29 394
Voorziening om ter uitvoering van besluiten van instellingen van de Europese Unie regels te kunnen stellen ten aanzien van buitenlandse schepen (Wet buitenlandse schepen)

29 400
Wijziging van de Wet voorkoming verontreiniging door schepen en de Wet op de economische delicten in verband met richtlijn nr. 2000/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 november 2000 betreffende havenontvangstvoorzieningen voor scheepsafval en ladingresiduen (PbEG L 332)

29 468
Uitvoering van Verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten (PbEU L 129), alsook van andere besluiten van volkenrechtelijke organisaties met betrekking tot de beveiliging van havens (Havenbeveiligingswet)

nr. 10
MOTIE VAN HET LID VERDAAS C.S.

Voorgesteld 17 juni 2004

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat de havens en de scheepvaart opereren binnen een internationaal economische context;

overwegende, dat op het gebied van milieu, veiligheid en andere beleidsterreinen tal van richtlijnen en verordeningen in voorbereiding zijn en ook ingevoerd worden;

constaterende, dat deze maatregelen mogelijk van invloed zijn op het zogeheten level playing field;

constaterende, dat in de politieke discussies het argument van het level playing field vaak wordt gebruikt;

constaterende, dat een gedegen analyse van het level playing field in Europees en niet-Europees verband evenwel ontbreekt;

verzoekt de regering binnen één jaar een analyse van het level playing field voor havens en scheepvaart uit te voeren, opdat inzichtelijk wordt waar de Nederlandse havens en scheepvaart zich op dit level playing field bevinden en tevens inzichtelijk wordt hoe de implementatie va separate richtlijnen en verordeningen dit level playing field beïnvloeden,

en gaat over tot de orde van de dag.

Verdaas

Gerkens

Duyvendak

Naar boven