29 509 Palliatieve zorg

Nr. 34 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2011

Ter voorbereiding op het Algemeen Overleg Palliatieve Zorg op 8 juni aanstaande, verzoekt u mij om nadere informatie te verstrekken over de volgende onderwerpen:

  • 1. het inwinnen van expertise van het Platform Palliatieve Zorg;

  • 2. de contouren van het ZonMw-verbeterprogramma, met bijzondere aandacht voor financiën, richtlijnen en zorgstandaarden;

  • 3. financiële duidelijkheid over het vervolg op het Plan van Aanpak Palliatieve Zorg 2008–2010 en het werk van het Platform Palliatieve Zorg;

  • 4. spreiding van palliatieve zorg en keuzemogelijkheden;

  • 5. een leerstoel geestelijke/spirituele verzorging;

  • 6. (financiering) palliatieve zorg voor kinderen in Nederland (Stichting Pal).

Hierbij laat ik u het volgende weten.

1. Inwinnen van expertise van het Platform Palliatieve Zorg

Ik wil de kennis van de leden van het Platform Palliatieve Zorg optimaal benutten. Dat gebeurt onder meer bij de vormgeving van het ZonMw-verbeterprogramma, via een expertmeeting en een klankbordgroep ten behoeve van dit programma.

Bovendien zal ik de expertise van een aantal leden van het voormalige platform inwinnen ten behoeve van het aanpakken van de onderwerpen zoals genoemd in het rapport van Palliactief over financiering en organisatie van palliatieve zorg.

2. De contouren van het ZonMw-verbeterprogramma, met bijzondere aandacht voor financiën, richtlijnen en zorgstandaarden;

3. (Financiële) duidelijkheid over het vervolg op het Plan van Aanpak Palliatieve Zorg 2008–2010 en het werk van het Platform Palliatieve Zorg

Dankzij de inspanningen van het Platform Palliatieve Zorg is het Plan van Aanpak Palliatieve Zorg 2008–2010 adequaat uitgevoerd en zijn veel initiatieven tot stand gekomen. Om de kennis en ervaringen van de afgelopen jaren te borgen, is, eveneens mede dankzij het Platform, het initiatief genomen een ZonMw-verbeterprogramma in te richten. Het programma is gericht op implementatie van de kennis en ervaringen. Professionals en zorgorganisaties gaan aan de slag. ZonMw stelt op dit moment het programma op.

Ik vind het daarnaast belangrijk dat VWS betrokken blijft bij de ontwikkelingen in de palliatieve zorg; ik wil met het veld optrekken. Het Platform «nieuwe stijl» krijgt een andere rol dan de rol die het oude Platform kende. In de nieuwe rol moet het Platform zich primair richten op afstemming, informatie-uitwisseling en het maken van samenwerkingsafspraken over de initiatieven die in het veld worden genomen. Zij zal zich minder richten op een adviesrol ten aanzien van subsidieverlening.

De ontwikkeling van een generieke module voor palliatieve zorg komt in het ZonMw-verbeterprogramma nadrukkelijk aan de orde. Deze module wordt gekoppeld aan zorgstandaarden voor chronische ziekten. Palliatieve zorg wordt hiermee dichter bij de curatieve zorg gebracht, doordat de verantwoordelijkheid voor palliatieve zorg dichter bij de reguliere zorg komt te liggen. De generieke module palliatieve zorg kan in het programma worden uitgeprobeerd. Op basis daarvan kunnen problemen en valkuilen bij de implementatie worden opgespoord.

Er wordt een stevige relatie gelegd met initiële opleidingen. De kennis en goede voorbeelden uit het verbeterprogramma, worden beschikbaar gesteld voor deze opleidingen.

Daarnaast is het belangrijk om richtlijnen te implementeren, bijvoorbeeld de richtlijn spirituele zorg die recent door Agora in samenwerking met de Universiteit Tilburg is ontwikkeld.

4. Spreiding van palliatieve zorg en keuzemogelijkheden

Met het ZonMw-verbeterprogramma stuur ik erop dat de patiënt zoveel mogelijk zelf keuzes kan maken. Dit is in lijn met een aanbeveling in het recent verschenen rapport van Palliactief van april 2011, getiteld «Bedrijfsvoering van High Care Hospices en Bijna Thuis Huizen». Training en attitudeverandering in de eerstelijnszorg en de intramurale zorg is noodzakelijk om palliatieve zorg eerder bespreekbaar te maken, waardoor patiënten tijdig keuzes kunnen overdenken.

Palliatieve zorg is in beginsel zo veel mogelijk onderdeel van de reguliere thuiszorg, de verpleeghuiszorg of huisartsenzorg of die in het ziekenhuis. Daarnaast bestaan er hospices en bijna-thuis-huizen voor mensen die in een thuissituatie willen overlijden. De zorg daar wordt veelal geleverd vanuit de thuiszorg. De initiatieven zelf zijn vrijwilligersinitiatieven.

De subsidieregeling palliatieve terminale zorg ondersteunt die organisaties die langere tijd bestaan door een tegemoetkoming in de exploitatie van de huisvestingskosten en in de kosten van de coördinatie van vrijwilligers. Hiervoor is € 17,4 miljoen beschikbaar. Het lokale Netwerk Palliatieve Zorg alsmede de landelijke vrijwilligersorganisatie VPTZ dienen zoveel mogelijk te worden betrokken als het gaat om het opstarten van nieuwe palliatieve terminale voorzieningen. Het ministerie bemoeit zich hier niet mee.

5. Leerstoel geestelijke/spirituele verzorging

Het is belangrijk om kennis en informatie over ethiek en spiritualiteit in de palliatieve zorg te vergroten. In combinatie met morele vraagstukken over zingeving en kennis van ziektebeelden, is dit van belang bij de begeleiding van mensen in de laatste levensfase.

Het ligt in beginsel niet op de weg van de overheid om een bijzondere leerstoel te financieren. Deze beleidslijn is in het verleden steeds het uitgangspunt geweest. Een rechtstreekse financiële bijdrage aan de leerstoel acht ik dan ook niet wenselijk. Wel ben ik bereid om te bezien of ik, aansluitend op de al lopende activiteiten, een project van het veld financieel kan ondersteunen gericht op de verdere kennisontwikkeling en -verspreiding op het terrein van ethiek en spiritualiteit in de palliatieve zorg.

6. (Financiering) palliatieve zorg voor kinderen in Nederland (Stichting Pal)

In het kader van het Platform Palliatieve Zorg is een aantal projecten van Stichting Pal door mij gesubsidieerd, zoals bijvoorbeeld casemanagement, onderzoek naar een landelijk consultatiepunt en een landelijke (bij)scholingsmodule voor gediplomeerde kinderverpleegkundigen. Kennis en vaardigheden van verpleegkundigen verbeteren en houdingaspecten worden versterkt, waardoor zij deskundig en professioneel zorg kunnen geven aan kinderen in de palliatieve fase.

Recent is in het kader van het ZonMw-onderzoeksprogramma palliatieve zorg, dat tot en met 2013 resultaten oplevert, besloten om de ontwikkeling van een richtlijn voor kinderpalliatieve zorg te financieren. Dit is een belangrijke stap. Kennis over deze kwetsbare groep patiënten en hun naasten moet verder vergroot en verspreid worden. Daarom bied ik in het ZonMw-verbeterprogramma expliciet ruimte voor de ontwikkeling van kinderpalliatieve zorg. Hoewel ik van mening ben dat Stichting Pal belangrijk werk verzet voor een zeer bijzondere groep patiënten en hun naasten, vind ik het niet in de rede liggen dat ik Stichting Pal met een instellingssubsidie bekostig, gezien bovengenoemde financiële bijdragen mijnerzijds.

De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

M. L. L. E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner

Naar boven