelijke controles en die zijn werkzaamheden heeft beëindigd, gedurende twee aaneengesloten boekjaren geen wettelijke controles uitvoert voor die organisatie van openbaar belang.

G

De artikelen 21 en 22 vervallen.

H

Na het opschrift «Paragraaf 5.1 Toezicht op de naleving» wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 43a

Een meerderheid van de leden van het bestuur van de Autoriteit Financiële Markten die het dagelijks beleid met betrekking tot het toezicht op de naleving van deze wet bepalen:

a. is gedurende de drie voorafgaande jaren dat zij het dagelijks beleid bepalen, niet verantwoordelijk geweest voor het uitvoeren van wettelijke controles;

b. heeft gedurende de drie voorafgaande jaren geen deel uitgemaakt van de dagelijkse leiding van een accountantsorganisatie;

c. heeft gedurende de drie voorafgaande jaren niet als stemgerechtigd lid deel uitgemaakt van het bestuur van een accountantsorganisatie; en

d. is gedurende de drie voorafgaande jaren niet werkzaam geweest of verbonden aan een accountantsorganisatie.

I

In de artikelen 9, 48, eerste lid, 49, eerste lid, en 73 wordt de zinsnede «5, tweede lid» telkens vervangen door: 5, derde lid.

J

In artikel 48, eerste lid, wordt de zinsnede «en 17 tot en met 21 van deze wet» vervangen door: 17, 20, 20a, 20b en 20c van deze wet.

K

In artikel 49, eerste lid, wordt de zinsnede «en 17 tot en met 21 van deze wet» vervangen door: 17, 18, tweede lid, 20, 20a, 20b en 20c van deze wet.

Toelichting

A

De wijziging van artikel 1, eerste lid, onderdeel h, heeft tot doel om de definitie van organisatie van openbaar belang te doen aansluiten bij de definitie van «public interest entity» in het door de Raad van de Europese Unie op 7 december 2004 aangenomen richtlijnvoorstel.

Dit onderdeel is in overeenstemming met onderdeel I van amendement nr. 14 van het lid Van Egerschot (VVD) en komt tegemoet aan amendement nr. 12 van het lid De Haan (CDA).

B

Het in dit onderdeel voorgestelde artikel 3a beoogt te bewerkstelligen dat in die situaties waarin de wetsartikelen bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen worden uitgewerkt, een voorhangprocedure zal worden gevolgd. Dit maakt het mogelijk dat de Staten-Generaal zich over een ontwerp van de algemene maatregel van bestuur kunnen uitspreken.

Uit aanwijzing voor de regelgeving 43a volgt dat voor het tijdstip van de overlegging van de algemene maatregel van bestuur een zodanig tijdstip wordt gekozen dat ten minste drie weken van de termijn van vier weken buiten een reces van de kamers valt.

De voorgestelde wijziging is in overeenstemming met amendement nr. 23 van het lid Douma (PvdA) en amendementen nrs. 15 tot en met 18, 27 en 28 van het lid Van Egerschot.

C

Het wetsvoorstel voorziet in een gedifferentieerde toepassing van de regels en het toezicht naar accountantsorganisaties die wettelijke controles verrichten bij organisaties van openbaar belang (OOB's) en die deze controles bij niet-OOB's verrichten. De eerstgenoemde accountantsorganisaties moeten voldoen aan aanvullende eisen. Het wordt evenwel wenselijk geacht dat de Autoriteit Financiële Markten accountantsorganisaties die (voornemens zijn) OOB's te controleren reeds toetst bij de vergunningverlening en niet uitsluitend in het doorlopende toezicht. Het voorgestelde artikel 5, tweede lid, strekt daartoe.

D

Het vervallen van artikel 16, vierde lid, vloeit voort uit de wijziging van artikel 5. De inhoud van artikel 19 wordt opgenomen in het nieuw voorgestelde artikel 20c.

E

Het nieuw voorgestelde artikel 18 bevat in het eerste lid een geheimhoudingsplicht voor accountantsorganisaties. Dit is in overeenstemming met artikel 23 van het door de Raad van de Europese Unie op 7 december 2004 aangenomen richtlijnvoorstel.

Verder beoogt het tweede lid een meldplicht te introduceren voor gevallen van fraude van materieel belang die de accountant aantreft. De huidige procedure voor het melden van fraude door accountants, waarbij eerst gemeld moet worden aan de raad van bestuur, de raad van commissarissen, de aandeelhoudersvergadering, en daarna pas het Korps landelijke politiediensten (KLPD), blijkt niet te werken. Slechts enkele meldingen halen de eindstreep met de huidige procedure. Hiermee gaat de bijdrage die de accountants zouden kunnen leveren aan het publieke belang van het bestrijden van fraude verloren. Dit voorgestelde artikel beoogt aan deze onwenselijke situatie een einde te maken. Indien gegevens en inlichtingen het een redelijk vermoeden rechtvaardigen dat van fraude van materieel belang sprak is, zijn zowel de accountantsorganisatie als de controlecliënt verplicht dit rechtstreeks te melden aan de Autoriteit Financiële Markten, zonder dat deze melding kan worden gefilterd door de raad van bestuur en raad van commissarissen. Hiervan kan een belangrijke preventieve werking uitgaan.

Dit artikel komt overeen met amendement nr. 33 van het lid Douma (PvdA).

Het derde lid bevat een vrijwaringsbepaling. Accountantsorganisaties die voldoen aan de meldingsplicht zouden, in verband met het verschaffen van de vereiste informatie, door hun controlecliënt civielrechtelijk kunnen worden aangesproken voor eventuele schade die daarvan een gevolg is, bijvoorbeeld op grond van een vermeende toerekenbare tekortkoming in de nakoming van een verbintenis of op grond van een onrechtmatige daad. De meldingsplicht prevaleert boven eventuele contractuele verplichtingen, bijvoorbeeld geheimhoudingsverplichtingen, zodat de accountant niet aansprakelijk is voor eventuele schade die een gevolg is van de melding.

F

De voorgestelde wijziging in onderdeel F vloeit voort uit de wijziging van artikel 5 en is van redactionele aard.

G

De artikelen 21 en 22 gaan verder dan het door de Raad van de Europese Unie op 7 december 2004 aangenomen richtlijnvoorstel vereist. De nadruk in het wetsvoorstel ligt op het verrichten van wettelijke controles door accountantsorganisaties, waarbij de externe accountant verantwoordelijk is voor de uitvoering van deze controles. Een registeraccountant of Accountant-Administratieconsulent in een controleteam dient bijvoorbeeld reeds onafhankelijk te zijn op grond van de voor hem of haar geldende verordening inzake gedrags- en beroepsregels van de beroepsorganisaties.

De voorgestelde wijziging komt overeen met amendement nr. 19 van het lid Van Egerschot (VVd).

H

Met de invoeging van artikel 43a wordt uitvoering gegeven van artikel 31, derde lid, van de het door de Raad van de Europese Unie op 7 december 2004 aangenomen richtlijnvoorstel. Uit deze richtlijnbepaling volgt dat het orgaan dat het dagelijks beleid van de publieke onafhankelijke toezichthouder bepaalt, dient te bestaan uit een meerderheid van natuurlijke personen die:

a) gedurende de drie voorafgaande jaren dat zij het dagelijks beleid van de publieke onafhankelijke toezichthouder bepalen, niet verantwoordelijk zijn geweest voor het uitvoeren van wettelijke controles;

b) geen lid zijn geweest van het bestuur van een accountantsorganisatie;

c) niet beschikken over stemrechten in een accountantsorganisatie; en

d) niet werkzaam zijn geweest of verbonden zijn aan een accountantsorganisatie.

De voorgestelde wijzigingen hebben dezelfde strekking als amendement nr. 31 van het lid Douma (PvdA).

I

De voorgestelde wijziging in vloeit voort uit de wijziging van artikel 5 en is van redactionele aard.

J

De voorgestelde wijziging in artikel 48, eerste lid, is van redactionele aard.

K

Het invoegen van artikel 18, tweede lid (nieuw) in artikel 49, eerste lid, beoogt het mogelijk te maken dat de AFM een bestuurlijke boete kan opleggen aan accountantsorganisaties die dit artikel niet naleven.

De Minister van Financiën,

G. Zalm

Naar boven