29 321
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2003 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

nr. 3
VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 10 december 2003

De vaste commissie voor Defensie¹, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie,

Albayrak

De adjunct-griffier van de commissie,

Kok

1

Uit de matrix met het totaaloverzicht van alle artikelen blijkt dat de technische mutaties bij de Koninklijke Marine (KM) – € 23,3 miljoen belopen en de beleidsmatige mutaties € 99,4 miljoen. In de artikelsgewijze toelichting van de budgettaire gevolgen van beleid voor de KM blijkt dat de technische mutaties € 25,1 miljoen bedragen en de beleidsmatige mutaties € 51,1 miljoen. Wat is de meerwaarde van de matrix met het totaaloverzicht van alle artikelen ten opzichte van de uitsplitsing in de artikelsgewijze toelichting, aangezien de bedragen tussen de overzichten niet overeenkomen?

Het totaaloverzicht van alle artikelen is bedoeld om een duidelijk beeld te geven van de mutaties die in de suppletore begroting zijn opgenomen, met een verdeling naar herkomst, soort en het artikel waarop de mutatie is verwerkt. Abusievelijk is de aansluiting voor wat betreft het onderscheid in technische en beleidsmatige mutaties in de volledige suppletore begroting niet consistent verwerkt. Deze omissie zal in de toekomst worden voorkomen.

2

Terwijl de tabellen van het totaaloverzicht van alle artikelen zijn gesplitst naar organisatieonderdelen, betreft de toelichting alleen de beleidsmatige mutaties die meerdere organisatieonderdelen (kunnen) betreffen. Een relatie tussen beide indelingen binnen één artikel ontbreekt. Kan de regering voor ieder artikel een overzicht verstrekken met daarin de koppeling tussen technisch en beleidsmatig enerzijds en de verschillende onderdelen in de tabel «budgettaire gevolgen» anderzijds?

Per artikel volgt hierna een overzicht met daarin de koppeling tussen enerzijds technische en beleidsmatige mutaties en anderzijds de onderdelen van deze artikelen.

Beleidsartikel 01. Koninklijke marine

De technische en beleidsmatige mutaties die geleid hebben tot de stand van de tweede suppletore begroting 2003 zijn als volgt over de verschillende onderdelen van de Koninklijke marine verdeeld:

(Bedragen x € 1000)

	Programmauitgaven	Apparaatsuitgaven	Investeringen	Totaal	Waarvan CZMNED	Waarvan CZMCARIB	Waarvan CKMARNS	Waarvan Ov. Eenh.	Waarvan Invester.	Waarvan Admiral.	Waarvan wachtgeld
Technische mutaties
Toedeling loonbijstelling	15 020	9 239		24 259	6 714	1 209	2 603	4 494		9 239
Verdeling prijsbijstelling	6 537	– 16 406	9 869	0	2 130	570	730	3 107	9 869	– 16 406
Extra benodigde prijsbijstelling			14 856	14 856					14 856
Ramingsbijstelling ontvangsten	– 2 900			– 2 900	– 1 000			– 1 900
Munitie		14 600	– 14 600	0					– 14 600	14 600
Overheveling MULAN naar Dico			– 3 600	– 3 600					– 3 600
Overhevelingen tussen do'n		– 700	– 29	– 729					– 29	– 700
Bijdrage SEAPAR door het min. VenW			333	333					333
Kasritme overeenkomst KSG			– 10 000	– 10 000					– 10 000
Aanpassing kasritme investeringsprojecten			2 831	2 831					2 831
Subtotaal technische mutaties	18 657	6 733	– 340	25 050	7 844	1 779	3 333	5 701	– 340	6 733
Beleidsmatige mutaties
Overhevelingen tussen defensieonderdelen	– 266	– 1 373		– 1 639				– 266		– 1 373
Brandstoffen		8 159		8 159						8 159
Luchtvaartmaterieel		4 061		4 061						4 061
Upgrade Koninklijke marine netwerk		3 000		3 000						3 000
ESSM			30 000	30 000					30 000
MSKBV			– 6 303	– 6 303					– 6 303
Wachtgelden		3 368		3 368							3 368
Overige mutaties	6 645	3 785		10 430	– 5 799	– 7 589	9 277	10 756		3 785
Sub-totaal beleidsmatige mutaties	6 379	21 000	23 697	51 076	– 5 799	– 7 589	9 277	10 490	23 697	17 632	3 368
Totaal	25 036	27 733	23 357	76 126	2 045	– 5 810	12 610	16 191	23 357	24 365	3 368

Beleidsartikel 02. Koninklijke landmacht

De technische en beleidsmatige mutaties die geleid hebben tot de stand van de tweede suppletore begroting 2003 zijn als volgt over de verschillende onderdelen van de Koninklijke landmacht verdeeld:

(Bedragen x € 1000)

	Programmauitgaven	Apparaatsuitgaven	Investeringen	Subsidies	Totaal	Waarvan 1e DIV	Waarvan Natco	Waarvan OTCO	Waarvan LAS	Waarvan OVBLS	Waarvan Investern	Waarvan subsidies	Waarvan wachtgeld
Technische mutaties
Toedeling loonbijstelling	30 507	9 695			40 202	16 159	7 862	6 486	1 034	8 661
Overhevelingen tussen defensieonderdelen	513	– 1 899	– 10 012		– 11 398	0	0	513	– 200	– 1 699	– 10 012
Herschikking tussen defensieonderdelen			– 29 000		– 29 000						– 29 000
Subtotaal technische mutaties	31 020	7 796	– 39 012	0	– 196	16 159	7 862	6 999	834	6 962	– 39 012	0	0
Beleidsmatige mutaties					0
Herschikking tussen defensieonderdelen	– 7 677	7 173	– 33 500	200	– 33 804	– 14 817	9 022	– 1 882	– 1 487	6 660	– 33 500	200	2000
Sub-totaal beleidsmatige mutaties	– 7 677	7 173	– 33 500	200	– 33 804	– 14 817	9 022	– 1 882	– 1 487	6 660	– 33 500	200	2 000
Totaal	23 343	14 969	– 72 512	200	– 34 000	1 342	16 884	5 117	– 653	13 622	– 72 512	200	2 000

Beleidsartikel 03. Koninklijke luchtmacht

De technische en beleidsmatige mutaties die geleid hebben tot de stand van de tweede suppletore begroting 2003 zijn als volgt over de verschillende onderdelen van de Koninklijke luchtmacht verdeeld:

(Bedragen x € 1000)

	Programmauitgaven	Apparaatsuitgaven	Investeringen	Totaal	Waarvan TL	Waarvan LCKLu	Waarvan KMSL	Waarvan Staf BDL	Waarvan Invester.	Waarvan wachtgeld
Technische mutaties
Toedeling loonbijstelling	13 748	4 000		17 748	10 519	1 425	1 804	4 000
Overhevelingen tussen defensieonderdelen		– 733	– 2 900	– 3 633				– 733	– 2 900
Compensatiemutaties	60 140	– 60 140		0	17 616	42 109	415	– 60 140
Subtotaal technische mutaties	73 888	– 56 873	– 2 900	14 115	28 135	43 534	2 219	– 56 873	– 2 900	0
Beleidsmatige mutaties
Herschikking tussen defensieonderdelen	– 6 010	21 010	– 27 000	– 12 000			– 6 010	21 010	– 27 000
Compensatie structureel exploitatietekort		45 000	– 45 000	0				45 000	– 45 000
Intertemporele compensatie EVDB en HAWK/PIP			– 59 000	– 59 000					– 59 000
Luchtmobiele brigade			– 13 955	– 13 955					– 13 955
Infrastructuur			– 2 677	– 2 677					– 2 677
Decemberbetaling JSF SDD-fase			27 000	27 000					27 000
Vertraging diverse projecten			– 10 368	– 10 368					– 10 368
Sub-totaal beleidsmatige mutaties	– 6 010	66 010	– 131 000	– 71 000	0	0	– 6 010	66 010	– 131 000	0
Totaal	67 878	9 137	– 133 900	– 56 885	28 135	43 534	– 3 791	9 137	– 133 900	0

Beleidsartikel 04. Koninklijke marechaussee

De technische en beleidsmatige mutaties die geleid hebben tot de stand van de tweede suppletore begroting 2003 zijn als volgt over de verschillende onderdelen van de Koninklijke marechaussee verdeeld:

(Bedragen x € 1000)

	Programmauitgaven	Apparaatsuitgaven	Investeringen	Totaal	Waarvan Beveiliging	Waarvan Hh Vrmdlw.	Waarvan Pol Def	Waarvan Pol burger	Waarvan Ass verl	Waarvan Investern	Waarvan Staf KMar	Waarvan OCKMar
Technische mutaties
Toedeling loonbijstelling	5 766	2 000		7 766	1 150	2 415	1 359	210	116	0	1 056	1 460
Overhevelingen tussen defensieonderdelen	– 76	– 36		– 112	– 17	– 35	– 20	– 3	– 2	0	– 15	– 20
Overige mutaties	13	146	– 1 450	– 1 291	24	49	28	4	2	– 1 450	22	30
Subtotaal technische mutaties	5 703	2 110	– 1 450	6 363	1 157	2 429	1 367	211	116	– 1 450	1 063	1 470
Beleidsmatige mutaties				0	0	0	0	0	0	0	0	0
Uitdeling Van Haak gelden	385	185		570	84	177	100	15	9	0	78	107
Herschikking tussen defensieonderdelen	8 086	3 876	– 9 494	2 468	1 770	3 720	2 093	323	180	– 9 494	1 627	2 249
Sub-totaal beleidsmatige mutaties	8 471	4 061	– 9 494	3 038	1 854	3 897	2 193	338	189	– 9 494	1 705	2 356
Totaal	14 174	6 171	– 10 944	9 401	3 011	6 326	3 560	549	305	– 10 944	2 768	3 826

Beleidsartikel 10. Civiele taken

De technische en beleidsmatige mutaties die geleid hebben tot de stand van de tweede suppletore begroting 2003 zijn als volgt over de verschillende onderdelen van dit artikel verdeeld:

(Bedragen x € 1000)

	Totaal	Waarvan KWNA&A	Waarvan KWNED	Waarvan EOD	Waarvan Hulp Civiel
Technische mutaties
Toedeling loonbijstelling	538	310	94	134
Bijstelling ontvangsten	– 4 220	– 4 220
Overheveling van KM naar EOD KM	398	64	– 23	357
Herschikking tussen defensieonderdelen	28			28
Subtotaal technische mutaties	– 3 256	– 3 846	71	519	0
Beleidsmatige mutaties
Overheveling naar BZK	– 10 941	– 10 941
Sub-totaal beleidsmatige mutaties	– 10 941	– 10 941	0	0	0
Totaal	– 14 197	– 14 787	71	519	0

Niet-beleidsartikel 60. Dico

De technische en beleidsmatige mutaties die geleid hebben tot de stand van de tweede suppletore begroting 2003 zijn als volgt over de verschillende onderdelen van dit artikel verdeeld:

(Bedragen x € 1000)

	Programmauitgaven	Apparaatsuitgaven	Investeringen	Totaal	Waarvan DVVO	Waarvan IKS	Waarvan MGFB	Waarvan IDL	Waarvan DICTU	Waarvan OID	Waarvan Investern	Waarvan Staf	Waarvan Wachtg.
Technische mutaties
Toedeling loonbijstelling	3 458	652		4 110	1 056	267	1 008	178		949		533	119
Overhevelingen tussen defensieonderdelen	4 200	1 554	23 156	28 910	740		601		2 815	44	23 156	1 554
Overige mutaties	– 716	2 090	72	1 446		– 716					72	1 087	1 003
Subtotaal technische mutaties	6 942	4 296	23 228	34 466	1 796	– 449	1 609	178	2 815	993	23 228	3 174	1 122
Beleidsmatige mutaties				0
Herschikking tussen defensieonderdelen	– 1 446			– 1 446	– 1 011	– 639	422	213	– 93	– 338
Sub-totaal beleidsmatige mutaties	– 1 446	0	0	– 1 446	– 1 011	– 639	422	213	– 93	– 338	0	0	0
Totaal	5 496	4 296	23 228	33 020	785	– 1 088	2 031	391	2 722	655	23 228	3 174	1 122

Niet-beleidsartikel 90. Algemeen

De technische en beleidsmatige mutaties die geleid hebben tot de stand van de tweede suppletore begroting 2003 zijn als volgt over de verschillende onderdelen van dit artikel verdeeld:

(Bedragen x € 1000)

	Programmauitgaven	Apparaatsuitgaven	Investeringen	Subsidies	Totaal	Waarvan Kerndep	Waarvan MIVD	Waarvan Invest	Waarvan Milieu	Waarvan Pens en U	Waarvan W O	Waarvan ZVD	Waarvan subsidies	Waarvan Ov uitg
Technische mutaties
Toedeling loonbijstelling	20 193	3 477		376	24 046	2 083	1 394			17 434	2 759		376
Uitdeling niet-AV-relevante loonbijstelling	27 948				27 948					26 769	1 179
Overhevelingen tussen defensieonderdelen	– 12	– 1 334	– 4 708		– 6 054	– 1 426	92	– 5 028			834			– 526
Aanpassing niet-relevante reeks pensioenen	– 56 007				– 56 007					– 56 007
Bijstelling ontvangsten		– 2 300			– 2 300	– 2 500	200
Overige mutaties	382	119	– 320	25	206	119		– 320					25	382
Subtotaal technische mutaties	– 7 496	– 38	– 5 028	401	– 12 161	– 1 724	1 686	– 5 348	0	– 11 804	4 772	0	401	– 144
Beleidsmatige mutaties					0
Herschikking tussen defensieonderdelen	11 956	512	– 12 202		266	2 600		– 13 110	2 100	– 3 085		4 561		7 200
Sub-totaal beleidsmatige mutaties	11 956	512	– 12 202	0	266	2 600	0	– 13 110	2 100	– 3 085	0	4 561	0	7 200
Totaal	4 460	474	– 17 230	401	– 11 895	876	1 686	– 18 458	2 100	– 14 889	4 772	4 561	401	7 056

Met betrekking tot beleidsartikel 09. Vredesoperaties wordt opgemerkt dat de technische mutatie van € 16,5 miljoen betrekking heeft op de stabilisatiemacht IRAK. De beleidsmatige bijstelling van – € 33,878 miljoen is terug te vinden in de mutaties bij de vermelde operaties.

Inzake beleidsartikel 11. Internationale samenwerking zijn de opgenomen suppletore mutaties van de verschillende bijdragen aan de Navo opgebouwd uit enerzijds de doorwerking van ontvangstenbijstelling en anderzijds een ramingsaanpassing voor een totaalbedrag van € 10,511 miljoen.

3

Kan de regering aangeven wat zij bedoelt met de term «aanpassing in de niet-relevante reeks pensioenen» (pagina 2) respectievelijk met de term «een aanpassing, een verschuiving in de tijd, van de uitgaven voor pensioenen» (pagina 6)?

Het betreft de consequenties voor 2003 van een intertemporele aanpassing van het niet-relevante deel van de uitgaven voor het militair prepensioen. Deze intertemporele aanpassing houdt verband met een wijziging van de voorziene introductiedatum van dit prepensioen. Door deze wijziging van de voorziene introductiedatum wijzigen zowel de hoogte van de te betalen bedragen als de fasering in de tijd.

4

Waarom vallen de verwachte opbrengsten uit verkopen zoveel lager uit? Om welk(e) object(en) gaat het hier? Verwacht de regering op dit gebied nog verdere tegenvallers? Zo ja, hoe zullen deze worden opgevangen binnen de Defensiebegroting?

De mogelijkheid om overtollige defensiematerieel en -goederen te verkopen is afhankelijk van de omstandigheden op de markt. Dat maakt het buitengewoon moeilijk een nauwkeurige raming van de verkoopopbrengsten te maken. Het is bijvoorbeeld niet exact te voorspellen wanneer overtollig materieel kan worden verkocht, voor welke prijs en met welke opbrengst. Ook is het moment waarop het verkoopbedrag wordt ontvangen in de regel een onzekere factor. Ten aanzien van strategische roerende zaken gelden daarnaast de regels van het wapenexportbeleid. Bij onroerende zaken spelen bijvoorbeeld ook de onzekerheid over de toekomstige bestemming van het object een rol, of een eventuele langdurige (bodem)sanering.

Als in toekomst duidelijk blijkt dat geraamde verkoopopbrengsten kunnen gaan tegenvallen, zullen bij de opstelling van de begrotingen maatregelen worden genomen dit te accomoderen.

5

Is het bedrag van € 39 miljoen waarmee het budget neerwaarts wordt bijgesteld op grond van het verwachte resultaat van de verkoop van overtollige defensiegoederen inclusief of exclusief het bedrag van € 13,6 miljoen dat het ministerie van Financiën toevalt?

In de neerwaartse bijstelling van € 39 miljoen van de opbrengst van verkoop van overtollige defensiegoederen is het bedrag van € 13,6 miljoen dat toevalt aan het ministerie van Financiën niet inbegrepen. Door het budget van Defensie enkele jaren geleden al te verlagen met dit bedrag, is dit bedrag structureel aan het ministerie van Financiën ter beschikking gesteld. Het betreft de franchise die op de opbrengsten in mindering worden gebracht.

6

Kan de regering de aanpassingen van EVDB-projecten in één tabel gepresenteren? Wat verstaat de regering onder »intertemporele compensatie»? Wordt met de neerwaartse bijstelling van de uitgaven voor EVDB-projecten niet gehandeld in strijd met de afspraken in het Hoofdlijnenakkoord respectievelijk het Strategisch Akkoord voor zover dat in het Hoofdlijnenakkoord was verwerkt?

Onder intertemporele compensaties wordt verstaan dat een budget dat in enig jaar geraamd is over meerdere jaren wordt verdeeld, in overeenstemming met de feitelijke behoefte. Dit kan door hiervoor binnen het totale budget compensatie te vinden, dan wel door medewerking van het Ministerie van Financiën.

In 2002 werd een bedrag van € 70 miljoen niet bestede EVDB-gelden doorgeschoven naar 2003. Hierdoor ontstond een «boeggolf» op het budget 2003. Als gevolg van de maatregelen die genomen zijn om de financiële toestand van het ministerie te verbeteren is er een herschikking geweest van de beschikbare EVDB-gelden. De neerwaartse bijstelling in 2003 heeft een bijstelling in positieve zin tot gevolg in de jaren 2004 en 2005. De beschikbare budgetten voor de EVDB-projecten zijn nu over de periode voor de verwachte uitvoering van de projecten verdeeld. Omdat een aantal EVDB-projecten zich in een ontwerp- en ontwikkelingsfase bevinden, is ook in de komende jaren een eventuele herschikking van de EVDB-gelden nodig.

De muaties in projecten ten opzichte van de stand van de eerste suppletore begroting zijn als volgt (bedragen in € milj.):

Omschrijving project	Bedrag
Commandofaciliteiten LPD-2	– 4,4
Disease Surveillance Team	– 0,4
Krijgsmachtbrede NBC	– 1,9
NBC verkenning	– 0,5
NBC verkenning (ombouw Fuchs)	– 3,7
Onderzoek B-verkenningsmiddel	– 0,5
Satellietwaarneming	– 1,5
Tenten en wasbakken Role 3	– 2,0
TITAAN fase 1	– 0,3
TITAAN fase 2/3	1,9
Totaal	– 13,3

Het verschil met de in de tweede suppletore begroting aangegeven mutatie van € 75 miljoen heeft betrekking op de bovengenoemde boeggolf van budget dat nu over de juiste begrotingsjaren is verdeeld door middel van intertemporele compensatie.

7 en 8

Hoe verhoudt de verhoging met € 4,1 miljoen voor het onderhoud van het luchtmachtmaterieel van de KM zich tot de voortgaande afstoting van materieel?

Hoe verhoudt de herfasering van het onderhoud bij de KM, en daarmee de intensivering in 2003, zich tot de beleidslijn dat overtollig materieel wordt afgestoten en wordt geïnvesteerd in nieuw materieel?

De verhoging van € 4,1 miljoen heeft voor een belangrijk deel te maken met een eerdere levering dan verwacht van sonoboeien voor de maritieme patrouillevliegtuigen. De herfasering van het onderhoud heeft een directe relatie met het onderhoud van in de in gebruik zijnde Lynx maritieme helikopters. Door de herfasering worden de benodigde budgetten in lijn gebracht met de uit het onderhoud voortvloeiende behoeften.

9 en 10

Bij de KM, de Koninklijke Landmacht (KL) en de Koninklijke Luchtmacht (KLu) blijkt sprake te zijn van meerkosten voor de wachtgelden ten opzichte van de ontwerpbegroting 2003 (respectievelijk € 3,4 miljoen, € 2 miljoen en € 0,3 miljoen)? Moet hieruit worden geconcludeerd dat nog onvoldoende militairen die overtollig zijn geworden, op voortvarende wijze aan ander werk worden geholpen?

Het budget voor wachtgelden bij de KM wordt verhoogd met ongeveer € 3,4 miljoen. Is deze extra uitstroom een gevolg van de bezuinigingen die voortvloeien uit het Hoofdlijnenakkoord?

De meerlasten voor wachtgelden in 2003 houden onder andere verband met de na het indienen van de ontwerp-Defensiebegroting 2003 tot stand gebrachte tijdelijke vervroegde uitstroommaatregel voor oudere militairen. Deze regeling voorziet in een kortdurend wachtgeld (maximaal twee jaar), dat voorafgaat aan het leeftijdsontslag van de betrokken militairen in 2004 of 2005. Het gaat om een maatregel met een vrijwillig karakter die is aangekondigd in de Personeelsbrief. Deze voorziening is getroffen om gedwongen ontslagen, als gevolg van de reeks maatregelen die bij Defensie in deze kabinetsperiode worden genomen, zo veel mogelijk te voorkomen. Er is geen verband met de maatregelen die gericht zijn op het bemiddelen van overtollig geworden defensiepersoneel naar een andere werkkring.

11

In welke zin is het beleid met betrekking tot meerkosten van vlieguren bij uitzending veranderd? Welke fiscale ontwikkelingen worden in de toelichting op de beleidsmatige mutatie «compensatie structureel exploitatietekort» bedoeld?

Het materieel dat in militaire operaties wordt ingezet, wordt na terugkeer in Nederland teruggebracht naar het onderhoudsniveau dat het voorafgaand aan de operatie had. Afhankelijk van de capaciteit van de onderhoudswerkplaatsen of bij derde partijen kan het onderhoud aan het gebruikte materieel, alsmede de financiële doorbelasting daarvan, nog enige tijd op zich laten wachten.

De Koninklijke luchtmacht heeft een nieuw verrekensysteem in gebruik genomen, voor het herstel van de extra slijtage aan haar gevechtsvliegtuigen en -helikopters door de inzet ervan. Met behulp van deze verrekensystematiek kunnen de kosten voor herstel en noodzakelijk onderhoud sneller worden doorbelast. Hierdoor is er tevens eerder inzicht in de totale kosten van een operationele inzet. De prestatie-indicator voor de verrekening van deze kosten is het aantal gerealiseerde vlieguren in het uitzendgebied. Het vliegtarief is vastgesteld per soort wapensysteem, op basis van de kosten van benodigde reparaties en extra onderhoud na terugkeer uit operaties in het recente verleden.

Door aanpassing van de regelgeving op het vlak van de BTW-heffing is de vrijstelling voor invoerrechten van F-16 materieel ingetrokken en is BTW verschuldigd over diensten die via FMS-contracten worden aangekocht.

12

Met welke periode is de uitvoering van het project Luchtmobiele Brigade vertraagd? Wat is hiervan de oorzaak?

De uitvoering van het project Luchtmobiele brigade is vertraagd met naar verwachting één jaar omdat als gevolg van de internationale ontwikkelingen, sinds 11 september, de productiecapaciteit in de VS in eerste instantie wordt aangewend voor de eigen krijgsmacht. De productie voor andere landen komt als gevolg van dit beleid op de tweede plaats.

13 en 14

Er wordt in december € 27 miljoen voor de JSF betaald ter compensatie van diverse kasgeldvertragingen van 2003 naar 2004. Is Nederland verplicht om diverse kasgeldvertragingen gecompenseerd? Wat is het belang van Nederland bij deze versnelde betaling? Loopt Nederland hierdoor een rentevoordeel mis omdat een maand eerder moet worden geleend door de minister van Financiën en zo ja, hoeveel rente betaalt Nederland nu extra?

Wat is het belang voor Nederland bij de versnelde betaling van de januari-bijdrage aan de SDD-fase?

Deze betaling valt binnen de met de leverancier overeengekomen betalingstermijn, die loopt van medio december 2003 tot medio januari 2004. Ramingstechnisch was de betaling opgenomen in de Defensiebegroting 2004. Met het oog op de betalingsvertraging bij andere projecten is besloten de betaling in 2003 uit te voeren, binnen de hiertoe bestaande wettelijke mogelijkheden en binnen de overeengekomen betalingstermijn. Omdat er geen extra uitgaven worden voorzien, hoeft de minister van Financiën geen extra geld te lenen.

15

Wat betekent de stijging van 22 procent van het budget voor vredesoperaties van € 178,4 miljoen naar € 217,4 miljoen voor de druk op het totale Defensiebudget? Op welke wijze wordt deze stijging elders gecompenseerd?

De additionele uitgaven voor crisisbeheersingsoperaties komen ten laste van de structurele voorziening voor crisisbeheersingsoperaties en VN-contributies van de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS). De stijging van de uitgaven beïnvloeden het reguliere Defensiebudget niet.

16 en 17

Op grond van welke elementen moet Nederland als gevolg van de nieuwe kostenverdeelsleutel meer bijdragen aan de militaire begroting van de NAVO? Zijn de inspanningen van Nederland in NAVO-verband ook verdisconteerd in deze nieuwe kostenverdeelsleutel?

Kan de regering een nadere toelichting geven op de door bondgenoten ingediende «forecasts» die ertoe leiden dat de Nederlandse bijdrage aan het NAVO Veiligheidsinvesteringsprogramma is verhoogd? Heeft Nederland zelf ook forecasts ingediend?

Tot 1 januari 2003 golden voor de Navo-landen verschillende bijdragepercentages voor het Navo Veiligheids- en Investeringsprogramma (NVIP) en «Military Budget». Op verzoek van de bondgenoten zijn deze percentages gelijk getrokken. Ook werd de bijdrage van drie nieuwe lidstaten verdisconteerd. Bij het vaststelling van de hoogte van de Nederlandse bijdrage is geen rekening gehouden met de inspanningen van Nederland in Navo-verband. Het betreft immers kosten die ten goede komen aan de gezamenlijke middelen van het bondgenootschap.

Vanaf 1 januari 2003 geldt dat het bijdragepercentage van Nederland aan het «Military Budget» is verhoogd (van gemiddeld 3% naar gemiddeld 3,8%). Dit leidt tot een additionele (structurele) verhoging van de kosten ten opzichte van de raming in de Defensiebegroting 2003.

Het Nederlands aandeel aan het Navo Veiligheids- en Investeringsprogramma is feitelijk niet verhoogd. De Nederlandse bijdrage, die onafhankelijk is van de door andere Navo-landen ingediende forecasts, is neerwaarts bijgesteld van 4,5% naar gemiddeld 3,8% van het door de Navo vastgestelde (maximum)budget van € 640 miljoen. Als gevolg van deze aanpassing van het percentage was in de eerste suppletore begroting een neerwaartse bijstelling van het geraamde bedrag opgenomen. Omdat de feitelijke betaling echter nog is gebaseerd op de oude «forecasts», heeft de daling van de uitgavenraming zich in mindere mate voorgedaan dan in eerste instantie verwacht. Een nadere bijstelling bleek noodzakelijk. Nederland heeft zelf ook een «forecast» ingediend.

---

1 Samenstelling:

Leden: De Vries (PvdA), Bakker (D66), Koenders (PvdA), van Beek (VVD), Karimi (GL), Timmermans (PvdA), van Bommel (SP), Vendrik (GL), Albayrak (PvdA), voorzitter, Wilders (VVD), Balemans (VVD), van Baalen (VVD), Snijder-Hazelhoff (VVD), van Winsen (CDA), van den Brink (LPF), Mastwijk (CDA), Kortenhorst (CDA), Huizinga-Heringa (CU), van Velzen (SP), Algra (CDA), Haverkamp (CDA), Aasted-Madsen-van Stiphout (CDA), Straub (PvdA), Blom (PvdA), Eijsink (PvdA), Brinkel (CDA), Vacature (algemeen), ondervoorzitter.

Plv. leden: Van Dam (PvdA), Lambrechts (D66), Waalkens (PvdA), Cornielje (VVD), Halsema (GL), Fierens (PvdA), De Ruiter (SP), Van den Brand (GL), Adelmund (PvdA), Hofstra (VVD), Van Miltenburg (VVD), Visser (VVD), Oplaat (VVD), De Haan (CDA), Vacature (algemeen), Smilde (CDA), Bruls (CDA), Van der Staaij (SGP), De Wit (SP), De Vries (CDA), Ormel (CDA), Ferrier (CDA), Van Heemst (PvdA), Tichelaar (PvdA), Noorman-den Uyl (PvdA), Van Dijk (CDA), Hermans (LPF).