29 507
Regels voor de financiële dienstverlening (Wet financiële dienstverlening)

nr. 28
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 februari 2005

Zoals toegezegd tijdens de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel Wet financiële dienstverlening (Wfd) treft u bijgaand het concept Besluit financiële dienstverlening (Bfd) aan met de daarbij behorende toelichting1. Ik hoop dat u, zoals u eerder aangaf, bereid bent aandacht te besteden aan het concept Bfd zodat ik uw opmerkingen kan meenemen bij het afronden van het Bfd. Met deze brief wordt u tevens geïnformeerd over de uitkomsten van de evaluatie van de financiële bijsluiter. Deze uitkomsten zijn in het Bfd verwerkt.

Besluit financiële dienstverlening

In het Bfd wordt een deel van de wettelijke bepalingen uit de Wfd nader uitgewerkt. Het betreft net name de onderwerpen deskundigheid (hoofdstuk 5), informatieverstrekking (hoofdstuk 7) en klachtenbehandeling (hoofdstuk 8). Het hoofdstuk over informatieverstrekking bevat onder meer aangescherpte reclameregels voor consumentenkrediet en regels met betrekking tot de financiële bijsluiter.

Bij de totstandkoming van het Bfd hebben de adviezen van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en het Platform Financiële Diensten een belangrijke rol gespeeld in de afwegingen die ten grondslag liggen aan de concrete uitwerking van de wettelijke bepalingen.

Uw bijzondere aandacht vraag ik voor de kostenberekeningen behorende bij het Bfd. In overleg met marktpartijen is vanuit het oogpunt van kostenreductie de normstelling op bepaalde punten aangepast. Daarnaast heeft het ministerie, zoals aangekondigd in de nota naar aanleiding van het verslag Wfd, een second opinion laten uitvoeren naar een aantal door marktpartijen opgeworpen kostensoorten en in het bijzonder naar de noodzaak en de aannames bij het berekenen van de omvang van deze kosten. Dit omdat hier, ondanks intensief overleg met marktpartijen, nog steeds verschil van inzicht over bleef bestaan. Ook de uitkomsten van deze second opinion geven aanleiding tot het melden van mutaties op de kostenberekening, zoals eerder weergegeven in de memorie van toelichting bij de Wfd. In hoofdstuk 3 van de algemene toelichting op het Bfd worden de wijzigingen in de kostenberekeningen behorende bij het Bfd nader toegelicht. De gewijzigde berekeningen zijn heden voor advies aan ACTAL verzonden.

Het concept Bfd wordt een dezer dagen ter consultatie aan de sector voorgelegd. Nadat ik rekening heb gehouden met uw opmerkingen, de suggesties van ACTAL en de uitkomsten van de consultatie, wordt de Raad van State naar verwachting begin april om advies gevraagd. Naar alle waarschijnlijkheid zal de Raad van State niet eerder dan eind mei 2005 over het Bfd adviseren, zodat toezending van het Bfd aan uw kamer in het kader van de door u verzochte tweede voorhangprocedure op z'n vroegst rond de zomer kan plaatsvinden. Dit betekent dat de Wfd en het Bfd niet eerder dan in het najaar 2005 in werking zullen treden.

Evaluatie financiële bijsluiter

Bij brief van 29 juni 2004 heb ik u medegedeeld dat ik mij naar aanleiding van de evaluatie van de financiële bijsluiter zou beraden op aanpassingen van de financiële bijsluiter. Tevens heb ik uw kamer gemeld dat mogelijke aanpassingen aan u zouden worden gepresenteerd in het kader van de behandeling van de Wfd. In het bijgevoegde Bfd zijn de aanpassingen van de financiële bijsluiter neergelegd. Conform bovenstaande toezegging wil ik u hierbij mijn afwegingen toelichten.

De AFM heeft ter zake van de financiële bijsluiter een advies aan mij uitgebracht. De AFM heeft de uitkomsten van de evaluatie en de daaraan door haar verbonden aanbevelingen, besproken met een klankbordgroep bestaande uit vertegenwoordigers van verschillende belangen- en brancheorganisaties. Dit advies van de AFM is te uwer informatie bijgevoegd. Mijn afwegingen omtrent de financiële bijsluiter komen grotendeels overeen met dit advies.

De belangrijkste uitkomsten uit de evaluatie zijn dat:

a. de doelstellingen van de financiële bijsluiter (het bieden van inzicht in complexe financiële producten en het kunnen vergelijken van complexe financiële producten) worden gesteund door aanbieders, intermediairs en consumenten;

b. de financiële bijsluiter te lang en te ingewikkeld is;

c. consumenten de financiële bijsluiter eerder in het proces willen ontvangen;

d. consumenten het toevoegen van een risico indicator positief waarderen.

Inhoud van de financiële bijsluiter

De financiële bijsluiter wordt verkort door het aantal informatiecategorieën te beperken. Daarnaast wordt het gehanteerde taalgebruik versimpeld. In de financiële bijsluiter zal volgens een voorgeschreven format en in voorgeschreven bewoordingen informatie moeten worden gegeven over de volgende categorieën:

– wat is de financiële bijsluiter?

– wat houdt het product in?

– wat zijn de financiële risico's?

– waartoe verplicht u zich?

– kunt u uitstappen en wat zijn de gevolgen?

– wat gebeurt er bij overlijden?

– voorbeelden van rendementen en kosten.

Ik onderschrijf het advies van de AFM en sluit mij aan bij de uitkomsten van het onderzoek van Millward Brown in het kader van de evaluatie van de financiële bijsluiter en het NIPO onderzoek voorafgaand aan de invoering van de financiële bijsluiter (aan uw kamer toegezonden bij brief van 19 september 2001, kamerstuk 2000–2001, 26 676, nr. 4). De resterende categorieën van informatie die onder het huidige Besluit financiële bijsluiter nog moet worden opgenomen in de financiële bijsluiter, zullen op grond van het Bfd (vormvrij) aan de consument moeten worden medegedeeld. Het betreft informatie over de fiscale aspecten, op het product van toepassing zijnde klachten- en garantieregelingen en toezicht op de financiële instelling.

Risico-indicator

Conform het advies van de AFM wordt in de financiële bijsluiter een risico-indicator opgenomen; een compacte, visuele weergave van het marktrisico van een product. Een risico-indicator draagt in grote mate bij aan het realiseren van de doelstelling van de financiële bijsluiter om op een eenvoudige en toegankelijke wijze inzicht te bieden in complexe financiële producten en de mogelijkheid te geven deze met elkaar te vergelijken. De exacte vormgeving van deze indicator is nog onderwerp van onderzoek door de AFM en overleg met marktpartijen. Belangrijke factoren bij de beoordeling van de vormgeving zijn de inzichtelijkheid voor de consument en de beperking van de administratieve lasten van de indicator.

Verstrekkingswijze

De financiële bijsluiter dient voor alle producten te allen tijde beschikbaar gehouden te worden (op internet) en op verzoek te worden toegestuurd. Dit komt tegemoet aan de wens van de consument om eerder over de financiële bijsluiter te kunnen beschikken. Dit betekent dat de verstrekkingswijze wijzigt. De financiële bijsluiter wordt voor de meeste producten tot op heden actief verstrekt (indien een consument informatie aanvraagt over een bepaald product wordt de financiële bijsluiter verstuurd). Omdat voor (verzekerings-)producten de financiële bijsluiter in de huidige situatie wordt toegesneden op de persoon ontvangen consumenten de financiële bijsluiter in veel gevallen laat in het verkoopproces, bij de offerte. De wens om de financiële bijsluiter in een fase waarin de consument zich oriënteert beschikbaar te hebben betekent dat de informatie niet op de persoon kan worden toegesneden, zoals dat nu bij deze producten wel het geval is. Er zal gebruik moeten worden gemaakt van een (of meerdere) zogenaamd(e) «maatmens(en)». Dit is een noodzakelijke voorwaarde voor het bereiken van de tijdige beschikbaarheid en vergelijkbaarheid van de informatie.

De keuze voor beschikbaar houden van de financiële bijsluiter verbetert de mogelijkheden van de consument om reeds voorafgaand aan contact met een financiële instelling producten met elkaar te vergelijken en komt daarmee tegemoet aan de sterke wens van de consument om op een eerder moment te beschikken over informatie in de financiële bijsluiter. Een consument die zelf informatie verzamelt is met een beschikbaar gehouden financiële bijsluiter beter dan voorheen bediend omdat essentiële informatie over de kenmerken en risico's van het product reeds in de oriëntatiefase beschikbaar is en vergeleken kan worden.

De keuze van de consument voor de aankoop van een bepaald product wordt in belangrijke mate bepaald door de indruk die een reclame-uiting nalaat. Derhalve is het van groot belang dat de in een reclame-uiting aangeboden informatie, ondanks het wervende karakter, voldoende evenwichtig is om de consument te behoeden voor een aankoop van een product waarvan hij de relevante eigenschappen niet kent of kan kennen. Het Bfd verscherpt dan ook de eisen aan reclame (er wordt een risico-indicator toegevoegd en indien melding wordt gemaakt van rendementen dienen de kosten en risico's conform de systematiek van de financiële bijsluiter eveneens te worden gemeld). In de reclame dient bovendien te worden verwezen naar de financiële bijsluiter. Daarmee wordt enerzijds beoogd dat cruciale informatie over risico en rendement de consument in een vroeg stadium bereikt en anderzijds de financiële bijsluiter nadrukkelijk onder de aandacht van de consument gebracht.

De vergelijkbaarheid van overige (op de persoon toegesneden) informatie wordt gegarandeerd door enkele aanvullende voorwaarden in het Bfd. Indien door een financiële dienstverlener melding wordt gemaakt van rendementen van bijsluiter-plichtige producten, zal deze dienstverlener ook melding moeten maken van de bijbehorende kosten en risico's in het voor de financiële bijsluiter voorgeschreven format. Uiteraard staat het financiële dienstverleners vrij om daarnaast op de persoon toegesneden financiële bijsluiters te maken.

Reikwijdte

In lijn met het advies van de AFM wordt de reikwijdte van de financiële bijsluiter uitgebreid naar alle levensverzekeringen waarbij kapitaal wordt opgebouwd of renten worden uitgesteld of uitgekeerd en naar alle combinatiehypotheken (hypotheekvormen waarbij een deel van de aflossing plaatsvindt dmv een kapitaalverzekering of beleggingsrekening). Dit voorstel van de AFM is gebaseerd op onderzoek onder consumenten, waarbij rekening is gehouden met de impact op de lasten, de producteigenschappen en de meerwaarde die een financiële bijsluiter heeft bij deze producten. De genoemde producten vallen niet onder de definitie van complex product aangezien zij geen component bevatten dat afhankelijk is van de ontwikkeling op de financiële markten of andere markten. Wel zijn dit ingewikkelde producten die fungeren als substituten van de complexe producten die financiële bijsluiter-plichtig zijn. Derhalve is het gerechtvaardigd dat ook voor deze producten gestandaardiseerde informatie in de vorm van de financiële bijsluiter ter beschikking van de consument staat.

De Minister van Financiën,

G. Zalm


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven