29 544 Arbeidsmarktbeleid

Nr. 284 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 april 2011

Met deze brief informeer ik uw Kamer over de ontwikkelingen rond MSD Organon sinds de vorige voortgangsrapportage van 16 februari jl. (kamerstuk 29 544, nr. 278).

16 februari jl. was de dag dat Merck, het moederbedrijf van MSD Organon, bekendmaakte dat het business development proces geen passend alternatief had opgeleverd voor MSD Organon. Deze mededeling betekende een zware tegenvaller voor alle betrokkenen bij MSD Organon, en blijvende onzekerheid over hun toekomst. Ik vond het uitermate teleurstellend dat, na de lange en intensieve onderhandelingen van Merck met een derde partij, er uiteindelijk toch geen overeenstemming kon worden bereikt.

Voor de Ondernemingsraad van Organon, de Raad van Commissarissen van Organon Biosciences Nederland B.V. en de vakbonden, verenigd in de Advisory Body, was de gang van zaken aanleiding om een kort geding aan te spannen tegen MSD en Merck. De rechter heeft op 11 maart jl. uitspraak gedaan en besloten dat het bod van de partij waarmee Merck in onderhandeling was, voor advies moest worden voorgelegd aan de Advisory Body. Door deze uitspraak in kort geding was er volgens de Ondernemingsraad voldoende ruimte voor overleg over alternatieven ontstaan. Dit was aanleiding voor de Ondernemingsraad om de rechtszaak, die op 24 maart jl. zou dienen bij de Ondernemingskamer van het gerechtshof in Amsterdam, in te trekken.

Op 30 maart jl., een week nadat Merck de benodigde gegevens beschikbaar had gesteld, heeft de Advisory Body zijn advies uitgebracht. De kern van het advies is dat de transactie met partij X voor Merck gunstiger is dan sluiting van Research & Development in Oss. Verder heeft de Advisory Body geadviseerd dat als Merck geen transactie met X wenst aan te gaan, zij ten minste een alternatief plan moet bieden aan de werknemers en andere belanghebbenden van N.V. Organon dat gelijkwaardig is aan het door X gedane voorstel voor wat betreft de aard van de te behouden activiteiten (R&D en Productie) en de daarmee verbonden werkgelegenheid.

Merck heeft op 4 april jl. aan de Advisory Body laten weten in het advies van de Advisory Body geen reden te zien om terug te komen op het besluit om de onderhandelingen met partij X te staken. Merck stelt nu voor de ontwikkeling van Plan B weer op te pakken. Plan B behelst een alternatief plan voor behoud van werkgelegenheid in Oss. MSD is gestart met de ontwikkeling van dit plan nadat de onderhandelingen met partij X waren mislukt, maar heeft de planvorming gestaakt toen het kort geding tegen het besluit van Merck werd aangespannen.

Naar aanleiding van het advies van de Advisory Body en het besluit van Merck heb ik op 5 april jl. opnieuw contact opgenomen met de top van Merck. Eerder heb ik, met name in de eindfase van de onderhandelingen met de derde partij, meerdere malen contact met Merck gehad. Ik heb in mijn gesprek van 5 april jl. op basis van het actuele beeld het commitment van Merck aan vervolgscenario’s besproken en het commitment van het kabinet aan economisch kansrijke initiatieven herhaald.

Het kabinet blijft zich, samen met de mede-overheden en in nauw overleg met alle betrokken stakeholders, actief inzetten voor een maximaal behoud van kennis en werkgelegenheid voor Nederland, op basis van een levensvatbaar bedrijfseconomisch plan.

De minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M. J. M. Verhagen

Naar boven