29 531
Invoering van de Wet financiering sociale verzekeringen (Invoeringswet Wet financiering sociale verzekeringen)

nr. 6
VERSLAG

vastgesteld 4 juni 2004

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen. Onder het voorbehoud dat te hierin gestelde vragen en gemaakte opmerkingen voldoende zullen zijn beantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel genoegzaam voorbereid.

1. Algemeen

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel Invoeringswet Wet financiering sociale verzekeringen.

Zij hebben enige vragen.

De leden van de CDA-fractie constateren een grote mate van discretionaire bevoegdheid ten aanzien van de invoeringsdatum van de verschillende onderdelen van het wetsvoorstel. Zo is het mogelijk om het wetsvoorstel in delen in te voeren. Het is echter niet duidelijk hoe de wetsvoorstellen zullen worden opgedeeld.

Verder zijn de leden van de CDA-fractie geschrokken van de overgangstermijn van 2 jaren in de invoeringswet, waarbij er een soort dubbele gegevensuitvraag plaatsvindt. Helemaal verbaasd waren zij toen zij lazen dat die termijn bij Koninklijk besluit verlengd kan worden.

Onder welke omstandigheden zal het nodig zijn om van een overgangstermijn gebruik te maken? En welke maatregelen worden genomen om de overgangstermijn overbodig te maken?

Tevens vragen de leden van de CDA-fractie welke administratiesystemen zijn nu al gebouwd en amendering op welke punten leidt tot een nieuwe aanbestedingsprocedure van systemen?

Kan de regering een beschrijving geven van het terugvalscenario, waarin sprake is in artikel 4.3. van de invoeringswet? Wat denkt de regering van de kritiek van het UWV dat een zodanig scenario niet uitvoerbaar is?

Wanneer wordt het point of no return bereikt? Het wetsvoorstel spreekt hier niet over, maar het UWV heeft aangegeven dat zij 1 juli 2005 als zodanig zien. Wat gebeurt er als op 1 juli 2005 de operatie wordt uitgesteld of afgeblazen? Welke kosten zijn dan gemaakt? En welke ketentesten (die al in het najaar 2004 beginnen volgens de regering) zullen dan al zijn uitgevoerd? Tot welk tijdstip is het mogelijk om terug te vallen op de oude systemen?

De leden van de CDA-fractie constateren dat de wetsvoorstellen geen enkele schatting bevatten van de overgangskosten voor werkgevers, noch de extra administratieve lasten in de overgangsperiode naar het nieuwe systeem. Zij zien graag een schatting van deze beide grootheden, omdat zij vinden dat de memorie van toelichting tekort schiet in deze. De leden zijn tevreden als volstaan wordt met een onder- en bovengrens, zolang de schatting vergezeld gaat van de gemaakte aannames. Wat is de terugverdientermijn van de nieuwe systematiek voor werkgevers?

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het onderhavige wetsvoorstel. Zij hebben enige vragen.

De leden van de PvdA-fractie vragen wanneer de review door de IWI van de aanbestedingsprocedure van de polisadministratie plaatsvindt.

Tevens vragen zijde regering om een overzicht te maken van de criteria waarop zij menen dat de uitkomsten van deze wet straks beoordeeld moeten worden. Wanneer is de wet goed uitgevoerd? Wat gaat de regering hiervoor (laten) meten en verantwoorden?

Zowel de leden van de PvdA- als de VVD-fractie constateren dat in het wetsvoorstel voor de implementatie een terugvalscenario is opgenomen. Zij vragen waarom het advies van het UWV niet is opgevolgd en in artikel 4.3 van de Invoeringswet om een uitstel scenario achter de hand te hebben.? Is de regering bereid om 1 juli 2005 als point of no return voor een eventueel uitstelscenario te hanteren?

Zowel de leden van de PvdA- als de VVD-fractie vragen wanneer de Go/No Go beslissing valt om per 1 januari 2006 de inning van de premies over te dragen aan de Belastingdienst? Zullen voor die tijd de resultaten van de ketentesten, die in het najaar van 2004 worden uitgevoerd, bekend zijn? Tot welk tijdstip blijft het mogelijk om terug te vallen op de oude systematiek, indien blijkt dat de invoering van de nieuwe systematiek niet tijdig gereed is? Wanneer moet het UWV onomkeerbare beslissingen nemen?

Wat is het scenario indien na de Go/No Go beslissing blijkt dat de Belastingdienst niet op tijd klaar is om het Premie Afdracht op basis van Nominale aangifte(PANA) bericht te ontvangen en te verwerken? Zal dan de oude systematiek langer in stand moeten blijven of is het in dat geval mogelijk om tijdelijk alleen met de collectieve gegevens te werken en in geval van uitkering uitvraag bij de werkgevers te doen?

Wat is het scenario indien na de Go/No Go beslissing blijkt dat de Polisadministratie niet op tijd gereed is? Betekent dit uitstel van minimaal een jaar, omdat de voorschotsystemen de premies over een heel jaar berekenen.

De leden van de VVD-fractie vragen waarom als reeds nu is gestart met de bouw van onderliggende administratiesystemen om de invoering van de Wfsv per 1 januari 2006 mogelijk te maken, de invoeringsdatum niet een jaar is verschoven?

Waarom is in het invoeringstraject geen rekening gehouden met het kunnen verwerken van aanpassingen van de Kamer om tijdige invoering van de Wfsv mogelijk te maken?

Is de regering van mening dat de Kamer zich moet beperken met eventuele aanpassingen van de Wfsv?

Hoe verhoudt deze benadering zich tot de wetgevende taak van de Kamer in het Nederlands staatsrechtelijk bestel?

De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben nog enkele vragen over het voorliggende wetsvoorstel. Voor algemeen commentaar op de beoogde overheveling van taken van het UWV naar de Belastingdienst verwijzen zij naar hun inbreng bij wetsvoorstel 29 529.

In het kader van dit wetsvoorstel verzoeken deze leden de regering nader te onderbouwen waarom is gekozen voor het terugvalscenario, terwijl het UWV pleit voor een uitstelscenario en een terugvalscenario niet uitvoerbaar acht.

Uit de toelichting op het wetsvoorstel leiden de leden van de fractie van de ChristenUnie af dat al wordt geanticipeerd op de inwerkingtreding van het wetsvoorstel. Zo is sprake van een lopende aanbestedingsprocedure, die moet worden afgebroken als er wijzigingen in de wetgeving zullen plaatsvinden. Deze leden vinden dit een wat merkwaardige gang van zaken. Wordt het parlement op deze wijze niet voor voldongen feiten geplaatst? Kan expliciet worden aangegeven in welke gevallen amendering de aanbestedingsprocedure in gevaar zou brengen?

De voorzitter van de commissie,

Hamer

Adjunct-griffier van de commissie,

Esmeijer


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Noorman-den Uyl (PvdA), Bakker (D66), De Vries (VVD), De Wit (SP), Van Gent (GL), Verburg (CDA), Hamer (PvdA), Voorzitter Bussemaker (PvdA), Vendrik (GL), Mosterd (CDA), Smits (PvdA), Örgü (VVD), Weekers (VVD), Rambocus (CDA), De Ruiter (SP), Ferrier (CDA), Ondervoorzitter, Huizinga-Heringa (CU), Bruls (CDA), Varela (LPF), Eski (CDA), Koomen (CDA), Aptroot (VVD), Smeets (PvdA), Douma (PvdA), Stuurman (PvdA), Kraneveldt (LPF) en Hirsi Ali (VVD).

Plv. leden: Depla (PvdA), Dittrich (D66), Blok (VVD), Kant (SP), Halsema (GL), Smilde (CDA), Verbeet (PvdA), Timmer (PvdA), Tonkens (GL), Omtzigt (CDA), Adelmund (PvdA), Van Miltenburg (VVD), Visser (VVD), Algra (CDA), Vacature (algemeen), Vietsch (CDA), Van der Vlies (SGP), Hessels (CDA), Hermans (LPF), Van Oerle-van der Horst (CDA), Van Dijk (CDA), Van Egerschot (VVD), Van Dijken (PvdA), Blom (PvdA), Kalsbeek (PvdA), Van As (LPF) en Schippers (VVD).

Naar boven