29 517 Veiligheidsregio’s

Nr. 49 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 mei 2011

De afgelopen periode is door uw Kamer meerdere malen aandacht gevraagd voor de brandweer. Met deze brief wil ik u op de hoogte stellen van de stand van zaken op een aantal belangrijke ontwikkelingen in het brandweerdomein en mijn voornemens gericht op versterking van de brandweerorganisatie met u delen.

De brandweer is sinds mensenheugenis een belangrijke pijler in ons veiligheidsdomein. Binnen de nog jonge organisatie van de veiligheidsregio staat de brandweer en de samenwerking met andere partners zoals de geneeskundige hulpverlening en de politie centraal. Het huidige tijdsgewricht dat gekenmerkt wordt door bijvoorbeeld nieuwe type risico’s maar ook door andere technologische mogelijkheden, vraagt om een eigentijdse brandweer. Een brandweer die met haar deskundigheid en vakkennis een betrouwbare partner is in een veranderende omgeving. De focus ligt daarbij steeds vaker bij het voorkomen van incidenten naast het reageren op branden of grotere incidenten.

Ik ondersteun deze ontwikkeling van de brandweer door mij te richten op de verbetering van de bestuurlijke verankering, de verdere professionalisering van de operationele inzet en een stevige focus op preventie. Dit alles binnen mijn verantwoordelijkheid voor het stelsel en de kaders van de veiligheidsregio en de brandweer en in structureel overleg met betrokkenen. De inzet van de brandweer is en blijft primair een lokale/regionale verantwoordelijkheid.

Bestuurlijke verankering

Ten aanzien van de bestuurlijke verankering heeft uw Kamer op 9 december bij motie (Kamerstukken II, 2010/11, 32 500-VI, nr. 23) gevraagd om de regionalisering van de brandweer met spoed op te pakken. Het is mijn streven om voor de zomer een wetsvoorstel bij uw Kamer in te dienen dat het reeds ingezette proces van regionalisering van de brandweer in alle veiligheidsregio’s afrondt. Met de regionalisering van de brandweer wordt het bestuurlijke dak op de brandweer geplaatst en ontstaat een eenduidige bestuurlijke aansturing van de brandweer op het niveau van de veiligheidsregio. Ik ben ervan overtuigd dat dit zorgt voor een verdere professionalisering van de brandweer en dat de brandweer in de veiligheidsregio daarmee ook betere aansluiting vindt bij de landelijke ontwikkelingen zoals de oprichting van de nationale politie. Er is meer ruimte voor vakmanschap en specialisme maar ook een beter afgestemde inzet van mensen en middelen op regionaal niveau. Aanvullend op het wetsvoorstel laat ik een financieel onderzoek uitvoeren naar de frictiekosten en besparingen die het proces van regionalisering met zich meebrengen.

Opkomsttijden

De afgelopen periode zijn veel vragen gesteld over opkomsttijden, zowel door uw Kamer als in verschillende gemeenteraden. De vragen richten zich op de daadwerkelijke prestaties van de brandweer en de vraag of de opkomsttijden ook gehaald (kunnen) worden. Op basis van de Wet veiligheidsregio» s dienen de besturen van de veiligheidsregio´s op 1 juli 2011 hun regionale dekkingsplannen gereed te hebben en zorg te dragen voor een sluitende registratie van de gerealiseerde opkomsttijden. Dit gekoppeld aan de normen voor opkomsttijden zoals die in het besluit Veiligheidsregio’s zijn vastgesteld. De verantwoording over de dekkingsplannen wordt afgelegd aan de gemeenteraad en daarmee is het proces democratisch gelegitimeerd .

De bestuurlijke besluitvorming met betrekking tot de regionale dekkingsplannen is nog niet in alle regio’s afgerond en het zal nog enige tijd duren voordat er een volledig landelijk beeld beschikbaar is. Ik wil daar niet op wachten en vind het belangrijk om snel duidelijkheid te kunnen geven over de prestaties van de brandweer. Daarom heb ik, samen met het Veiligheidsberaad, de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid verzocht een onderzoek uit te voeren. De inspectie zal in het onderzoek helderheid verschaffen over de prestaties van de brandweer in relatie tot de vastgestelde wettelijke opkomsttijden, nagaan in hoeverre de veiligheidsregio’s de opkomsttijden bestuurlijk hebben vastgesteld en welk kader daarvoor wordt gehanteerd. Dit onderzoek kan worden gekarakteriseerd als nulmeting vooruitlopend op de registratie door de veiligheidsregio’s zelf. De bevindingen met betrekking tot de bestuurlijke overwegingen zullen input zijn voor het landelijk kader dat het veiligheidsberaad wenst vast te stellen. De Inspectie Openbare Orde en Veiligheid heeft aangegeven het onderzoek voor eind 2011 afgerond te hebben.

Vrijwilligers

80% van het brandweerpersoneel bestaat uit vrijwilligers en daarmee zijn de vrijwilligers dus onmisbaar voor de brandweer. De afgelopen periode heb ik meerdere malen gesproken met de VBV, het Veiligheidsberaad en de NVBR over toekomst van de brandweer maar ook het behoud en de toekomst van de vrijwilligers. Ook tijdens de werkbezoeken van de afgelopen maanden in gesprekken met de werkvloer stond dit thema hoog op de agenda. Ik heb de NVBR en de VBV gevraagd om gezamenlijk een landelijk project op te starten en te kijken naar de toekomst van de brandweervrijwilligers. Ook voor de vrijwilligers staan er veranderingen aan te komen. Op de besturen van veiligheidsregio’s heb ik een oproep gedaan om de brandweervrijwilligers actief te betrekken bij de besluitvorming in de regio.

De brandweer is in beweging. Dat is goed en dat is nodig. Ik volg de ontwikkelingen met belangstelling maar zal binnen mijn verantwoordelijkheden ook nadrukkelijk richting geven als ik dat nodig acht. Daar kunt u op vertrouwen.

De minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten

Naar boven