De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat door organisatorische problemen bij het CBR een grote achterstand
is ontstaan voor het verlengen van rijbewijzen;
constaterende dat de Minister een administratieve verlenging van het rijbewijs voor
de doelgroep van 75-plussers voorstelt en dat haar streven daarbij is om zowel de
AMvB als de uitvoering per 1 december 2019 in werking te laten treden;
overwegende dat dit zou betekenen dat ondanks de zeer hoge urgentie een grote groep
mensen, ook degene zonder hoog risicoprofiel, nog voor langere periode zonder geldig
rijbewijs zitten met alle gevolgen van dien;
van mening zijnde dat alle mogelijkheden voor een snelle behandeling moeten worden
gebruikt en dat voor gedupeerden zonder hoog risicoprofiel eerder een oplossing zou
moeten komen;
verzoekt de regering, om zich tot het uiterste in te spannen om zowel de AMvB als
de uitvoering per 31 oktober 2019 in werking te laten treden;
verzoekt de regering, om voor degene die voldoen aan alle kenmerken om onder de aangekondigde
administratieve verlenging van het rijbewijs voor 75-plussers te vallen een coulance
in te stellen tot het moment van de inwerkingtreding, zodat zij ook in de periode
tot de inwerkingtreding niet gestraft zullen worden indien zij tijdelijk zonder geldig
rijbewijs rijden omdat zij in afwachting zijn van hun nieuwe rijbewijs,
en gaat over tot de orde van de dag.