29 296 Tunnelveiligheid

29 398 Maatregelen verkeersveiligheid

Nr. 38 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 september 2020

Vandaag heeft de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) een rapport gepubliceerd over het ongeval tussen een spookrijder en een andere weggebruiker op de A73 op 19 november 2017. Bij dit ongeval zijn de bestuurder en de spookrijder om het leven gekomen. Het vreselijke ongeval heeft een enorme impact op levens van de nabestaanden.

Ik ben OVV erkentelijk voor hun rapport. Het beantwoordt enkele van de onbeantwoorde vragen over de omstandigheden en toedracht van het ongeval. Het geeft waardevolle aanbevelingen en adviezen over hoe het ministerie en Rijkswaterstaat meer inzicht kunnen krijgen in spookrijproblematiek en hoe effectiever onderzoek kan worden gedaan naar verkeersongevallen. Ik wil deze aanbevelingen benutten om meer te leren van ongevallen, omdat we altijd moeten trachten herhaling te voorkomen. Hierbij bied ik u het rapport van de OVV aan1.

Aanleiding OVV-onderzoek

Op 27 december 2018 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de onderzoeken naar het ongeval door Rijkswaterstaat2. Ik heb aangegeven dat er nog veel onduidelijkheden over de omstandigheden en toedracht van het ongeval waren en dat ik heb moeten constateren dat de manier waarop binnen Rijkswaterstaat opvolging was gegeven aan aanbevelingen uit deze onderzoeken en de wijze waarop intern en extern is gecommuniceerd onvoldoende zijn geweest. Dat was voor mij aanleiding om in december 2018 de OVV te verzoeken een onderzoek in te stellen en daarbij in ieder geval aandacht te besteden aan de omstandigheden rond het ongeval en de afwikkeling er van, de mogelijke invloed van de weginrichting, en de wijze en het moment waarop binnen Rijkswaterstaat gevolg gegeven is aan de aanbevelingen van de onderzoeken uit 2010 en 2018.

De lessen en aanbevelingen

De hoofdaanbevelingen en de lessen van de OVV richten zich voor het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat op het volgende:

  • 1. Het bevorderen in het ministerie en bij Rijkswaterstaat van het inzicht in de spookrijproblematiek en benutten van de opgedane kennis om preventieve maatregelen te nemen;

  • 2. Het bevorderen van de effectiviteit van het onderzoek naar verkeersongevallen;

De OVV adviseert om te beginnen bij de situatie op de A73 en preventieve maatregelen te nemen op die locatie en eventuele vergelijkbare locaties. Deze prioritering neem ik over en ik start met onmiddellijke ingang met het onderzoeken van preventieve maatregelen op de A73.

  • 3. Aan het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en het Ministerie van Justitie en Veiligheid adviseert de OVV om een onderzoek te doen naar het aanpassen van het wettelijk kader voor onderzoek naar verkeersongevallen.

Samen met mijn collega van JenV zal ik hierop terugkomen in de kabinetsreactie.

  • 4. Aan het Openbaar Ministerie en Rijkswaterstaat beveelt de OVV aan om te zorgen voor een beter onderling begrip van elkaars werkwijze door periodiek bestuurlijk overleg met elkaar te voeren naar aanleiding van concrete ongevalsonderzoeken en -evaluaties

Het overleg tussen het OM en Rijkswaterstaat is inmiddels gestart om dit begrip te vergroten.

Binnen zes maanden zal ik samen met mijn collega van JenV in een uitgebreide kabinetsreactie aangeven hoe invulling is en wordt gegeven aan de aanbevelingen van de OVV.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
2

Kamerstuk 29 296, nr. 35.

Naar boven