Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2003-2004 | 29438 nr. 6 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2003-2004 | 29438 nr. 6 |
Vastgesteld 8 april 2004
De vaste commissie voor Justitie1 belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, brengt als volgt verslag uit van haar bevindingen. Onder het voorbehoud dat de regering de gestelde vragen tijdig zal hebben beantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De leden van de CDA-fractie hebben met grote instemming kennisgenomen van het voorliggende wetsvoorstel. Vooral het feit dat niet gewacht wordt op een totale wijziging van het Wetboek van Strafvordering, maar dat de zaak nu geregeld wordt, spreekt hen aan.
Dat deze varianten op het doen van aangifte en het laten opmaken van proces-verbaal wenselijk en nodig zijn, lijkt evident. Het verhoogt de service door de politie aan de burger c.q. slachtoffer. Ook beoogt het voorstel een mogelijke efficiencyverhoging bij de politie.
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling van het voorstel kennisgenomen.
Zij steunen de invoering van elektronische aangifte. Het is een belangrijk middel om de dienstverlening van politie en Justitie in de richting van de burger te verbeteren.
De leden van de fractie van de VVD hebben met belangstelling kennisgenomen van de voorgestelde wijzigingen van het Wetboek van Strafvordering in verband met het mogelijk maken van het doen van elektronische aangifte en voor het langs elektronische weg laten opmaken van processen-verbaal. Zij zijn voorstander van het waar mogelijk vereenvoudigen van het doen van aangifte omdat dit de bereidheid tot het doen ervan kan vergroten. Hoe meer mensen aangifte doen, hoe beter het inzicht in de omvang van de criminaliteit.
De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het onderhavige wetsvoorstel. Zij onderschrijven de doelstelling van het voorstel om te komen tot een betere dienstverlening aan de burgers. Tevens kan het proces van aangifte tot afdoening – mede met het oog op de toekomst – efficiënter worden ingericht. Over dat laatste hebben deze leden enkele vragen.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van onderhavig wetsvoorstel. Deze leden begrijpen dat de achterliggende gedachte van het wetsvoorstel is om de mogelijkheid voor de burger tot het doen van aangifte te vereenvoudigen. Elektronisch aangifte doen heeft als voordeel dat burgers gemakkelijk en sneller aangifte kunnen doen dan thans het geval is.
Met grote instemming hebben de leden van de fractie van D66 kennisgenomen van het onderhavige wetsvoorstel, dat tot doel heeft de elektronische aangifte van strafbare feiten een wettelijk fundament te geven en het verzenden van een proces-verbaal langs elektronische weg wettelijk mogelijk te maken. Al lange tijd pleiten de leden van de fractie van D66 voor uitbreiding van de mogelijkheden van elektronische aangifte. Deze leden zijn verheugd dat de regering aan deze oproep nu gehoor geeft. Met het langs elektronische weg doen van aangifte wordt beter ingespeeld op technologische innovaties. Bovendien wordt de dienstverlening aan de justitiabelen verbeterd.
Inhoud van het wetsvoorstel; algemene opmerkingen
De leden van de CDA-fractie willen graag een waarschuwing laten horen, namelijk dat de elektronische aangifte in Nederland één vorm zou moeten hebben. Zij zien niet graag plaatselijke varianten. Het model zal centraal aangeleverd moeten worden en centraal moeten worden gewijzigd – indien noodzakelijk.
De memorie van toelichting geeft al duidelijk de klemmen en voetangels aan die zich op de weg naar het realiseren van elektronische aangifte zullen voordoen. De leden van de CDA-fractie hebben er vertrouwen in dat een en ander virusproof en frauderesistent aangepakt zal worden. Het feit dan de politie en het Openbaar Ministerie ingeschakeld zullen worden is een goede zaak. Juist het drukke berichtenverkeer met aanvullende processen-verbaal op de drukke voorgeleidingsdagen maakt het snel op authenticiteit kunnen controleren van een proces-verbaal noodzakelijk.
De leden van de CDA-fractie zien nog een mogelijk wetsystematisch probleem.
Proces-verbaal en aangifte hebben verschillende formele vormvereisten voor wat betreft ondertekening, althans waar het vormvereiste al dan niet met nietigheid wordt bedreigd. Immers het proces-verbaal kent strakke vormvereisten en de aangifte minder. Nu zullen deze formele vereisten voor wat betreft het proces-verbaal in het Wetboek van Strafvordering staan en die voor wat betreft de aangifte in een algemene maatregel van bestuur. Ware het niet wenselijk om op één niveau deze formaliteiten te regelen, zo vragen de leden van de CDA-fractie.
De leden van de PvdA-fractie constateren dat de Kamer bij motie van 11 december 2001 (28 000 VII, nr. 45) al een groot aantal voorstellen heeft gedaan om het doen van aangifte te vergemakkelijken, waaronder het doen van elektronische aangifte, de invoering van aangifte op afspraak, het mogelijk maken van aangifte op andere plekken zoals het gemeentehuis en het makkelijker maken van anonieme aangifte. Kan de regering aangegeven wat bij elk van de in de motie genoemde ideeën de stand van zaken is?
De leden van de PvdA-fractie willen verder weten op welke wijze de mogelijke risico's zijn geïnventariseerd en wat zal worden gedaan om deze risico's te elimineren.
Hoewel zij begrip hebben voor de keuze nu een bescheiden stap te zetten vragen deze leden de regering of wat uitvoeriger kan worden geschetst dan in de memorie van toelichting is gedaan, wat op de lange duur de mogelijke en gewenste toepassing is van digitalisering in het strafproces.
Kan de regering overigens toelichten waarom dit soort ontwikkelingen bij de politie en bij het Openbaar Ministerie, in vergelijking met bijvoorbeeld de Belastingdienst, in een slakkengangetje verloopt?
De leden van de PvdA zouden het een goede zaak vinden als slachtoffers via Internet het verloop van een aangifte stap voor stap kunnen volgen. Hoe beoordeelt de regering deze suggestie?
Deze leden vragen verder of de regering een raming heeft gemaakt of wil maken van het tempo waarin de digitale aangifte zal kunnen worden ingevoerd?
De leden van de PvdA-fractie willen voorts graag een aantal scenario's van het mogelijke effect van de invoering van de digitale aangifte op de werkbelastingen van politie, Openbaar Ministerie en rechterlijke macht, bijvoorbeeld als er een stijging komt van het aantal aangiften met 10% of met 25%.
Met de eerdergenoemde motie heeft de Kamer naar het oordeel van de leden van de PvdA-fractie al duidelijk gemaakt dat het doen van aangifte kan leiden tot onaangename reacties in de richting van het slachtoffer, zoals represailles. Daarom zou degene die aangifte doet maximale bescherming moeten worden geboden. In dat verband willen deze leden weten wat de regering vindt van het idee om aangifte onder sofi-nummer te doen waardoor de identiteit van degene die aangifte doet niet of in elk geval veel moeilijker is te achterhalen door personen die bijvoorbeeld wraak willen nemen.
De leden van de VVD-fractie merken op dat de wetenschap dat er ook echt wat gebeurt met de aangifte voor de bereidheid aangifte te doen belangrijk is. De aan het woord zijnde leden vragen daarom of de regering de mensen die aangifte gaan doen, kan beloven dat er met die aangifte meer zal gebeuren dan opname in de statistieken. In de memorie van toelichting wordt gesproken over 100 000 extra aangiften. Beschikken Justitie en politie over de capaciteit om deze aangiften te verwerken en op te volgen?
Het streven van de politie is om in 2004 landelijk de elektronische aangifte in te voeren. De leden van de fractie van de VVD vragen of dit voornemen gerealiseerd zal gaan worden? In dit verband vragen zij ook of het aan de verschillende korpsen is om een eigen systeem voor het doen van elektronische aangifte te ontwikkelen, of dat dit centraal zal gebeuren.
De leden van de fractie van de VVD begrijpen dat op dit moment niet wordt gewacht op een meer omvattende informatisering van het straf(proces)recht. Het stemt hen echter niet gerust dat de regering aangeeft dat te zijner tijd kan worden bezien of een meer omvattende regeling wenselijk en mogelijk is. Zij stellen zich op het standpunt dat de nu voorliggende voorstellen helemaal niet mogen betekenen dat er niet met voortvarendheid wordt bezien of een meer omvattende regeling mogelijk is. Zij gaan uit van het beginsel dat informatisering van een werkproces pas dan echt zinvol is, indien dit gebeurt voor de gehele keten. Kan de regering aangeven wat de komende tijd zal gebeuren om het straf-(proces-)recht verder te automatiseren?
De leden van de SP-fractie signaleren dat uit de Politiemonitor 2003 blijkt dat het aangiftepercentage van delicten zo rond de 30% schommelt. Het merendeel van de aangiften wordt via het politiebureau gedaan. Slechts 1% van de aangevers gebruikt het Internet. Zullen deze percentages toenemen door het in het wetsvoorstel geregelde, zo vragen deze leden?
Voorts blijkt uit de Politiemonitor dat de tevredenheid van burgers over het politieoptreden bij een aangifte gedaald is. In iets meer dan de helft van de gevallen geeft de burger aan (zeer) tevreden te zijn met het optreden van de politie. Verwacht de regering dit percentage hoger te krijgen door dit wetsvoorstel? Hoe is de feedback naar de aangevers geregeld? Krijgen zij altijd antwoord? En kunnen zij inzicht krijgen in het verloop van hun zaak, zo vragen de aan het woord zijnde leden.
De leden van de GroenLinks-fractie willen benadrukken dat het langs elektronische weg doen van aangifte niet ten koste mag gaan van de betrouwbaarheid van die aangifte. Daarom moet worden gewaakt voor valse en/of lichtvaardige aangiften. Welke maatregelen overweegt de regering om misbruik zoveel mogelijk tegen te gaan? De aan het woord zijnde leden kunnen zich verder voorstellen, dat, met het oog op een succesvolle uitvoering van de elektronische aangifte, aan gedane valse aangiften altijd direct een strafrechtelijk vervolg zal worden gegeven. Overweegt de regering dit mee te nemen in een Aanwijzing opsporing en vervolging?
De leden van de GroenLinks-fractie willen voorts opmerken dat het van belang is dat een elektronische aangifte voldoende gegevens bevat om daaraan een strafrechtelijk vervolg te kunnen geven. Zo zal iedereen uit een aangifte van een fietsendiefstal wel af kunnen leiden dat de fiets «met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening is weggenomen», maar zal het lastiger zijn als de aangifte ook de bestanddelen van het misdrijf oplichting moet bevatten. Een burger zal eenvoudigweg kunnen volstaan (in spreektaal) dat hij is opgelicht, maar zal van de elementen die leiden tot listige kunstgrepen of samenweefsel van verdichtsels de noodzaak niet inzien of deze eenvoudigweg vergeten. Het doen van elektronische aangifte zal daarom beperkt moeten blijven tot eenvoudige misdrijven. De efficiencywinst en haalbaarheid van een eventuele vervolging zal anders gemakkelijk verloren kunnen gaan.
Ook willen de leden van de GroenLinks-fractie aandacht vestigen op het van politiezijde aangegeven aandachtspunt, dat elektronische aangifte slechts geschikt is voor delicten waarbij een daderindicatie ontbreekt. Niet alleen is persoonlijk contact gewenst indien informatie kan leiden tot een (eenvoudigere) opsporing, ook vermindert dit de kans op valse beschuldigingen.
Verder is het wenselijk – en in de ogen van deze leden ook noodzakelijk – dat, nadat elektronische aangifte is gedaan, hieraan een vervolg dient te worden gegeven. De leden denken bijvoorbeeld aan een ontvangstbevestiging en een opname van de aangifte in het betreffende politiesysteem. De efficiencyverbetering die door elektronische aangifte wordt beoogd, gaat daarmee deels verloren. Zijn voornoemde administratieve handelingen in de verkenningen van het CIP meegenomen? Wordt, door de verwachte toename van het aantal aangiften, niet een te rooskleurig beeld geschetst van de gevolgen voor het politiepersoneel? Tot slot verdient het naar het oordeel van de leden van de GroenLinks-fractie aanbeveling dat de elektronische aangifte past binnen de in gang gezette ontwikkelingen om te komen naar een elektronisch strafdossier. Kan de regering aangeven hoe dit wordt vormgegeven?
In antwoorden op eerdere vragen van de leden van de fractie van D66, antwoordde de regering dat bij de pilot-projecten met elektronische aangifte, zoals die bijvoorbeeld in Rotterdam-Rijnmond plaatsvinden, burgers alleen aangifte kunnen doen van strafbare feiten zonder een daderindicatie. Na dergelijke aangiften vindt zelden of nooit opsporing en vervolging plaats. Kan de regering bij benadering aangeven bij welk deel van de elektronische aangiften in de lopende proefprojecten wordt overgegaan tot opsporing en vervolging? Wordt, wanneer na een elektronische aangifte niet tot vervolging en opsporing wordt overgegaan, geen schijnveiligheid gecreëerd die het vertrouwen in de politie en het Openbaar Ministerie kan schaden? Dreigt niet een situatie waarin er jaarlijks in feite tienduizenden «stille sepots» bijkomen? Zou het aantal elektronische aangiften van een bepaald delict naar het oordeel van de regering van invloed moeten zijn in de inzet van capaciteit van politie en Openbaar Ministerie? Zo neen, waarom niet?
Hoe kan worden bevorderd dat in het hele land gelijke elektronische aangifteformulieren zullen worden gebruikt? Zal het wiel niet bij elk korps opnieuw worden uitgevonden? Wordt dit onderwerp betrokken bij het project ICT en Politie?
De leden van de fractie van D66 pleiten verder voor een elektronisch aangiftevolgsysteem, opdat justitiabelen op het Internet kunnen zien hoe Justitie hun aangifte ter hand neemt. Op welke wijze kan dit voorstel worden meegenomen in de voorstellen voor een algemene regeling van het elektronische verkeer in het straf(proces)recht? Wat is de stand van zaken rondom de landelijke invoering van de elektronische aangifte, zo vragen de leden van de fractie van D66 tot slot.
B. Wijziging van artikel 163, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering
De leden van de PvdA-fractie hebben begrip voor de keuze om te gaan werken met een algemene maatregel van bestuur die bepaalt voor welke delicten deze mogelijkheid geopend gaat worden. Op basis van welke criteria zal worden bepaald wanneer tot uitbreiding van het aantal delicten kan worden besloten? De aan het woord zijnde leden willen dat geregeld wordt dat de Kamer tijdig over de concept-algemene maatregel van bestuur kan beschikken via een voorhangprocedure.
De leden van de GroenLinks-fractie begrijpen dat veel zal afhangen van de vast te stellen algemene maatregel van bestuur. Ook deze leden vragen of de regering overweegt de algemene maatregel van bestuur langs de weg van een voorhangprocedure aan de Kamer voor te leggen?
De leden van de D66fractie signaleren dat de gevallen waarin elektronische aangifte mogelijk is, beperkt kunnen worden bij algemene maatregel van bestuur. De leden van de D66-fractie vragen of de regering kan aangeven of het in de bedoeling ligt om elektronische aangifte (voorlopig) slechts in een enkel geval mogelijk te maken, of dat het in de bedoeling ligt elektronische aangifte slechts in een enkel geval níet mogelijk te maken? Ligt het in de bedoeling om ook in het geval van winkeldiefstal en andere winkelcriminaliteit elektronische aangifte mogelijk te maken, opdat winkeliers niet meer zoveel tijd kwijt zijn aan het doen van aangifte? Ook de leden van de D66-fractie vragen ten slotte of de algemene maatregel van bestuur aan de Tweede Kamer kan worden voorgehangen?
Samenstelling:
Leden: Van de Camp (CDA), Klaas de Vries (PvdA), Van Heemst (PvdA), Vos (GroenLinks), Rouvoet (ChristenUnie), Adelmund (PvdA), De Wit (SP), Albayrak (PvdA), Luchtenveld (VVD), Wilders (VVD), Weekers (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), voorzitter, Çörüz (CDA), Verbeet (PvdA), Wolfsen (PvdA), de Vries (CDA), Van Haersma Buma (CDA), Eerdmans (LPF), Van Vroonhoven-Kok (CDA), Van Fessem (CDA), Straub (PvdA), Nawijn (LPF), Griffith (VVD), Van der Laan (D66), Visser (VVD), Azought en Vacature (algemeen).
Plv. leden: Van Hijum (CDA), Dijsselbloem (PvdA), Timmer (PvdA), Halsema (GroenLinks), Van der Staaij (SGP), Kalsbeek (PvdA), Van Velzen (SP), Tjon-A-Ten (PvdA), Van Baalen (VVD), Blok (VVD), Hirsi Ali (VVD), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), Jager (CDA), Van Heteren (PvdA), Arib (PvdA), Karimi (GroenLinks), Buijs (CDA), Sterk (CDA), Varela (LPF), Joldersma (CDA), Ormel (CDA), Van Dijken (PvdA), Hermans (LPF), Örgü (VVD), Lambrechts (D66), Rijpstra (VVD), Karimi en Vergeer.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-29438-6.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.