Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 oktober 2018
Hierbij bied ik u het ontwerpbesluit aan tot wijziging van de bijlage, bedoeld in
artikel 2, eerste lid, van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften,
het Besluit OM-afdoening en het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens in
verband met onder meer de jaarlijkse indexering van de tarieven1. Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik naar de ontwerpnota van toelichting2.
Deze voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure
uit artikel 2, vijfde lid, van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften
(Wahv) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit
voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd
en vervolgens zal worden vastgesteld.
Op grond van de bovengenoemde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter
verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het
ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers
der Staten-Generaal is overgelegd.
Het ontwerpbesluit wijzigt onder meer de bijlage bij de Wahv en strekt primair tot
het vastleggen van de jaarlijkse inflatiecorrectie van de tarieven van de verkeersboetes
met 1,7%. Dit percentage is gebaseerd op de wijziging van de consumentenprijsindex
(geldontwaarding) in de periode van 1 juni 2017 tot 1 juni 2018. Daarnaast wordt een
technische wijziging doorgevoerd in het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens.
Gestreefd wordt naar inwerkingtreding van het ontwerpbesluit met ingang van 1 januari
2019.
Een gelijkluidende brief zend ik aan de Voorzitter van de Eerste Kamer.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus