29 619
Wijziging van de Wet stedelijke vernieuwing (wijziging samenstelling budget, wijziging aanvraagprocedures, nadere regels met betrekking tot intergemeentelijke afstemming en enkele andere wijzigingen)

nr. 7
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 10 januari 2005

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

I

Na artikel I worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

ARTIKEL IA

Indien het bij koninklijke boodschap van 22 april 2004 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen en enkele andere wetten met het oog op de instelling van plusregio's (Wijzigingswet Wgr-plus) na tot wet te zijn verheven tegelijk met of eerder dan deze wet in werking treedt, wordt artikel I als volgt gewijzigd:

A

In onderdeel A komt artikel 1, eerste lid, onderdeel f, te luiden:

f. plusregio: plusregio als bedoeld in artikel 104 van de Wet gemeenschappelijke regelingen.

B

In onderdeel C wordt in artikel 6, derde lid, onderdeel c, «samenwerkingsgebied» vervangen door: plusregio.

C

In onderdeel D wordt in artikel 7, derde lid, onderdeel b, en het vijfde lid «hetzelfde samenwerkingsgebied» vervangen door: dezelfde plusregio.

D

In onderdeel F wordt in artikel 9, tweede lid, onderdeel b, «het samenwerkingsgebied» telkens vervangen door: de plusregio.

E

In onderdeel G wordt in artikel 11, vijfde lid, onderdeel a, het zesde lid en het zevende lid «een samenwerkingsgebied» vervangen door «een plusregio» en in het zesde en het zevende lid «het betreffende samenwerkingsgebied» vervangen door: de betreffende plusregio.

F

In onderdeel M wordt in artikel 24, tweede lid, «samenwerkingsgebied» vervangen door: plusregio.

ARTIKEL IB

Indien het bij koninklijke boodschap van 22 april 2004 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen en enkele andere wetten met het oog op de instelling van de plusregio's (Wijzigingswet Wgr-plus) later in werking treedt dan artikel I van deze wet wordt de Wet stedelijke vernieuwing op het tijdstip van die inwerkingtreding als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, onderdeel f, komt te luiden:

f. plusregio: plusregio als bedoeld in artikel 104 van de Wet gemeenschappelijke regelingen.

B

In artikel 6, derde lid, onderdeel c, wordt «samenwerkingsgebied» vervangen door: plusregio.

C

In artikel 7, derde lid, onderdeel b, en het vijfde lid, wordt «hetzelfde samenwerkingsgebied» vervangen door: dezelfde plusregio.

D

In artikel 9, tweede lid, onderdeel b, wordt «het samenwerkingsgebied» telkens vervangen door: de plusregio.

E

In artikel 11, vijfde lid, onderdeel a, het zesde lid en het zevende lid wordt «een samenwerkingsgebied» vervangen door «een plusregio» en in het zesde en het zevende lid wordt «het betreffende samenwerkingsgebied» vervangen door: de betreffende plusregio.

F

In artikel 24, tweede lid, wordt «samenwerkingsgebied» vervangen door: plusregio.

II

In artikel II komt de tweede volzin te luiden:

In dat besluit kan worden bepaald dat een of meer artikelen van deze wet of onderdelen daarvan terugwerken tot en met een in dat besluit te bepalen tijdstip.

Toelichting

De in deze nota van wijziging opgenomen wijzigingen zijn technisch van aard en betreffen enerzijds afstemming op het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen en enkele andere wetten met het oog op de instelling van plusregio's (Wijzigingswet Wgr-plus) en anderzijds het herstel van onvolkomenheden met betrekking tot de Tijdelijke referendumwet en de datum van inwerkingtreding.

Onderdeel 1

Het bij koninklijke boodschap van 22 april 2004 ingediende wetsvoorstel tot wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen en enkele andere wetten met het oog op de instelling van plusregio's (Wijzigingswet Wgr-plus) is op 21 december 2004 aangenomen door de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Met de inwerkingtreding van de Wijzigingswet Wgr-plus wordt niet langer uitgegaan van samenwerkingsgebieden als bedoeld in de Kaderwet bestuur in verandering, maar van plusregio's, als bedoeld in de met de Wijzigingswet Wgr-plus te wijzigen Wet gemeenschappelijke regelingen. Het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet stedelijke vernieuwing, dat nog uitgaat van samenwerkingsgebieden, dient derhalve te worden aangepast. Onderdeel 1 regelt die aanpassing uitgaande van twee situaties. Artikel Ia is geschreven voor de situatie dat de Wijzigingswet Wgr-plus tegelijk met of eerder dan de Wet tot wijziging van de Wet stedelijke vernieuwing in werking treedt. Artikel Ib is geschreven voor de situatie dat het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet stedelijke vernieuwing, na tot wet te zijn verheven, eerder in werking treedt dan de Wijzigingswet Wgr-plus.

Onderdeel 2

Met ingang van 1 januari 2005 is de Tijdelijke referendumwet niet meer van kracht. De tweede volzin van artikel II diende derhalve te vervallen. In plaats daarvan wordt voorgesteld de bepaling op te nemen dat in het inwerkingtredingsbesluit terugwerkende kracht kan worden opgenomen. Deze bepaling is gewenst, nu duidelijk is dat het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet stedelijke vernieuwing niet meer voor 1 januari 2005, het begin van het tweede investeringstijdvak stedelijke vernieuwing, tot wet zal zijn verheven en in werking zal zijn getreden.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

S. M. Dekker

Naar boven