29 359
Vaststelling van een nieuwe Geneesmiddelenwet

nr. 61
AMENDEMENT VAN HET LID VENDRIK

Ontvangen 16 februari 2006

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel 1, eerste lid, onderdeel pp, wordt «of verloskundige» telkens vervangen door: , verpleegkundige of verloskundige.

II

In artikel 79 wordt na «verloskundige,» ingevoegd: verpleegkundige,.

III

Aan artikel 124 wordt na punt 2 een nieuw punt toegevoegd, luidende:

3. Aan artikel 33 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

c. het voorschrijven van medicijnen bij gediagnosticeerde patiënten, en voor zover het medicijnen en dosering betreft conform de in medische richtlijnen en standaarden gehanteerde voorschriften.

Toelichting

Dit amendement beoogt de situatie dat verpleegkundigen geneesmiddelen voorschrijven te legaliseren. In de praktijk gebeurt dit al vaak. En door het proces van taakherschikking zal dit alleen maar toenemen. Er is gekozen voor deze oplossing, omdat de geneesmiddelenwet een duidelijk kader biedt, weinig bureaucratie oplevert en goed aansluit bij hoe het voor andere beroepsgroepen is geregeld. De voorgestelde regeling is toegesneden op een grote mate aan variatie in praktijksituaties.

Naast de waarborgen die de Wet BIG al in zich heeft (verpleegkundigen mogen alleen voorschrijven als zij daarvoor deskundig en bekwaam zijn) regelt dit amendement een extra waarborg in de Wet BIG door er in op te nemen dat verpleegkundigen alleen medicijnen mogen voorschrijven nadat de patiënt is gediagnosticeerd en alleen conform medische richtlijnen en voorgeschreven standaarden.

Vendrik

Naar boven