29 388 Toelatingsbeleid in het hoger onderwijs

Nr. 23 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 oktober 2015

Hierbij ontvangt u een reactie naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie OCW in verband met het artikel «Masteropleidingen gaan zesjesstudenten weren».

Ik hecht zeer aan toegankelijk hoger onderwijs en vind het van belang dat studenten met een bacheloropleiding door kunnen met een passende masteropleiding. Hierbij moet ook sprake zijn van een bewuste studiekeuze. De «harde knip» is ingevoerd zodat studenten in hun afweging ook een overstap naar een andere discipline of instelling zullen meenemen. In de wet Kwaliteit in verscheidenheid zijn de doorstroommasters in het wetenschappelijk onderwijs afgeschaft met ingang van het studiejaar 2014/2015. Deze doorstroommasters hadden over het algemeen weinig profiel door de focus op de aansluiting op de bijbehorende bacheloropleiding. Wo-studenten bleken bij hun masterkeuze weinig door hun instelling uitgedaagd te worden om een andere masteropleiding te kiezen en vooral voor een doorstroommaster te kiezen. Het afschaffen van de doorstroommaster had niet als doel het masteronderwijs selectiever te maken. Beoogd is dat de afschaffing van het toelatingsrecht tot één bepaalde master ervoor zorgt dat de wo-master als zelfstandige opleiding meer gezicht krijgt.

De consequentie van de afschaffing van de doorstroommaster is dat in het wetenschappelijk onderwijs iedere masteropleiding de mogelijkheid heeft om kwalitatieve eisen te stellen aan de studenten die deel willen nemen aan de master. Het is aan de instelling om te bepalen wat de toelatingseisen voor een bepaalde masteropleiding zijn. Als men eisen stelt, dienen dit ten minste twee verschillende criteria te zijn, waarvan maximaal één criterium op cijfers uit de bachelor mag berusten. De kwalitatieve eisen die universitaire masteropleidingen stellen, sluiten nog altijd vaak aan op de eigen bachelor. Studenten van de eigen bacheloropleiding voldoen dan aan de kwalitatieve eisen en bachelorstudenten van andere universiteiten dienen ook aan de kwalitatieve eisen te voldoen. De opleiding waar het artikel over bericht, stelt hogere eisen. Het feit dat enkele instellingen nu invulling geven aan de kwalitatieve eisen, is in lijn met het ingezette beleid gericht op verdere profilering van opleidingen, meer differentiatie in het masteraanbod, de juiste student op de juiste plaats en een meer bewuste studiekeuze.

Ik hecht eraan dat er voor bachelorafgestudeerden altijd een mogelijkheid is om een masteropleiding te volgen. De Inspectie start nog dit jaar met de voorbereiding van haar onderzoek naar de toegankelijkheid in de masterfase. Dit onderzoek is een onderdeel van de brede, meerjarige monitoring van de toegankelijkheid van het hoger onderwijs. Wanneer bachelorafgestudeerden zich niet kunnen inschrijven voor een universitaire master, of als die situatie zich dreigt voor te doen, heb ik de bevoegdheid om in te grijpen. Als deze situatie zich voordoet, zal ik niet aarzelen van deze bevoegdheid gebruik te maken.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

Naar boven