Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 april 2024
Tijdens het Tweeminutendebat Verkeersveiligheid op 8 februari jl. heeft het lid El
Abassi (DENK) een motie ingediend over de verhoging van de verkeersboetes. De motie
verzoekt de regering om de hoogte van de verkeersboetes met 4,3% te verlagen en verkeersboetes
niet meer te gebruiken om gaten in de begroting te dekken (Kamerstuk 29 398, nr. 1094).
Eerder heb ik aangekondigd dat de verkeersboetes op grond van de Wet administratiefrechtelijke
handhaving verkeersvoorschriften per 1 maart 2024 met 10% zijn verhoogd. Daarvan betreft
5,7% de reguliere jaarlijkse indexering aan de hand van de consumentenprijsindex.
De overige 4,3% is bedoeld om invulling te geven aan de taakstelling die JenV, net
als alle andere departementen, ten behoeve van de besluitvorming bij Voorjaarsnota
2023 opgelegd kreeg. Zoals ik eerder met de Kamer heb gedeeld vind ik het verhogen
van de verkeersboetes om deze reden ook onwenselijk. Het kabinet stond in aanloop
naar de Voorjaarsnota 2023 echter voor uitzonderlijk grote financiële uitdagingen
en daarom moesten er lastige keuzes gemaakt worden. Met de aanvullende verhoging van
4,3% van de verkeersboetes, zijn bezuinigingen op het Openbaar Ministerie, de politie,
de jeugdbescherming, de rechtsbijstand, de rechtspraak, en andere uitvoeringsinstanties
voorkomen, aangezien de oplossing voor de taakstelling binnen de eigen begroting van
JenV gevonden moest worden. De lasten worden op deze manier alleen bij verkeersovertreders
gelegd. De (verhoogde) kosten van een verkeersboete zijn te vermijden door je aan
de verkeersregels te houden. Dit komt bovendien ook de veiligheid van jezelf en de
mensen om je heen in het verkeer ten goede.
In verschillende debatten heb ik met uw Kamer reeds gesproken over deze beleidsmatige
verhoging van de verkeersboetes. Ik heb daarbij steeds aangegeven dat ik zonder een
deugdelijk alternatief dekkingsvoorstel, dit besluit tot verhoging van de verkeersboetes
niet terug kan draaien. Het indexeringsbesluit, waar deze verhoging in is opgenomen,
is bij uw Kamer voorgehangen en vervolgens besproken tijdens het Commissiedebat Strafrechtelijke
onderwerpen op 5 oktober 2023. Bij de begrotingsbehandeling van JenV begin februari
is geen amendement ingediend waarmee dit besluit kan worden teruggedraaid. Ook de
motie van de heer El Abassi bevat helaas geen alternatief dekkingsvoorstel. Het gaat
om een bedrag van 40 miljoen euro per jaar dat ik niet zomaar ergens anders op mijn
begroting kan vinden zonder pijnlijke bezuinigingen op de eerder genoemde organisaties
door te voeren. Ik kan daarom geen uitvoering geven aan het eerste deel van deze motie.
Het tweede deel van de motie roept op de verkeersboetes niet meer te gebruiken om
gaten in de begroting te dekken. Zoals eerder aangegeven ben ik er ook geen voorstander
van om de verkeersboetes om deze reden te verhogen. Ik kan echter geen garantie geven
dat een toekomstige Minister niet voor een soortgelijke moeilijke keuze komt te staan
als ik dit jaar. Ook aan het tweede deel van de motie kan ik daarom geen uitvoering
geven.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yeşilgöz-Zegerius