29 348
Wijziging van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Wet toezicht kredietwezen 1992, de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf en de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 in verband met de aanpassing van het stelsel van de verklaring van geen bezwaar en enkele andere noodzakelijke aanpassingen

nr. 6
VERSLAG

Vastgesteld 6 februari 2004

De vaste commissie voor Financiën,1 belast met het voorbereidend onderzoek van bovenstaand wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud dat de regering de vragen en opmerkingen in dit verslag afdoende zal beantwoorden, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het voorstel van wet voldoende voorbereid.

Inhoudsopgave Blz.

• Algemeen 1

• Inleiding 1

• Kern van de herziening van de vvgb-bepalingen 2

• Administratieve lasten 3

• Artikelsgewijze toelichting 3

– Artikel I, B 3

– Artikel I, C 4

Algemeen

De leden van de CDA-fractie hebben met genoegen kennisgenomen van het voorstel tot wetswijziging van enkele toezichtwetten in verband met de verklaring van geen bezwaar.

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel. Zij hebben nog enkele vragen.

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het onderhavige wetsvoorstel. Zij zijn verheugd dat het kabinet voorstellen presenteert om de administratieve lasten te verminderen.

Inleiding

De leden van de CDA fractie onderschrijven het doel van de regering om de administratieve lasten van betrokken partijen te verminderen. Dit scheelt in de berekeningen van de regering tijd, geld en naar de inschatting van deze leden waarschijnlijk ook een hoop ergernis zonder dat het toezicht hieronder hoeft te lijden. Deze leden zijn blij dat serieus werk gemaakt is van de verlichting van administratieve lasten en zijn van mening dat goed toezicht niet alleen te maken heeft met cumulatie van regels.

De leden van de CDA-fractie hebben echter een aantal vragen en aanmerkingen ten aanzien van de uitoefening van het toezicht die zij graag door de minister besproken zien voor zij een oordeel over het voorstel tot wetswijziging kunnen geven.

De leden van de CDA-fractie merken op dat de financiële toezichthouders zich vanaf 2000 onthouden van de mededingingstoets, die nu volledig te beurt valt aan de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: NMa). Het toezicht op de financiële instellingen met betrekking tot ongewenste ontwikkelingen met betrekking tot de stabiliteit van de financiële sector valt te beurt aan de financiële toezichthouders. Welke ervaringen heeft de regering vooralsnog met deze taakverdeling tussen NMa enerzijds en de Pensioen- en Verzekeringskamer (hierna: PVK), de Nederlandsche Bank (hierna: DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (hierna: AFM) anderzijds? De leden van de CDA-fractie menen dat hier sprake is van versnippering van het toezicht: meerdere toezichthouders die op dezelfde handelingen/ ontwikkelingen toezicht uitoefen met een theoretisch verschillend uitgangspunt. In hoeverre ziet de regering de versnippering ten opzichte van de Europese ontwikkeling van integratie en consolidatie van financiële instellingen en de daaruit voortkomende stroomlijning en samenwerking?

Heeft het scenario waarin het oordeel van de NMa en die van de financiële toezichthouders van elkaar verschilt met betrekking tot de toelaatbaarheid van de concentratie voorgedaan? Hoe is de competentieverdeling in een dergelijk situatie? Hoe is de communicatie tussen het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van Financiën? Heeft de situatie zich voorgedaan dat beide ministers met elkaar dienden te overleggen?

De leden van de fractie van de PvdA vragen de regering in te gaan op de situatie waarbij aandelen zijn verpand aan een bank? Is het juist dat als een bank zijn stemrechten wil uitoefenen, dit kan leiden tot de verplichting om een verklaring van geen bezwaar (hierna: vvgb) aan te vragen, ook in situaties waarin onnodig tijdverloop zeer onwenselijk is?

Kan de regering een reactie geven op de suggestie van het Verbond van Verzekeraars en de Nederlandse Vereniging van Banken (hierna: NVB) om de problematiek van verpande aandelen op te lossen, zo willen de leden van de VVD-fractie weten.

Kern van de herziening van de vvgb-bepalingen

Hoe is de verantwoordelijkheidsverdeling bij de aanvraag van een vvgb? In welke situatie wordt de minister betrokken? Is die betrokkenheid in de afgelopen jaren gewijzigd en welke gevolgen heeft de onderliggende wetswijziging, zo vragen de leden van de fractie van het CDA.

De leden van de fractie van de PvdA vragen op grond van wat voor zwaarwegende bezwaren een bandbreedte-vvgb zou kunnen worden geweigerd? Hoe verhoudt dit wetsvoorstel zich tot de Wet melding zeggenschap?

In hoeverre is de regering het eens met de verzekeraars en de NVB dat ook zou moeten worden geregeld dat reeds verleende groeps-vvgb's in stand blijven, zo vragen de leden van de fractie van de VVD.

Administratieve lasten

De leden van de fractie van de PvdA vragen de regering waarom grote effecteninstellingen gemiddeld 1110 uur besteden aan een vvgb en kleine effecteninstellingen 5 uur? Hoe kunnen deze verschillen verklaard worden? Zijn effecteninstellingen in de praktijk zo eenvoudig in te delen in grote en kleine instellingen, en zijn de verschillen in tijdsbesteding echt zo groot?

Is het juist dat soms bij één transactie in meerdere landen tegelijk een vvgb aangevraagd moet worden? Hoe kan het één en ander geharmoniseerd worden, zo vragen deze leden.

De leden van de fractie van de VVD vragen de regering of er, naast de voorstellen van het kabinet nog meer mogelijkheden zijn om de administratieve lasten verder terug te dringen.

Het Verbond van Verzekeraars en de NVB hebben hiertoe een aantal aanvullende voorstellen gedaan.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I, B

De leden van de fractie van het CDA vragen de regering te verduidelijken hoe de werking van de wet zich verhoudt tot buitenlandse marktpartijen? Geldt de vvgb-plicht voor buitenlandse instellingen? Hoe is het toezicht op marktconcentratie in andere landen geregeld? Welke rol speelt de Europese Unie bij het toezicht op de financiële sector? In een commentaar van het Verbond van Verzekeraars stellen deze dat het voorkomt dat voor een en dezelfde transactie een vvgb nodig is van zowel de Nederlandse toezichthouder als van die uit een andere lidstaat. Ziet de regering mogelijkheden dit in de toekomst tegen te gaan?

Ook de leden van de VVD-fractie zijn benieuwd of de regering mogelijkheden ziet om de overlap van vvgb-verplichtingen van verschillende EU-lidstaten op te lossen zodat instellingen voor een transacties waarbij meerdere Europese toezichthouders zijn betrokken, kunnen volstaan met één vvgb.

Ook de leden van de PvdA-fractie vragen of het juist is dat soms bij één transactie in meerdere landen tegelijk een vvgb aangevraagd moet worden? Hoe kan het één en ander geharmoniseerd worden?

Waarom is er niet gekozen de verlening van vvgb's bij de prudentiële toezichthouder DNB/PVK neer te leggen, maar is er gekozen deze mede bij de (gedrags)toezichthouder AFM neer te leggen, zo vragen de leden van de fracties van het CDA, de VVD en de PvdA? Kan de regering hier nader op ingaan, zo vragen de leden van de PvdA-fractie.

Ligt het niet voor de hand in de nieuwe structuur van het toezicht om taken te concentreren bij DNB/PVK, zo vragen de leden van de CDA-fractie.

De leden van de PvdA-fractie vragen de regering nader uiteen te zetten hoe het zit met de dubbele meldingsplicht die voortvloeit uit de leden 11 en 12 van artikel 16 Wte 1995? Is dit gebaseerd op Europese richtlijnen? Zo ja, welke?

Ook de leden van de fractie van de VVD vragen naar de dubbele meldingsplicht. Kan de regering aangeven waarom de dubbele meldingsplicht die voortvloeit uit de leden 11 en 12 van art. 16 Wte niet geschrapt kan worden?

Artikel I, C

De leden van de PvdA-fractie vragen de regering toe te lichten waarom is gekozen voor een drempel van 1% en niet voor een ander percentage? Zou overwogen kunnen worden om ook voor andere vvgb-plichtige transacties, zoals terugbetalingen, activa-passiva transacties, fusies en reorganisaties, een drempel te introduceren? Waar in de wet wordt de hoogte van de drempel vastgelegd?

De leden van de fractie van de VVD merken op dat met name banken er voor pleiten om de 1%-drempel die zal gaan gelden voor banken die deelnemingen hebben in andere ondernemingen te verhogen naar bijvoorbeeld 5%. Deze leden zouden van de regering willen weten of zij mogelijkheden ziet deze grens van 1% te verhogen naar 5%?

De definitie van liquide middelen, om vast te stellen of sprake is van een kasgeldvennootschap, zal bij of krachtens AMvB worden bepaald.

De leden van de fracties van de PvdA en VVD vragen of de regering bereid is de sector te consulteren bij de formulering van een definitie van het begrip liquide middelen.

De voorzitter van de commissie,

Tichelaar

De adjunct-griffier van de commissie,

Vente


XNoot
1

Samenstelling: Leden: Van der Vlies (SGP), Giskes (D66), Crone (PvdA), De Grave (VVD), Hofstra (VVD), De Haan (CDA), Bussemaker (PvdA), Vendrik (GL), Halsema (GL), Kant (SP), Eurlings (CDA), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), Ondervoorzitter, Smits (PvdA), De Pater-van der Meer (CDA), Van As (LPF), Tichelaar (PvdA), Voorzitter, Gerkens (SP), Van Vroonhoven-Kok (CDA), Varela (LPF), De Nerée tot Babberich (CDA), Koomen (CDA), Fierens (PvdA), Aptroot (VVD), Blom (PvdA), Heemskerk (PvdA) en Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD).

Plv. leden: Rouvoet (CU), Bakker (D66), Koenders (PvdA), Van Beek (VVD), Balemans (VVD), Kortenhorst (CDA), Van Nieuwenhoven (PvdA), Duyvendak (GL), Van Gent (GL), De Ruiter (SP), Mosterd (CDA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Atsma (CDA), Dijsselbloem (PvdA), Omtzigt (CDA), Eerdmans (LPF), Noorman-den Uyl (PvdA), van Bommel (SP), De Vries (CDA), Hermans (LPF), Mastwijk (CDA), Rambocus (CDA), Samsom (PvdA), Luchtenveld (VVD), Smeets (PvdA), Douma (PvdA) en De Vries (VVD).

Naar boven