29 438
Wijziging van het Wetboek van Strafvordering (elektronische aangiften en processen-verbaal

nr. 5
NADER RAPPORT

Hieronder is opgenomen het nader rapport d.d. 12 februari 2004, aangeboden aan de Koningin door de minister van Justitie.

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt, dan wel uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat. (Artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State).

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 15 december 2003, nr. 03.005192, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen.

Dit advies, gedateerd 15 januari 2004, nr. W03.03.051/I, bied ik U hierbij aan.

Het voorstel van wet geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen.

In de memorie van toelichting is paragraaf 7 geactualiseerd waar het betreft de vermelding van de proeven die in de diverse politieregio's met elektronische aangiften worden gedaan.

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven