29 515 Aanpak regeldruk en administratieve lasten

Nr. 481 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juli 2022

Hierbij stuur ik uw Kamer het nieuwe Programma vermindering regeldruk ondernemers.

Met het aanbieden van het nieuwe regeldrukprogramma doe ik de toezegging gestand (gedaan tijdens het Hoofdlijnendebat op 10 en 22 februari jl. en herhaald tijdens het Commissiedebat Regeldruk van 23 maart jl.) om vóór de zomer met een nieuw regeldrukprogramma voor bedrijven te komen. Hiermee geef ik eveneens gevolg aan de moties van het lid Van Haga, ingediend tijdens het debat over de regeringsverklaring van 19 januari jl.1 en tijdens het Tweeminutendebat Regeldruk van 13 april jl.2 om met een meetbare aanpak van regeldruk voor het mkb te komen waarbij gebruik gemaakt wordt van het MKB-indicatorbedrijf als analyse-instrument. Tevens ga ik in het regeldrukprogramma in op de motie van het lid Van Strien waarin het kabinet wordt opgeroepen te bekijken of en op welke wijze regelvrije experimenteerruimtes kunnen bijdragen aan het versnellen van innovatie3.

Conform de gewijzigde motie van de leden Goudzwaard en Van Haga4 wordt in een aparte bijlage bij het regeldrukprogramma ingegaan op de knelpunten uit het Zwartboek van MKB-NL. Per knelpunt wordt aangegeven op welke wijze deze al dan niet is opgepakt door de betreffende departementen. Een van de knelpunten in het Zwartboek heeft te maken met de verplichting dat elektrische arbeidsmiddelen regelmatig gekeurd moeten worden. Het lid Rahimi c.s. heeft een motie ingediend om te bezien of het huidige systeem van verplichte periodieke keuringen van arbeidsmiddelen kan worden herzien5. In antwoord hierop kan ik melden dat vanuit de Europese Richtlijn Arbeidsmiddelen is bepaald dat arbeidsmiddelen periodiek gekeurd dienen te worden en te allen tijde veilig moeten zijn. In Nederland is de Richtlijn Arbeidsmiddelen opgenomen in de Arbeidsomstandighedenwetgeving. Hoe vaak gekeurd moet worden, hangt af van het soort arbeidsmiddel en de intensiteit van het gebruik ervan. In de toelichting van het Arbobesluit is minimaal één keuring per jaar als richtsnoer gegeven. Voor bepaalde arbeidsmiddelen zijn de keuringstermijnen wel bepaald in de wetgeving zoals bijvoorbeeld op torenkranen, liften en drukapparatuur. Voor elektrische arbeidsmiddelen is er geen termijn in de wetgeving opgenomen, maar wordt dat aan de bedrijven zelf overgelaten. In de NEN3140 hebben bedrijven en branches zelf afspraken gemaakt dat elektrische arbeidsmiddelen jaarlijks geïnspecteerd dienen te worden en hoe deze keuring eruit dient te zien. De betreffende keuringen kunnen in veel gevallen door ondernemers of medewerkers zelf worden uitgevoerd. Momenteel wordt er door de industrie en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gekeken naar de mogelijkheid om meer voorlichting te geven over de eisen aan een arbeidsmiddel, waaronder het keuren van arbeidsmiddelen. Dit gesprek vindt nu plaats gezien de lopende aanpassing van de wetgeving op machines die over enkele jaren in werking zal treden. In dit gesprek is specifiek aandacht voor het mkb.

Het nieuwe regeldrukprogramma geeft in zijn diverse facetten de komende maanden uitvoering aan de volgende moties die allen zijn ingediend tijdens het Tweeminutendebat Regeldruk van 13 april jl.:

  • Motie van het lid Rahimi c.s.6 met het verzoek om regels sectoraal of domeingericht door te lichten op ervaren knelpunten en kosten;

  • Motie van het lid Rahimi c.s7 met het verzoek te onderzoeken welke bestaande regels leiden tot de meeste regeldruk bij mkb-ondernemers;

  • Motie van de leden Goudzwaard en Van Haga8 met het verzoek het mkb te betrekken bij het opstellen van een regeldrukdashboard;

  • Motie van het lid Romke de Jong9 met het verzoek de bestaande wet- en regelgeving waarmee het mkb in de praktijk te maken krijgt te analyseren;

  • Nader gewijzigde motie van het lid Amhaouch c.s.10 met het verzoek om bij de aanpak van regeldruk expliciet aandacht te hebben voor interdepartementale samenwerking.

Naar aanleiding van de motie van het lid Van Haga.c.s. om te inventariseren welke regels geschrapt kunnen worden om dreigende faillissementen te voorkomen11, heb ik tijdens het Tweeminutendebat Regeldruk aangegeven dat ik «de aanjager problematische schuldenaanpak» vraag om oog te hebben voor eventuele knellende regels waar ondernemers met problematische schulden tegenaan lopen. Ik verwacht dat de aanjager deze zomer van start gaat. Daarnaast kijken we vanuit het regeldrukprogramma zelf natuurlijk ook of er signalen over deze problematiek binnenkomen. Indien dergelijke knelpunten worden gesignaleerd, dan wordt dit meegenomen in de reguliere voortgangsrapportage over de regeldrukaanpak.

Met de nieuwe regeldrukaanpak kiezen we er voor om regeldruk op het niveau van de ondernemer in kaart te gaan brengen en samen met ondernemers, brancheorganisaties, departementen en uitvoeringsinstellingen tot reductieprogramma’s te komen. Ik ben ervan overtuigd dat we er op basis van de nieuwe regeldrukaanpak voor kunnen zorgen dat regeldruk voor ondernemers merkbaar en meetbaar wordt aangepakt.

Ik zal uw Kamer vanaf begin 2023 over de voortgang van het programma regulier gaan informeren.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens


X Noot
1

Kamerstuk 35 788, nr. 163.

X Noot
2

Kamerstuk 29 515, nr. 468.

X Noot
3

Kamerstuk 35 925 XIII, nr. 91.

X Noot
4

Kamerstuk 29 515, nr. 477.

X Noot
5

Kamerstuk 29 515, nr. 465.

X Noot
6

Kamerstuk 29 515, nr. 467.

X Noot
7

Kamerstuk 29 515, nr. 466.

X Noot
8

Kamerstuk 29 515, nr. 473.

X Noot
9

Kamerstuk 29 515, nr. 471.

X Noot
10

Kamerstuk 29 515, nr. 476.

X Noot
11

Kamerstuk 29 515, nr. 469.

Naar boven