29 398
Maatregelen verkeersveiligheid

nr. 155
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 mei 2009

Ontvangen ter Griffie van de Tweede Kamer op 26 mei 2009. De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan niet eerder worden gedaan dan op 23 juni 2009.Hierbij zend ik u het ontwerp-besluit, houdende wijziging van het Reglement rijbewijzen in verband met de invoering van een praktijkexamen voor de rijbewijscategorie AM (bromfiets).1

De voorlegging geschied in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 2b van de Wegenverkeerswet 1994) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.

Op grond van de aangehaalde bepaling geschiedt de voordracht aan de Koningin ter verkrijging van het advies van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

Het ontwerpbesluit heeft tot doel te komen tot invoering van een praktijkexamen voor de rijbewijscategorie AM, en wel een praktijkexamen voor de bromfietsen op twee wielen, en een praktijkexamen voor de bromfietsen op drie of vier wielen. De invoering van het praktijkexamen betreft de uitvoering van een voornemen dat reeds is aangekondigd bij gelegenheid van de voorbereiding van de invoering van het bromfietsrijbewijs (wet van 28 juni 2006, tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de invoering van een bromfietsrijbewijs, Stb. 322). De reden voor de invoering van een praktijkexamen is dat het ongevalsrisico voor bromfietsers veel hoger ligt dan voor fietsers of automobilisten. Jaarlijks komen 2751 personen (67 doden en 1684 gewonden) niet thuis omdat ze betrokken waren bij een ongeluk. Omgerekend zijn dit per miljard reizigerskilometers 74 doden (tegen twaalf doden bij fietsers en drie bij automobilisten). Naar aanleiding van recente publicaties zijn deze cijfers aangepast ten opzichte van eerder gemelde cijfers. De aanpassing leidt overigens niet tot andere conclusies: ook op basis van deze cijfers lopen de bromfietsers een verhoudingsgewijs (veel) groter risico dan bestuurders van andere motorrijtuigen en is het de verwachting dat invoering van het bromfietspraktijkexamen zal bijdragen aan het terugdringen van het aantal verkeersdoden en verkeersgewonden onder de bromfietsers.

In aanvulling op maatregelen die in de afgelopen jaren al zijn genomen (de invoering van de helmplicht, de invoering van het theorie-examen, de kentekening van de bromfiets en de verlaging van de wettelijke alcohollimiet voor beginnende bestuurders) zijn aanvullende maatregelen nodig: het praktijkexamen. Uitvoering van dit voornemen past ook in het kader van de afspraken die zijn gemaakt in de Strategienota verkeersveiligheid (29 398, nr. 120) om meer aandacht te besteden aan deze groep. Bijkomend voordeel van invoering van het praktijkexamen is dat dan ook ten aanzien van de bromfietsers de zogenaamde vorderingsprocedure kan worden toegepast op het gebied van de rijvaardigheid. Dit is de procedure op grond van de artikelen 130 en volgende van de Wegenverkeerswet 1994, die tot doel heeft vast te stellen of een bestuurder nog beschikt over de vereiste rijvaardigheid of geschiktheid en om een bestuurder in dat kader een passende maatregel op te leggen. Dat betekent dat de nieuwe educatieve maatregel gedrag en verkeer die met ingang van 1 oktober 2008 is ingevoerd, ook zal kunnen worden toegepast op bestuurders van bromfietsen die zich schuldig hebben gemaakt aan één of meer van de bij ministeriële regeling genoemde gedragingen.

De keuze voor verschillende praktijkexamens heeft te maken met het feit dat het om zodanig verschillende voertuigen gaat dat een verschillend praktijkexamen aangewezen is: voor het berijden van een tweewielige bromfiets, een voertuig waarvoor evenwicht van belang is, is een andere vaardigheid vereist dan voor een drie- of vierwielige bromfiets.

Verder zijn in het concept-besluit enkele technische wijzigingen opgenomen, zoals de vervanging van het papieren theoriecertificaat door een elektronische registratie, de aanpassing van de 185-dagenregeling, de aanpassing van het begrip «ambtenaar, belast met de uitvoering van de politietaak» en is een onjuiste verwijzing in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 hersteld.

Voor een nadere toelichting verwijs ik u naar het gestelde in de nota van toelichting.

Er wordt gestreefd naar inwerkingtreding van het ontwerpbesluit per 1 januari 2010.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven