29 517 Veiligheidsregio’s

30 821 Nationale Veiligheid

Nr. 255 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 juni 2024

Hierbij bied ik u namens het Kabinet en in nauwe afstemming met de Veiligheidsregio’s de eerste editie van de Landelijke Agenda Crisisbeheersing aan. In de afgelopen jaren is het aantal dreigingen gegroeid en zijn de complexiteit en onderlinge verwevenheid toegenomen. Door geopolitieke ontwikkelingen en klimaatverandering zien we een veranderende en toenemende dreiging. We moeten ons land weerbaar houden en weerbaarder maken tegen deze situaties. Als Rijk en veiligheidsregio’s willen we ons tot het uiterste inspannen om ons hierop voor te bereiden. In toenemende mate moeten we constateren dat crises van de toekomst van iedereen wat vragen: van de overheid en de samenleving als geheel. We zullen ons hier gezamenlijk op moeten voorbereiden.

De afgelopen jaren is al hard gewerkt aan de versterking van ons stelsel van crisisbeheersing aan de hand van de Contourennota Versterking Crisisbeheersing en Brandweerzorg1. Met de realisatie van deze Agenda wordt een belangrijke impuls gegeven aan de verdere versterking van het stelsel van crisisbeheersing.

De Agenda Crisisbeheersing zet de koers uit op het gebied van de crisisbeheersing voor de komende jaren (2024–2029) met een focus op de eerste drie jaar. Lopende en nieuwe activiteiten onder meer volgend uit de Veiligheidsstrategie voor het Koninkrijk der Nederlanden en de Contourennota Versterking Crisisbeheersing en Brandweerzorg worden hierin gebundeld.

Met deze Agenda Crisisbeheersing geven ministeries, Veiligheidsregio’s en openbare lichamen, ook in Caribisch Nederland (Bonaire, Sint Eustatius en Saba) gezamenlijk richting aan de ambities en prioriteiten voor de komende jaren.

De Agenda bestaat uit drie inhoudelijke pijlers:

  • 1. Versterken van de voorbereiding en paraatheid

  • 2. Versterken van een weerbare samenleving

  • 3. Bevorderen van kwaliteit en professionaliteit

Per pijler hebben Rijk en Veiligheidsregio’s gezamenlijke ambities geformuleerd. Om die ambities te verwezenlijken zijn tevens diverse activiteiten benoemd waarop we gezamenlijk willen inzetten. Het brede palet aan ambities en activiteiten schetst vooral de beweging en het ontwikkelproces dat de komende jaren in gang wordt gezet. De activiteiten zijn niet allemaal gelijksoortig en kunnen bijvoorbeeld verschillen in aard, omvang, doorlooptijd en betrokken partners. Sommige activiteiten zijn going concern en doorlopend, andere complex en langdurig, weer andere juist heel concreet en kort-cyclisch. Het gaat om zowel bestuurlijke, beleidsmatige als operationele activiteiten. Van belang is, dat we met deze agenda bewuste keuzes maken in de activiteiten die we oppakken en tevens ruimte creëren om rekening te houden met de bredere maatschappelijke ontwikkelingen. Daarmee biedt deze agenda een combinatie van ambitie, houvast in wat we gaan doen en wendbaarheid om in te spelen op nieuwe ontwikkelingen.

Een van de prioriteiten voor de komende periode is het verhogen van de paraatheid. Dit doen we onder meer door het in het kader van landelijke crisisplannen uitwerken en zoveel mogelijk voorbereiden en operationaliseren van maatregelen voor prioritaire landelijke risico’s waaronder geopolitieke dreigingen. Verder gaan we de informatiedeling versterken via de gezamenlijke informatievoorziening van crisispartners. Een andere prioriteit betreft het versneld versterken van de weerbaarheid van de samenleving onder meer door het vergroten van inzicht in de capaciteiten en het aansluiten van maatschappelijke partners, het inrichten van een landelijk platform en het actief betrekken van de samenleving via gerichte risico- en crisiscommunicatie.

In het kader van het verhogen van de maatschappelijke weerbaarheid tegen de effecten van geopolitieke dreigingen heeft de Minister van Defensie, mede namens mij, in het wetgevingsoverleg Defensie van 7 februari jl. een kabinetsbrede Kamerbrief na de zomer toegezegd over voorbereiding op een mogelijk conflict. De Landelijke Agenda Crisisbeheersing is in dit kader ook een belangrijk instrument en de ambities die erin vervat zijn, dragen bij aan het verhogen van maatschappelijke weerbaarheid tegen de effecten van geopolitieke dreigingen.

Bij het bepalen van de ambities en activiteiten is het uitgangspunt dat gewerkt wordt binnen de huidige meerjarige financiële kaders van de betrokken partners. Zo wordt de structurele ophoging van de Bijzondere Doeluitkering Rampenbestrijding (BDuR), die in 2022 is overeengekomen tussen Rijk en veiligheidsregio’s, door de veiligheidsregio’s reeds ingezet om conform de Agenda de crisisbeheersing en informatievoorziening inclusief de samenwerking met het Rijk te versterken. Deze structurele ophoging oplopend tot en met 2026 is cruciaal om de veiligheidsregio’s in staat te stellen de noodzakelijke stappen te zetten om bij te blijven dragen aan de realisatie van de ambities uit deze Agenda.

De komende jaren ga ik samen met mijn collega’s in het Kabinet, de veiligheidsregio’s en andere partners aan de slag om de ambities waar te maken. Ik zal uw Kamer jaarlijks informeren over de voortgang hiervan.

Toezeggingen in het kader van de aanbevelingen van de rapportage van de werkgroep-Donkers

Tot slot informeer ik u hierbij over de wijze waarop ik invulling wil geven aan mijn twee toezeggingen op de rapportage over het loskoppelen van de crisis- en analysefunctie naar aanleiding van de motie-Van der Plas van 16 februari 2023 (Kamerstuk 32 761, nr. 237).2 Met betrekking het protocolleren van de totstandkoming van de Situatieschetsen en Duidingen, die opgesteld worden ten behoeve van gebruik in de nationale crisisstructuur kan ik u het volgende melden. Er is een protocol opgesteld voor het opstellen van een Situatieschets en Duiding (SenD) tijdens een activering van de nationale crisisstructuur. Het protocol ziet toe op het procesverloop van het opstellen van een SenD en de kwaliteitseisen die gesteld worden aan zowel het proces als het product. Het opgestelde protocol zal vanaf heden worden gehanteerd.

Situatieschetsen en Duidingen die zijn opgesteld in het kader van een activering van de nationale crisisstructuur en die hebben voorgelegen in een Ministeriële Commissie Crisisbeheersing worden voortaan actief openbaar gemaakt, met inachtneming van de gronden op basis van de Wet Open Overheid. Dit gebeurt uiterlijk acht weken na het deactiveren van de nationale crisisstructuur.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius


X Noot
1

Kamerstukken II, 29 517, nrs. 225 en 251.

X Noot
2

Kamerstukken II, 30 821, nr. 177.

Naar boven