29 481
Nieuwe regeling voor verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling (Wet verplichte beroepspensioenregeling)

nr. 17
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 februari 2008

Bij brief van 19 oktober 2007, 29 481, nr. 16, bood ik u aan het rapport «Evaluatie wet verevening pensioenrechten bij scheiding», opgesteld door SEO Economisch Onderzoek, in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek en Documentatiecentrum (WODC) van het Ministerie van Justitie. De Minister van Sociale zaken en Werkgelegenheid en ik spraken toen de verwachting uit uw Kamer het kabinetsstandpunt niet later dan na verloop van drie maanden te kunnen aanbieden.

Tot onze spijt moet ik u, mede namens mijn ambtgenoot, meedelen dat deze complexe materie meer overleg en studie en ook raadpleging van deskundigen vereist dan aanvankelijk was voorzien. Wij gaan er thans van uit dat het kabinetsstandpunt u voor 1 juni a.s. kan worden toegezonden.

De minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven