nr. 29
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING
EN MILIEUBEHEER
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 juni 2005
In het kader van het Algemeen Overleg over de modernisering van de VROM-regelgeving
op 9 juni jl. is een aantal vragen gesteld over het Besluit en de Regeling
inzamelen afvalstoffen en het Besluit en de Regeling melden afvalstoffen.
Hierbij is de suggestie gedaan om deze regelgeving niet van toepassing te
laten zijn op de zogenaamde «groene-lijst» afvalstoffen. Ik geef
u hierbij mijn reactie op deze suggestie.
Het Besluit inzamelen afvalstoffen (BIA) en de Regeling vervoerders, inzamelaars,
handelaars en bemiddelaars (RIA) zijn sinds 1 mei 2004 in werking. Deze
regelgeving vervangt 12 provinciale regelingen en vormt een implementatie
van artikel 12 van de Kaderrichtlijn afvalstoffen (75/442/EEG; laatstelijk
gewijzigd 96/350/EG). In dit artikel is bepaald dat inrichtingen of ondernemers
die beroepsmatig afvalstoffen inzamelen of vervoeren of ten behoeve van anderen
regelingen treffen voor de verwijdering of nuttige toepassing van afvalstoffen
(handelaars of makelaars) zich moeten laten registreren of moeten beschikken
over een vergunning. Hierbij is geen onderscheid gemaakt in de soorten afvalstoffen.
Het vrijstellen van «groene-lijst» afvalstoffen is derhalve niet
mogelijk.
De problemen bij de uitvoering van deze regelgeving doen zich echter niet
zozeer voor bij de aanwijzing van de afvalstoffen, maar veeleer bij het moeten
voldoen aan de in RIA opgenomen eisen van betrouwbaarheid, kredietwaardigheid
en vakbekwaamheid. Deze eisen zijn (nog) niet in Europees verband geharmoniseerd.
In het afgelopen jaar heeft een aantal keren overleg met de betrokken afvalbedrijven
plaatsgevonden. Dit heeft erin geresulteerd dat met name de eis van vakbekwaamheid
zal worden aangepast. Een wijziging van RIA zal binnenkort in de Staatscourant
worden gepubliceerd. Daarnaast zal ik ernaar streven om de eisen aan deze
beroepsgroepen in Europees verband te harmoniseren.
Het Besluit en de Regeling melden afvalstoffen zijn sinds 1 januari
2005 van kracht. De eerste daadwerkelijke melding van afvalstoffen zal medio
juli 2005 kunnen plaatsvinden. Het besluit en de regeling zijn een uitwerking van de artikelen 10.38–10.40 van de Wet milieubeheer en
bevatten een landelijk uniform regime voor het melden en registreren van afvalstoffen.
Dit regime vormt deels een implementatie van de Kaderrichtlijn afvalstoffen
en de Richtlijn gevaarlijke afvalstoffen en is voorts noodzakelijk voor de
uitvoering van de Europese Verordening afvalstoffenstatistieken. Op nationaal
niveau is de regelgeving van belang voor de handhaving van de afvalregelgeving
(ketenbeheer) en de monitoring van het afvalstoffenbeleid. De regeling vervangt
12 provinciale regelingen die onderling een grote diversiteit kenden. Het
centraliseren van het beleid in een landelijke regeling was een uitdrukkelijke
wens van bedrijfsleven en Tweede Kamer. Het besluit omvat nu een samenhangend
stelsel, waarin voldaan wordt aan de eisen van een goede handhaafbaarheid.
In het besluit is slechts een beperkte groep afvalbedrijven aangewezen als
meldingsplichtig. Het gaat hierbij om die bedrijven waar de grootste hoeveelheid
afvalstoffen omgaat. Over de regelgeving heeft sinds 2001 overleg plaatsgevonden
met het afvalbedrijfsleven. Juist op hun aandringen is bij de meldingsplichtige
bedrijven geen onderscheid gemaakt tussen bedrijfsafvalstoffen (incl. «groene-lijst»
afvalstoffen) en gevaarlijke afvalstoffen. Uit een oogpunt van beperking van
administratieve lasten werd een voorkeur uitgesproken voor het melden van
alle afvalstoffen.
De problemen bij de uitvoering van deze regelgeving hebben niet zozeer
betrekking op het melden van alle afvalstoffen, maar op de gevolgde systematiek
van de aanwijzing van meldingsplichtige bedrijven. Hierdoor is een aantal
bedrijven die in hoofdzaak «groene-lijst» afvalstoffen opslaan
en bewerken, maar daarnaast nog kleine hoeveelheden gevaarlijke afvalstoffen
opslaan en bewerken meldingsplichtig geworden. Deze bedrijven waren tot nu
toe alleen meldingsplichtig ten aanzien van deze gevaarlijke afvalstoffen.
Het ligt in mijn bedoeling om de regelgeving in 2006 te evalueren. In dit
kader zal nadrukkelijk aan deze aanwijzingssystematiek aandacht worden besteed.
Overigens loopt er momenteel een overleg tussen het afvalbedrijfsleven
en mijn departement. In dit overleg worden een aantal vereenvoudigingen in
zowel het Besluit inzameling afvalstoffen, als het Besluit Melden besproken.
Het gaat daarbij om een mindering op het aantal meldingen en een verlichting
van de vakbekwaamheidseis.
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer,
P. L. B. A. van Geel