29 385
Aanleg en de aanpassing van hoofdinfrastructuur

32 123 XII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 2010

nr. 58
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 november 2009

Naar aanleiding van de inbreng van de heer de Rouwe gisteravond tijdens de 1e termijn van de begrotingsbehandeling (Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2009–2010, nr. 29) en gelet op het eerdere verzoek van de commissie voor Verkeer en Waterstaat (d.d. 28 oktober 2009) informeer ik u hierbij over de omvang, de aard en (het tegengaan van) overlast van wegwerkzaamheden in 2010. In dat jaar zal sprake zijn van een groot aantal werkzaamheden op de Nederlandse wegen. Dit is onder meer het resultaat van de Spoedaanpak die mede mogelijk is gemaakt door de Wet Versnelling Besluitvorming Infrastructuurprojecten die begin dit jaar door Uw Kamer is aangenomen. Ook in de jaren na 2010 zal deze situatie zich voordoen en worden maatregelen genomen om de overlast zoveel mogelijk te beperken.

Het werkenpakket in 2010

In het jaar 2010 zal een groot deel van de aangekondigde spoedaanpak projecten starten. Daarnaast zal ook het reguliere onderhoud plaats vinden. In de als bijlage 11 bijgevoegde kaart is het totaal pakket zichtbaar gemaakt met daarbij aangegeven de periode waarbinnen het werk uitgevoerd zal worden. Zoals op deze kaart zichtbaar wordt zal er vooral in de regio’s Amsterdam en Utrecht een grote hoeveelheid werken uitgevoerd worden. In de regio Amsterdam zal de tweede fase van het werk aan de Muiderbrug in de A1 uitgevoerd worden in combinatie met het spoedaanpak project op dat traject. Daarnaast zal een begin gemaakt worden met het spoedaanpak project op de A9. In de regio Utrecht zullen in 2010 de spoedaanpak projecten op de A12, A27 en A28 opgestart worden.

In de eerste helft van 2010 zullen een aantal werken, die op dit moment in uitvoering zijn, afgerond worden. Op grote delen van de A2 tussen Amsterdam en Eindhoven zullen in 2010 de projecten gereed zijn. Zo zullen op de A2 tussen Utrecht-Noord en Amsterdam in de loop van 2010 2x5 rijstroken beschikbaar komen, wordt het werk tussen Knooppunt Everdingen en Deil afgerond en zal het werk aan de randweg Eindhoven opgeleverd worden.

Qua onderhoud zullen er verspreid over het land ook nog de nodige werkzaamheden uitgevoerd worden. Een voorbeeld daarvan is het groot onderhoud aan de A20 op de Ruit Rotterdam.

De verwachte hinder van het werkenpakket

Het uitvoeren van zoveel werken zal gepaard gaan met meer hinder dan de weggebruiker tot dusverre gewend is. De laatste jaren schommelde het aandeel van de filezwaarte als gevolg van werk in uitvoering rond de 5%. Naar verwachting zal in 2009 de filezwaarte als gevolg van werk in uitvoering uit gaan komen op bijna 7% van de totale filezwaarte in Nederland. De verwachting is dat de filezwaarte in 2010 ongeveer 9,5% van de totale filezwaarte zal zijn. Dit is dus nog net onder het in 2005 ten tijde van het project Groot Onderhoud afgesproken percentage van 10%. De procentuele stijging is verhoudingsgewijs groter doordat de structurele (spits-)files door de economische crisis terug lopen.

Uit de onderstaande grafiek blijkt dat de filedruk vooral in de tweede helft van het jaar op zal gaan treden. Ook in de zomer zal een piek te zien zijn, omdat juist in deze relatief rustige periode, veel werken in uitvoering genomen zullen worden. Een voorbeeld hiervan is het werk op de A12 tussen Woerden en Gouda waar tussen 16 juli en 16 augustus in de richting Den Haag maar twee in plaats van drie rijstroken beschikbaar zullen zijn. Door deze werkmethode wordt er gedurende korte tijd relatief veel hinder veroorzaakt. Hierdoor is het werk een jaar eerder gereed, waardoor een jaar lang zeurende hinder voorkomen wordt en de fileproblematiek op dit wegvak een jaar eerder verlicht kan worden.

kst-29385-58-1.png

De maatregelen om de hinder te beperken

Om de hinder als gevolg van werken aan de weg zoveel mogelijk te beperken wordt door Rijkswaterstaat een scala aan maatregelen ingezet. Deze zijn onderdeel van de zevenklapper van de MinderHinder aanpak. In 2010 wordt een extra inspanning gedaan om de hinder te beperken;

– In de planning wordt ervoor gezorgd dat de projecten die uitgevoerd worden, elkaar niet in de weg zitten. Aan alle werken worden tijdslots toegekend waarbinnen de werken uitgevoerd mogen worden. De landelijke regie op de planning zorgt ervoor dat er niet gewerkt wordt op omleidingroutes die door andere projecten gebruikt worden. Verder worden er bij grote afsluitingen ook zoveel mogelijk andere werken in de afsluiting uitgevoerd. Tijdens de planning en uitvoering van de werkzaamheden wordt nadrukkelijk samenwerking gezocht met de regionale partners om de werkzaamheden op het totale wegennet zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen

– Het uitvoeren van het werk met zo weinig mogelijk verkeershinder is een gunningscriterium in de aanbesteding van werken. De aannemerij wordt daarbij door het toepassen van EMVI criteria bij de gunning en met behulp van prikkels gestimuleerd om de werken met zo weinig mogelijk hinder uit te voeren. Door de prikkels wordt het voor de aannemerij ook mogelijk om innovatieve bouwmethoden te ontwikkelen en toe te passen die het verkeer minder hinderen.

– Met name in de regio’s Amsterdam en Utrecht worden Mobiliteitsmanagementspakketten uitgewerkt waarmee de weggebruiker verleid wordt om op een andere wijze of op een ander tijdstip zijn verplaatsingen te maken. U kunt hierbij denken aan het stimuleren van het gebruik van het openbaar vervoer door middel van het aanbieden van OV-passen of maatregelen zoals spitsmijden en het werken op andere locaties.

– Gedurende de uitvoering van de werkzaamheden wordt het verkeer zo goed mogelijk begeleid over goed uitgewerkte omleidingroutes die afhankelijk van de verkeersdrukte ingezet kunnen worden. Deze omleidingroutes betreffen ook het onderliggend wegennet. Hierover worden afspraken gemaakt met de decentrale overheden. De weggebruiker wordt bijvoorbeeld voorzien van informatie langs de weg over de reistijd via de oorspronkelijke route en via de omleidingroute, zodat hij voor zichzelf de keuze kan maken welke route hij wenst te volgen.

– De communicatie via de media rond de wegwerkzaamheden voor het komende jaar zal versterkt gaan worden. Rijkswaterstaat communiceert actief via advertenties en de website Van A naar Beter. Rond de Spoedaanpakprojecten zal in december a.s. een aparte publiekscampagne starten. Via de versterkte communicatie zal de weggebruiker op de hoogte gebracht worden waar, wanneer en waarom er aan de weg gewerkt wordt, zodat de weggebruiker altijd goed geïnformeerd op weg kan gaan en rekening kan houden met de aangekondigde werkzaamheden. Bij de communicatie over wegwerkzaamheden zullen de stakeholders en serviceproviders (zoals bijvoorbeeld ANWB, TLN, KNV, EVO en VID) nadrukkelijk betrokken worden. Serviceproviders krijgen online actuele verkeersinformatie door van Rijkswaterstaat en verstrekken die via radio, teletekst, sms, twitter en ook via navigatiesystemen. De komende tijd wordt verkend of – in overleg met de markt – een verkeersbericht/journaal (a la weerbericht) kan worden ontwikkeld en een emailservice kan worden opgestart.

– Ter plaatse van de wegwerkzaamheden wordt veel zorg besteed aan het duidelijk uitvoeren van de verkeersmaatregelen zodat het werk zo weinig mogelijk hinder oplevert. Zo wordt bezien of de uitvoering van werkzaamheden ’s avonds iets eerder kan starten waardoor een kleine file kan ontstaan maar de kans op uitloop in de ochtendspits geringer is. Ook gaat het om het voorkomen van kijkfiles door bijvoorbeeld bij langdurige werkzaamheden anti-kijkschermen te plaatsen. Op het toepassen van dit soort maatregelen wordt door Rijkswaterstaat in de vorm van audits ook nadrukkelijk toegezien.

Het spreekt voor zich dat ik Uw Kamer via periodieke voortgangsrapportages komend jaar blijf informeren over de wegwerkzaamheden en daarbij optredende files.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven