Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 januari 2017
Hierbij doe ik u de door mij heden ondertekende Startbeslissing Knooppunt A67/A73
Zaarderheiken toekomen1.
De Startbeslissing vloeit voort uit de door mij hierover met de provincie Limburg
gesloten bestuursovereenkomst van 23 juni 2014. In die overeenkomst heb ik met de
provincie de realisatie van een aantal mogelijke maatregelen afgesproken bij het Knooppunt
Zaaderheiken, waaronder allereerst de aanleg van een extra strook op de parallelbaan
van de A73 in noordelijke richting. Overige maatregelen, waarvoor geen tracéwetprocedure
behoeft te worden gevoerd, komen aan de orde indien daarvoor voldoende budget resteert
na aanleg van de thans genoemde extra strook.
Op de parallelbaan in noordelijke richting treedt dagelijks congestie op. De voornaamste
oorzaak is dat de parallelbaan slechts één doorgaande strook bevat. De intensiteit
in m.n. de ochtendspits is te hoog om het verkeer te verwerken. Daarnaast leidt het
bochtige tracé en het ontbreken van verkeerssignalering tot onveiligere situtaties
op de A73. Vanuit het oogpunt van doorstroming, robuustheid en verkeersveiligheid
is de aanpak van het probleem daarom urgent.
In de bestuursovereenkomst van 2014 is een budget van € 4,7 mln afgesproken, waarvan
de helft wordt gefinancierd door de provincie en de andere helft door het ministerie.
De kosten voor de extra strook worden voorlopig geraamd op € 3,337 mln.
Alhoewel de extra aan te leggen strook het gebied waarvoor ik op 12 oktober 2016 de
Startbeslissing A67 Leenderheide – Zaarderheiken ondertekende gedeeltelijk overlapt
(Kamerstuk 29 385, nr. 90), maakt de thans door mij ondertekende Startbeslissing géén onderdeel uit van dit
project. In procedurele, financiële en organisatorische zin gaat het om twee aparte
projecten. Het project A67 Leenderheide – Zaarderheiken heeft een bredere probleemstelling
en benadering en de regie vindt ook – anders dan bij de A67/A73 Zaarderheiken – plaats
door de Programmaraad van SmartwayZ.nl (voorheen: Programma Bereikbaarheid Zuid-Nederland).
In de Startbeslissing is aangegeven dat qua procedure wordt gekozen voor een tracéwetprocedure
zonder structuurvisie. Het ontwerptracébesluit is gepland in 2018 en het tracébesluit
in 2019.
Voor het overige verwijs ik – kortheidshalve – naar de Startbeslissing.
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus