29 502 Toekomstige ontwikkeling van de Nederlandse postsector

Nr. 111 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 juni 2013

Uw Kamer heeft verzocht om een reactie op het bericht «Chauffeurs PostNL leggen werk neer» op nu.nl. Hierbij voldoe ik aan dit verzoek.

Op 25 juni hebben 80 chauffeurs die als zzp’ers pakketten bezorgen voor PostNL bij het distributiecentrum Amsterdam Sloterdijk het werk neergelegd. De staking is vervolgens uitgebreid naar de distributiecentra Amsterdam-Noord en Katwijk die ook onderdeel uitmaken van de regio Amsterdam. Aanleiding voor de staking is de opening van een nieuw, groter en geavanceerder distributiecentrum in de regio Amsterdam in september om in te spelen op de groei in de pakketmarkt. Hierbij worden nieuwe routes vastgesteld en nieuwe tarieven bepaald.

PostNL geeft aan dat op 10 plaatsen in het land dit traject al succesvol doorlopen is. De veranderingen zijn nodig, omdat met het nieuwe distributiecentrum het laden en lossen efficiënter gaat, routes efficiënter ingericht kunnen worden en de bespaarde tijd gebruikt kan worden om meer pakketten rond te brengen. Sommige routes verdwijnen. Het tarief per pakket wordt lager, maar door de toename van het aantal pakketten kan dezelfde omzet behaald worden. PostNL heeft de onderaannemers ook gevraagd om een representatieve en grotere bestelbus te rijden. Per onderaannemer zijn de veranderingen anders, daardoor verschillen de eisen van de stakende zzp’ers onderling. Om die reden wordt met chauffeurs afzonderlijk gesproken over de ervaren problemen.

Vertegenwoordigers van de directie van PostNL zijn 24 juni in gesprek gegaan met de chauffeurs. Omdat de eisen van de chauffeurs onderling verschillen, heeft PostNL laten weten de komende dagen ook op individuele basis te gaan praten over de tarieven en de routes en dat het daarbij bereid is de eerdere voorstellen te heroverwegen.

De contractvoorwaarden tussen PostNL en haar onderaannemers zijn een zaak van deze partijen zelf. Het is daarom goed dat de partijen hierover met elkaar in gesprek zijn. Op de uitkomsten van deze gesprekken kan ik niet vooruitlopen.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven